4.1 Programma Economie en Werk

 

Portefeuillehouder(s): Marijke van Hees, Patrick Welman, Jeroen Hatenboer
Portefeuillehouder internationale betrekkingen: Peter den Oudsten
Programmadirecteur: Richard Kokhuis

Wat willen we bereiken?

Staat van het programma Uitkomsten
Aantal niet werkende werkzoekenden per 1-6-2013
(mutatie t.o.v. 1-11-2012*)

11.528
(+14,5%)

Aantal bijstandsgerechtigden per 1-6-2013 (mutatie t.o.v. 1-7-2012)

5.718
(+10,5%)

Mutatie aantal werkzame Enschedeërs 2012

-3.000
(-4,7%)

Mutatie aantal arbeidsplaatsen 2012

-613
(-0,8%)

Aantal starters in 2012
(mutatie t.o.v. 2011)

1.288
(+7%)

Aantal faillissementen 2012
(mutatie t.o.v. 2011)

94
(+34%)

Mutatie aantal vestigingen in 2012

  270
(+2,6%)

Gemiddeld aantal zaterdagbezoekers van de binnenstad in 2012 (mutatie t.o.v. 2011)

 56.000
(-5,4%)

Hoofddoel

Een sociaal en economisch sterk Enschede

Inleiding

 

Hét economische vraagstuk voor Enschede is de geringe omvang van de werkgelegenheid met als gevolg een hoge werkloosheid. Om dit vraagstuk het hoofd te bieden is de afgelopen jaren ingezet op de duurzame economische ontwikkeling van de stad. Die lijn verdient continuering maar daarbij lopen we op dit moment aan tegen enerzijds de noodzaak om te bezuinigen en anderzijds op de financiële gevolgschade van de zwakke economische positie van Enschede.
We staan in Enschede in verhouding tot de rest van het land voor een grote uitdaging. Uit de Twentse arbeidsmarktmonitor van januari 2013 blijkt dat het Enschedese werkloosheidscijfer twee maal zo hoog is als het landelijk werkloosheidscijfer, medio 2013 is de grens van 16,4 procent overschreden. Dit leidt tot allerlei gevolgen, waarvan de belangrijkste sociaal isolement en armoede zijn. De druk om juist in deze gevolgen te investeren is groot. Sociaal isolement en armoede zijn concreet zichtbaar en krijgen veel aandacht. Daarbij heeft de stad op deze terreinen taken te verrichten die ons vanuit de wetgever worden opgelegd.

Dit geldt niet voor de economische ontwikkeling van de stad. Activiteiten op dit terrein zijn veelal bovenwettelijk; vragen om een lange adem en lijken op korte termijn niet zichtbaar bij te dragen aan het oplossen van de sociale problematiek in de stad. Toch is de economische ontwikkeling van de stad op de lange termijn een belangrijke sleutel naar een financieel en sociaal sterker Enschede. De zware tijden waarin we verkeren, maken het juist noodzakelijk om scherpe keuzes te maken. Met lef en daadkracht moeten we de mogelijkheden om te blijven investeren in de stad zoeken en ontwikkelen.

Investeren in arrangementen gericht op innovaties voor toekomstige maatschappelijke vraagstukken. Investeren in de bereikbaarheid van de stad. Investeren in de uitstraling en het aanbod van onze binnenstad, die van groot belang is voor de economische groei van de stad. Samen met onze partners richten we ons op arrangementen die continuïteit en groei van bedrijven als uitgangspunt hebben. Dit alles onder het motto: banen beschikbaar! Het streven is 10.000 banen in Enschede erbij in 2025.

Daarbij is van belang dat grote Enschedese bedrijven in toenemende mate in een internationale context werken – bijvoorbeeld omdat ze onderdeel zijn (geworden) van een internationaal concern. Deze bedrijven geven zelf aan dat hun blijvende vestiging hier mede te danken is aan de investeringen die gedaan worden op het gebied van de (sociale) infrastructuur. Scholing en talentontwikkeling zijn hierin belangrijke vestigingsvoorwaarden. Daarnaast geven deze bedrijven aan dat het innovatieve klimaat, in combinatie met de aanwezigheid van een actieve universiteit, een belangrijke factor is in de vestiging in Twente. Hierin blijven investeren is dus van groot belang voor het behoud van de aanwezige werkgelegenheid en uitbreiding naar nieuwe werkgelegenheid.

De problemen in Enschede kunnen niet opgelost worden zonder regionale samenwerking. Elk voor zich zijn de Twentse gemeenten eigenlijk te klein voor het voeren van effectief economisch beleid. De gemeenten laten niet altijd één geluid horen naar de andere overheden. De ontwikkelingen op nationaal, Europees en mondiaal niveau richten zich op en vragen om sterke regionale clusters waarbij ondernemers, onderwijs, onderzoek en overheden eendrachtig samenwerken. Eén gedeelde regionale afdeling ‘Economisch beleid Twente’ kan met net zoveel of zelfs minder mensen veel krachtiger inspelen op wensen van het bedrijfsleven, onderwijssector en het beleid van de medeoverheden. Eén zo’n afdeling voorkomt dat de Twentse gemeenten elkaar met tegenstrijdig economisch beleid onbedoeld tegenwerken en borgt het Twents belang. Omdat met één regionale beleidsafdeling niet veertien keer hetzelfde beleid hoeft worden bedacht, wordt het bovendien mogelijk om met bestaande mensen veel diepgaander analyses te maken, waardoor de kracht van het beleid sterk kan verbeteren.

Naast grote economische uitdagingen staan we aan de vooravond van grote veranderingen in de maatschappij. De invoering van de Participatiewet en de veranderingen in de WMO en de Wet op de Jeugdzorg zorgen voor een kanteling van verzorgingsstaat naar participatiemaatschappij. De uitvoering van deze wettelijke taken zorgt voor een grote verantwoordelijkheid bij de gemeenten. Uitgangpunt is dat iedereen moet kunnen participeren en dat de gemeente dit waar nodig faciliteert vanuit haar nieuwe verantwoordelijkheden. Daarbij constateren we dat participatie niet los kan worden gezien van de economische ontwikkeling van de stad. Enerzijds omdat in Enschede mensen kunnen participeren omdat we durven te blijven investeren in de economische ontwikkeling van de stad en anderzijds is participatie nodig om de economische ontwikkeling op gang te krijgen. Het is daarbij belangrijk om mensen kansrijk te maken om aan het werk te gaan of geactiveerd te worden. In het beleid van de afgelopen jaren zijn daar kaders voor gesteld in de Enschedese Arbeidsmarktaanpak en in “Meedoen naar Vermogen”.  

Naast werkervaring opdoen is leren een belangrijk hulpmiddel om arbeidsfit te worden. Bij leren gaat het onder andere om de ontwikkeling van talent, ontwikkeling van eigen kracht, bestrijding van jeugdwerkeloosheid en optimaal gebruik van ICT in het onderwijs. In dat kader wordt gericht gekeken naar de inzet van O&O-fondsen. Uitgangspunt is dat we ons samen met de schoolbesturen richten op arrangementen die een goede aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt realiseren en die meer aandacht geven aan scholing in ondernemerschap.

In het kader van de werkgever op kop spreken we naast werken en leren ook over meedoen. Meedoen is gericht op het activeren van mensen. Een deel van deze mensen kan geactiveerd worden naar werk. Zij worden gerekend tot de werkzoekenden als bovenstaand beschreven. Een deel echter komt niet verder dan letterlijk mee doen, vaak in de vorm van vrijwilligerswerk. We kiezen daarbij voor een Integrale wijkgerichte aanpak (frontline) gekoppeld aan Enschede Doen. De ervaringen van PS Doen Pathmos en de vertaling daarvan in Enschede Doen zijn daarbij richtinggevend. Uit deze keuze vloeit voort dat dit deel van Meedoen uit de taken van de afdeling Werk worden gehaald en worden overgeheveld naar welzijn als onderdeel van Enschede Doen. De gevolgen van die keuze voor de afdeling Werk zullen in 2014 worden uitgewerkt.

Keuzenota 2015

Keuzes op hoofdlijnen:

  • Economische visie blijft volop in uitvoering
  • Uitvoering economisch beleid op regionaal niveau
  • Een effectief vangnet voor armoedebestrijding
  • Participatie van alle Enschedeërs
  • Dienstverlening kansrijke werkzoekenden naar wettelijk minimum
  • Samen met het onderwijs het talent van de jeugd ontwikkelen

Fonds inkomensondersteuning
De gemeente kent verschillende inkomensondersteunende regelingen en voorzieningen. Deze kunnen variëren van inkomensondersteunende maatregelen zoals bijzondere bijstand tot aan vergoedingen om maatschappelijke participatie te bevorderen. Naast de gemeentelijke regelingen zijn er ook diverse regelingen vanuit het Rijk, zoals huurtoeslag, zorgtoeslag en de algemene tegemoetkoming Wtcg (voortkomend uit de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten). De middelen voor de uitvoering van de Wtcg komen naar verwachting per 1 januari 2015 met een korting over naar de gemeente. Vanaf dat moment is de gemeente ook verantwoordelijk voor deze doelgroep. We willen deze middelen in samenhang gaan inzetten. Daartoe wordt de mogelijkheid van één Fonds Inkomensondersteuning onderzocht. Komende maanden gaan we de consequenties en effecten van een dergelijk fonds onderzoeken. We verwachten in februari 2014 de resultaten van dit onderzoek aan de raad te kunnen voorleggen.

Doelstellingen

De hoofddoelstellingen van dit programma hebben we uitgewerkt in de volgende subdoelstellingen:

Doelstelling A Versterken van de economische structuur van Enschede en Twente
Doelstelling B Versterken van de innovatiekracht van Enschede en Twente
Doelstelling C Vergroten van de arbeidsmarktparticipatie


Indicatoren

 

Om de effecten van onze inzet te meten, hebben we per doelstelling indicatoren samengesteld. In onderstaande tabel staan de huidige resultaten en het streven voor de komende jaren.
Voor een totaaloverzicht van alle effectdoelstellingen zie bijlage Effectdoelstellingen.

Effectindicatoren

Score 2012

Streven 2013

Streven 2014

Streven 2017

Doelstelling A:
1. Aantal arbeidsplaatsen in Enschede en Twente (mutatie t.o.v. voorgaand jaar) 

 E: 80.513
(-0.8%)
T: 289.770
(-1,0%)
G3: 2.348.710
(-0.6%)

 Gelijk aan G32

Gelijk aan G32

Gelijk aan G32

Doelstelling B:
2. Aantal arbeidsplaatsen in de kennisintensieve sector in Enschede en Twente (mutatie t.o.v. voorgaand jaar)

E: + 0,1%
T: + 0,5%
G32: + 0,2%

Groei 1% hoger dan G32 

Groei 1% hoger dan G32 

Groei 1% hoger dan G32 

Doelstelling C:
3. Totaal aantal mensen dat werkt als percentage van de potentiële beroepsbevolking (netto participatiegraad)

E: 57,0%
T: 64,4%
G32: 65,3%

59%

59%

62%

 

 

Wat gaan we er voor doen?

Politieke speerpunten

Elk programma heeft thema's die politiek/bestuurlijk als belangrijk worden aangemerkt. Dit zijn de politieke speerpunten. In de tabel hieronder zijn de politieke speerpunten onderverdeeld naar de programmadoelstellingen. Vervolgens wordt per programmadoelstelling aangegeven welke activiteiten we het komende jaar gaan uitvoeren en welke producten daarbij betrokken zijn.
De tabel geeft ook de positie van het Programma bij het thema Duurzaamheid aan.

Politiek speerpunt
Uitwerking begrotingsjaar Betrokken producten
Doelstelling A: Versterken van de economische structuur van Enschede en Twente
Optimaal, Internationaal Ondernemers klimaat
Verzorgen optimaal aanbod werklocaties (in de regio):
  • Implementatie van de ruimtelijke ontwikkeling agenda Netwerkstad Twente en de Bedrijventerreinenvisie Netwerkstad (2013) via strategisch programmeren voor bedrijventerreinen en kantoren. Uitvoeren aanpakplan leegstand kantoren.
  • Uitvoeren Duurzaamheidsbeleid. Opdrachtgever van de projecten: Usseler Es, Kennispark, Herstructurering Havengebied, XL Businesspark en Luchthaven.
Dienstverlening aan ondernemers;
Bedrijfsverzamel-gebouwen;
Versterking economische structuur;
Projecten economische ontwikkeling
Bestuurlijke projecten:

Usseler Es:
Afhankelijk van de uitkomsten van het strategisch programmeren NT het vermarkten van onder meer de ZO hoek.

Havengebied:
2014 wordt het jaar van aanleg van de nieuwe kades en afmaken van de openbare ruimte. Verder zal begin 2014 een start gemaakt worden met het regionaal Havenbeheer. Medio 2014 zal het project kunnen worden afgesloten.

Internationale School:
Twente beschikt nu al over een goede internationale school: International School Twente (IST) die echter nog niet over een ingevoerd International Baccalaureate (IB) curriculum beschikt. De aanwezigheid van een internationale school met een IB Diploma Program is voor internationaal opererende Twentse bedrijven een voorwaarde om in Enschede gevestigd te blijven. Eveneens is het voor internationaal opererende bedrijven een voorwaarde dat voor IST een volwaardige locatie wordt gerealiseerd, waar zowel primair als secundair onderwijs gehuisvest zijn en de kinderen een goed buitenschools programma kunnen volgende.

De komende 3 à 4 jaar zullen beide aspecten (invoering IB-curriculum en huisvesting) projectmatig ontwikkeld worden.
Dienstverlening aan ondernemers;
Bedrijfsverzamel-gebouwen;
Versterking economische structuur;
Projecten economische ontwikkeling
Bestuurlijk project

Luchthaven:
In 2013 heeft ADT een concessieovereenkomst met Reggeborgh getekend en de intentie is om vanaf 2016 de luchthaven in gebruik te nemen. Verder is eind 2013 het ontwerp bestemmingsplan Luchthaven ter inzage gelegd; naar verwachting zal in 2014 het bestemmingsplan en het luchthavenbesluit kunnen worden vastgesteld. Ook de bestemmingsplannen van de werkparken zullen in 2014 worden vastgesteld. Daarnaast zal in 2014 ook duidelijk worden of het Leisure project (EOA) op Noord zal worden geeffectueerd. Het bestemmingsplan voor Zuidkamp wordt in december 2013 voorgelegd aan de raad en is onherroepelijk in augustus 2014. Voor Prins Bernhardpark wordt het bestemmingsplan in 2014 ter inzage gelegd. De Fokkerweg en Overmaat: bestemmingsplan wordt eind 2013 in de raad behandeld en is onherroepelijk in mei 2014. De verkoop van Overmaat wordt eind 2013 voorzien. Natuur: (EHS) gaat mee met bestemmingsplan middengebied, waar ook de werkparken onder vallen.
Dienstverlening aan ondernemers;
Bedrijfsverzamel-gebouwen;
Versterking economische structuur;
Projecten economische ontwikkeling 
Talentontwikkeling beroepsbevolking 
Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt:

Beroepenoriëntatie naar kansrijke sectoren op de arbeidsmarkt, zoals Techniek
  • Leerlingen, ouders, scholen en bedrijfsleven bij elkaar brengen met als doel leerlingen te interesseren voor de kansrijke sectoren op de arbeidsmarkt.
  • Techniekpact mede uitvoeren
  • Mogelijkheden continuering Maatschappelijke stage onderzoeken
  • Goede gezamenlijke voorlichting over Enschedese PO- en VO-scholen aan leerlingen en ouders t.b.v. een betere schoolkeuze en de mogelijkheden op de arbeidsmarkt.
  • Opzetten van een monitor die
    • De kwaliteit en profilering van scholen weergeeft
    • Ouders en leerlingen de mogelijkheid heeft mee te beoordelen en verbeteringen aan te dragen
    • Het gesprek met de scholen onderbouwt en prikkelt
    • De aansluiting op de arbeidsmarkt in beeld brengt
Juiste kwalificaties voor zelfredzaamheid op de arbeidsmarkt.
  • Bestrijding van jeugdwerkloosheid.
  • Uitvoering van Leerplichtwet en RMC-besluit. 
  • Bestrijden van schooluitval en daar waar uitval al heeft plaatsgevonden: het bevorderen dat jongeren alsnog een startkwalificatie behalen via terugleiden naar school of plaatsing op een leerwerktraject.
  • Integrale aanpak van Actieteam en Leerwerkloket. Digi-vaardigheden van de (aankomende) beroepsbevolking vergroten en ICT-innovaties stimuleren het onderwijs 
Digi-vaardigheden van de (aankomende) beroepsbevolking vergroten en ICT-innovaties stimuleren het onderwijs
  • Partijen in de stad samenbrengen voor meer samenhang en “massa” in de diverse initiatieven.
  • Onderzoeken of een “doorbraakproject” tot de mogelijkheden behoort. Jong ondernemerschap
Jong ondernemerschap
  • Belonen van concrete initiatieven bij partners om ondernemerscompetenties te versterken bij kinderen en jongeren.
 
Bereikbare stad
Inzetten op verbeteringen/op peil houden bereikbaarheid:
  • Verdere voorbereiding start luchthaven.
  • Uitvoering MER-procedure, inclusief trillingsonderzoek, NOEK.
  • Realisatie fase 3b van de Auke Vleerstraat, inclusief fietsbrug F35 langs het spoor.
  • Aanleg fietspad Zuid-Esmarkerrondweg.
  • Uitvoering maatregelen parkeervisie.
  • Bevorderen aansluiting bedrijventerreinen op breedband.
 
Centrumfunctie Enschede
Economische visie op de binnenstad: verdiepingsslag van de detailhandel structuurvisie en het ontwikkelingskader horeca als richting gevend kader voor de structuurvisie en het bestemmingsplan binnenstad.

Deze economische visie vertalen naar concrete projecten via het actieplan binnenstad:
  • Het nieuwe winkelen, ontwikkelen van een digitaal warenhuis voor de binnenstad
  • Acquisitieteam voor de bedrijven in de binnenstad
  • Bestrijding leegstand
  • Door ontwikkelen kennishuis
De veranderende functie van de binnenstad, zoals weergegeven in de stedelijke koers en de economische visie op de binnenstad, vraagt om een meerjarige, samenhangende aanpak dwars door de programma's heen, samen met onze partners. Dit gaat gebeuren in het team Centrum.
 
Regionale samenwerking
Bundeling van de ambtelijke capaciteit op economische zaken in de Netwerkstad op basis van een gezamenlijk werkplan met een vaste uitvalsbasis op 1 locatie.  
Doelstelling B: Versterken van de innovatiekracht van Enschede en Twente
Innovatie in sterke sectoren
Aantrekkelijk, inspirerend vestigingsklimaat:
Investeren in de doorontwikkeling van:
  • Kennispark
  • Stadsweide
  • Luchthaven.
Uitvoeren van het actieprogramma Innovatie (Zinnergy):
  • Business development op zorg, duurzaamheid en veiligheid
  • Advisering en communicatie rondom het innovatiefonds
  • Organiseren van verbindingen tussen maatschappelijke partners (bedrijven, onderzoekers, onderwijs, inwoners) op maatschappelijke innovatiethema’s.
Uitbouwen van de rol van de gemeente als launching costumer:
  • Stimuleren van innovatiegericht inkopen (tenderboard)
  • Faciliteren van proeftuinen (bijv. rondom het vraagstuk van de informatiehuishouding van de 3 decentralisaties)
Doorontwikkeling van het Kennishuis:
  • Als plek in de stad waar de Enschedese inwoners kunnen experimenteren met en zich laten informeren over de nieuwste innovaties; waar bedrijven hun technologieën en innovatieve diensten kunnen testen en showen. In samenwerking met partners als Saxion, Kennispark, ROC, etc.
PR/Communicatie/Acquisitie:
  • Gerichte lobby op (Europese) subsidies, samen met de Regio. 
  • Ondersteunen van de organisatie van een groot internationaal innovatiefestival(FYF'15) in Enschede dat in mei 2015 moet plaatsvinden. Initiatief vanuit groep ondernemers, ondersteund door de Regio Twente, de provincie Overijssel, Kennispark Twente, ministerie EZ. Op basis van haalbaarheidsstudie wordt in najaar 2013 go/no go besluit genomen.
Bestuurlijk project: Kennispark Twente:
Met de fusie van Kennispark en het Innovatieplatform eind 2012 is er 1 organisatie in Twente voor innovatie. Kennispark Twente zet zich in voor innovatief ondernemerschap en open innovatie in heel Twente. Zij is daarmee:
  1. Steunpunt voor innovatieve starters en groeiers 
  2. Aanjager en makelaar voor MKB dat wil innoveren  
  3. Een inspirerend vestigingsklimaat op de innovatiecampus Twente en organisator van events.
  4. Valorisatiepartner voor kennisinstellingen.
Samen met Kennispark Twente werkt Enschede aan het uitbouwen van het concept, het aantrekken van bedrijven en het verbeteren van het gebied. In 2013 is het vernieuwde stationsplein opgeleverd en is door de provincie subsidie verleend voor de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit van de as Station Drienerlo – Onderwijs & Onderzoeksplein. Uitvoering van de eerste activiteiten langs de as zal in 2014 starten. Verder wordt in 2014 de bereikbaarheid verbeterd door het afronden van de verdubbeling Auke Vleerstraat tussen het spoor en de Hengelosestraat en de aanleg van twee fietsbruggen t.b.v. de fietssnelweg.
 
Doelstelling C: Vergroten van de arbeidsmarktparticipatie
Realisatie van duurzame uitstroom van uitkeringsgerechtigden
Uitvoeringsprogramma Enschedese Arbeidsmarktaanpak 2014
Het uitvoeringsprogramma Enschedese Arbeidsmarktaanpak 2014 richt zich op de realisatie van de strategische doelen: werken, leren en meedoen. De ‘Werkgever op kop’ vormt hierbij het centrale uitgangspunt. In die aanpak staan het arbeidsfit maken en houden van werkzoekenden en de loonwaarde als kompas centraal. Het werken met loonwaarde is de afgelopen jaren met succes toegepast in de pilot loondispensatie in Enschede. Daarmee lopen we vooruit op de invoering van de Particiaptiewet in 2015 waarin loonwaarde een erg belangrijke plaats zal krijgen.

In de bovenstaande aanpak houden we scherp in de gaten dat re-integratie vooral succesvol is wanneer:
  • Re-integratietrajecten verplicht worden ingezet en er ook duidelijke spelregels (sancties) aan gekoppeld worden.
  • Er regelmatige klantcontacten zijn.
  • De loonwaarde wordt omgezet in een loonkostensubsidie.
Het arbeidsmarktinstrumentarium wordt voor het grootste gedeelte ingezet voor mensen op trede 4 en hoger van de participatieladder. Voor de hele doelgroep geldt dat we afhankelijk zijn van een goede diagnose en een duidelijk beeld van de mogelijke vervolgtrajecten. Die vervolgtrajecten liggen voor trede 3 en lager vooral op de inzet van activiteiten in zorg en welzijnswerk en via de integrale wijkaanpak (Enschede: Doen).

Enschede kan in haar ambitie de werkloosheid in de stad te laten dalen niet verslappen. Om die reden zijn voor 2014 hogere ambities gesteld voor de strategische doelen van de EAA. De aanpak van de jeugdwerkloosheid is daarin nadrukkelijk meegenomen. De extra middelen die de regio Twente heeft gekregen voor de bestrijding van de jeugdwerkloosheid worden in Enschede ingezet om de bijgestelde ambitie te realiseren.  

Voor 2014 hebben we op de strategische doelen de volgende ambities geformuleerd:
  1. Werken: directe plaatsing bij werkgevers gericht op regulier werk 575 personen*.
  2. Leren: leer-werkarrangementen BBL/Bol en vakscholing 800 personen*.
  3. Meedoen: activering o.a. door plaatsing bij werkgever via klimopbanen 710 personen*.
Strategisch doel
2013
2014
 AMO***
2013
2014
Ambitie
2014
 1. Werken*
De directe plaatsing bij werkgevers gericht op regulier werk
1.125 1.500 +200 1.700
 2. Leren*
Leer-werkarrangementen BBL/BOL en vakscholing
 1.200  1.600  +400  2.000
 3. Meedoen
Activering (o.a. via klimopbanen bij werkgevers)
 1.380  1.490  +600  2.090
 4. Jongeren
Toeleiding arbeidsmarkt via strategische doelen 1, 2 en 3
 680  850  +250  1.100
* De aantallen zijn cumulatief. Dat wil zeggen dat in het aantal te realiseren plekken in een bepaald jaar de gerealiseerde plekken van het voorgaande jaar opgenomen zijn.

*** AMO = arbeidsmarktoffensief
 Arbeidsmarktparticipatie;
Uitvoering WSW;
Educatie en inburgering;
Algemene bijstand levensonderhoud;
Bijstand zelfstandigen;
Individuele bijzondere bijstand;
Bijzondere inkomensvoorziening;
Schulddienstverlening;
Handhaving en opsporing 
Verstrekking uitkering voor levensonderhoud 
Armoedebeleid
De basis voor het armoedebeleid is vastgelegd in de nota “Vertrouwen op solidariteit” die eind 2011 is vastgesteld. In de Stedelijke commissie van 24 september 2013 is de notitie: “Is herijking of heroverweging van ons armoedebeleid nodig?” door de Raad behandeld. De uitkomst van dit debat is dat het huidige beleid wordt voortgezet. 

Voor de uitvoering van het armoedebeleid in 2014 zijn een aantal landelijke en lokale ontwikkelingen (die zich deels ook al in 2013 voordeden) van belang:
  • Toenemend beroep van Enschedeërs op de gemeentelijke armoedevoorzieningen.
  • Het Rijk stelt naar verwachting 1,2 miljoen euro extra beschikbaar.
  • De verwachting is dat vanaf 1 juli 2014 wijzigingen in de Wet Werk en Bijstand (WWB) in werking treden.
Het toenemende beroep op de armoedevoorzieningen van de afgelopen periode gaan we ook in 2014 uit van een toenemend beroep.
Voorziening
Beroep 2014
Verschil 2013 (%)
Bijzondere bijstand  3.530 +4%
Stichting Leergeld  3.848  +4%
Geldkompas  9.000  0%
Voedselbank  593  +4%
Fonds Bijzondere Noden (FBN)  260  +11%
Vakantieprojecten (FBN)  85  0%
Stichting Present  290  0%
Resto van Harte  3.300  0%
Toppers op Zondag  120  0%
Garantverzorgdpakket Menzis  8.632  +4%
Kwijtscheldingen  8.320  +4%
Eenmalige Uitkering Gehandicapten  250  0%
Langduringheidstoeslag  2.808  +4%
Arbeidsbonus  100  0%
Stadsbank Oost-Nederland  2.090  +10%
Formulierenbrigade  2.080  +4%
Individuele bijzondere bijstand;
Bijzondere inkomensvoorziening;
Schulddienstverlening.
WSW
Uitvoering WSW:
De uitvoering van de WSW vindt sinds 2013 plaats vanuit de werkgeversbenadering die vanuit de afdeling Werk plaatsvindt. De inzet voor 2014 is om de begeleiding van gedetacheerde SW medewerkers zoveel mogelijk door de werkgevers plaats te laten vinden. In 2013 zijn daarin duidelijke stappen gezet door onder andere het contract met Visschedijk. Anderzijds trachten we in het kader van begeleid werken SW medewerkers in dienst te laten treden bij werkgevers.

Voor de SW medewerkers die niet in staat zijn om werkzaamheden te verrichten via detachering of begeleid werken, gaan aan het werk in het Beschut Bedrijf.

Circa 1.000 SW medewerkers zijn aan het werk via detachering of begeleid werken, ongeveer 500 SW medewerkers zijn werkzaam in het Beschut Bedrijf.

Net als in 2013 en de jaren ervoor is het beleid voor 2014 dat instroom in de WSW in Enschede alleen mogelijk is als iemand een werkplek bij een werkgever heeft waar hij of zij aan het werk kan in het kader van begeleid werken.
Duurzaamheid
Vanuit het programma Economie & Werk wordt via aan drietal sporen bijgedragen aan de beoogde CO2 reductie van 310 kiloton in 2020. 

Ten eerste blijven we inzetten op stimuleringsmaatregelen ten behoeve van duurzamere bedrijfsvoering van Enschedese bedrijven en instellingen. Net als in voorgaande jaren promoten we isolatie, energiebesparing en gebruik van duurzame energiebronnen bij bedrijven en instellingen. Programma’s als de energiescan zetten in samenwerking met de provincie Overijssel voort.

We spreken bedrijven aan op hun verplichtingen in het kader van de Wet Milieubeheer, juist ook door het spoor van accountants en administratiekantoren. Via hen willen we bedrijven actief voorlichten over de regelgeving en investeringsmogelijkheden. Accountants en administratiekantoren kunnen vanuit hun eigen verantwoordelijkheid voor jaarrekening en advies ondernemers wijzen op de verplichting investeringen in energiebesparingen die binnen vijf jaar zijn terug te verdienen door te voeren. Op deze manier handhaven we constructief in plaats van repressief en proberen we te bereiken dat ondernemers overtuigd raken van economisch nut en economische noodzaak om investeringen te doen in energiebesparingen. Dat laatste proberen we ook door een energieconvenant, wellicht als onderdeel van de biobased economy strategie (zie onder ‘ten slotte’), op te zetten met bedrijven.

Ten tweede proberen we het bedrijfsleven actief te koppelen aan op consumenten gerichte gemeentelijke acties als de zonneatlas en energiescan. We benaderen bedrijven samen met corporaties actief, proberen ze te betrekken in publieksacties en ze te activeren in het aanbieden van energieopwekkers en isolatie. Bovendien proberen we private financiers van duurzame energieopwekkers te verleiden de Enschedese markt te bedienen, bij voorkeur met inschakeling van Twentse installateurs. Afhankelijk van het af te sluiten energieakkoord zetten we bovendien in op ondersteuning bij het oprichten van energiecoöperaties in straten en wijken. Op die manier hopen we te bereiken dat financiële barrières voor burgers worden geslecht.
 
Ten slotte werken we in regionaal verband een strategie ‘BioBased Economy Twente’ op. Samen met onderzoekers, onderwijsinstellingen, bedrijven, vertegenwoordigers van maatschappelijke instellingen, de provincie en het ministerie van Economische Zaken werken we op initiatief van de Gemeente Enschede voor de Regio Twente een strategie uit waarin de omslag naar een biobased economy vorm krijgt. Deze omslag gaat nadrukkelijk niet alleen over energie, maar sluit nauw aan bij de Twentse kracht op de gebieden HTSM, logistiek, de aanwezige biomassa en de verbondenheid met andere gebieden in voornamelijk Nederland en Duitsland. Deze strategie zal onder meer aansluiten bij de EFRO-strategie van Landsdeel Oost, bij het topsectorenbeleid van de regering en bij het nieuwe Europese programma 2014-2020. Internationale economische contacten zetten we in om onderzoeksprogramma’s met partners vorm te geven en bedrijven te helpen hun weg in Europa te vinden. Zo werkt vergroening van de economie ook aan duurzame werkgelegenheid.

Het met deze maatregelen vanaf 2014 te behalen resultaat wordt geschat op een CO2-reductie van gemiddeld ruim 500 ton CO2. Dit is circa 10 procent van de CO2-reductie die jaarlijks binnen de industrie en de commerciële dienstverlening moet worden gerealiseerd, om de voor 2020 geformuleerde doelstelling te halen. Verwacht wordt dat de voor 2014 voorziene maatregelen na 2014 een steeds toenemend resultaat zullen opleveren.
Vereiste inzet om CO2-reductie te realiseren  Voorziene maatregelen/activiteiten in 2014 Resultaat 2014
Energiebesparing bij industrie en commerciële dienstverlening
  •  Energiescans: continuering subsidieregeling in samenwerking met provincie Overijssel.
  • Uitventen resultaten scans.
  • Marktactivering: bedrijven stimuleren andere bedrijven op dit vlak te bedienen.
  • Sluiten convenant met bedrijfsleven.
  • Handhaving: accountants informeren over besparingspotentie voor bedrijfsleven (en mogelijkheden tot handhaving).
Het met deze maatregelen vanaf 2014 te behalen resultaat wordt ingeschat op een CO2-reductie van gemiddeld ruim 500 ton CO2. Dit is circa 10 procent van de CO2-reductie die jaarlijks binnen de industrie en de commerciële dienstverlening moet worden gerealiseerd, om de voor 2020 geformuleerde doelstelling te halen.

Verwacht wordt dat de voor 2014 voorziene maatregelen na 2014 een steeds toenemend resultaat zullen opleveren.
Vergroten productie duurzame energie
  • Stimuleren biobasedeconomy in samenwerking met UT, Saxion en bedrijfsleven. Inzet is gericht op regionale aanpak.
  • Stimuleren/faciliteren opzetten energie corporaties, zodra de fiscale belemmeringen (energiebelasting) op dit vlak zijn weggenomen.
  • Samen met SO: continueren inzet gericht op plaatsing windturbines
Door in te zetten op biobased economy stimuleren we duurzamer productie en afname van CO2 gebruik binnen en buiten Twente. Door - afhankelijk van het kabinetsbeleid - oprichting van consumentencoöperaties op het gebied van duurzame energie te ondersteunen vergroten we de hoeveelheid duurzaam opgewekte energie. 


Reguliere werkzaamheden

Naast de hiervoor genoemde politieke speerpunten, zijn er ook reguliere werkzaamheden. Onderstaande tabel geeft een overzicht van deze reguliere werkzaamheden binnen dit programma. De tabel laat per doelstelling zien welk product daar een bijdrage aan levert en welke ontwikkelingen of welke belangrijke zaken er komend jaar te verwachten zijn.
Voor sommige producten zijn relevante beleidsnota's geschreven. Hier verwijzen we dan naar.

Regulier werk Uitwerking begrotingsjaar
Doelstelling A: Versterken van de economische structuur van Enschede en Twente

Dienstverlening aan ondernemers

  • Uitvoering Accountmanagement voor ondernemers (integrale werkgeversbenadering).
  • Uitvoeren bedrijvenbezoekprogramma
  • Uitgiftebeleid: selectieve gronduitgifte
  • Organisatie welkomstbijeenkomsten en bedrijfsbezoeken B&W
Bedrijfsverzamelgebouwen 
Exploitatie Spinnerij Oosterveld en CeeCeeCenter (Media Art Centre)
Versterken economische structuur
Adviseren en arrangeren m.b.t. detailhandel, MKB, horeca en hotels, bedrijventerreinen, recreatie en toerisme, kantoren (inclusief kantorenleegstand), internationaal vestigingsklimaat (incl. internationale betrekkingen) en ambulante handel.

Samenwerking binnen de regio en netwerkstad aan uitvoering van de economische visie.
Projecten economische ontwikkeling 
Bijdrage leveren aan stedelijke en regionale projecten: o.a. Zuiderval, MST, Spoorzone (053STAD), Havengebied, XL Businesspark, Stadsweide, Boekelo Bleekerij en NOEK.
Doelstelling B: Versterken van de innovatiekracht van Enschede en Twente
Innovatie en ondernemerschap
  • Blijven investeren in en verbinden aan Kennispark Twente en de Twentse innovatieagenda
  • Intensiveren van de samenwerking op regionaal niveau en waar nodig voortrekkersrol pakken: zo trekt Enschede een regionaal project om business op biobased economy te stimuleren. En is Enschede voor de regio actief in de Europese lobby.
Doelstelling C: Vergroten van de arbeidsmarktparticipatie
Arbeidsmarktparticipatie
Vergroten arbeidsmarktparticipatie via het instrumentarium opgenomen in het uitvoeringsprogramma EAA 2014 (zie ook Politiek speerpunt, doelstelling C). Het betreft een integraal uitvoeringsprogramma voor de WWB- en SW-doelgroep. Centrale uitgangspunten zijn de “Werkgever op kop” en werken o.b.v. loonwaarde en loondispensatie. Werken o.b.v. loonwaarde sluit aan bij de op handen zijnde Participatiewet.
Vooral wat betreft het aspect loondispensatie is het onduidelijk of dit in de huidige vorm terug zal komen in de definitieve wetgeving.
Uitvoering WSW 
Plaatsen van mensen in Begeleid Werken.
Mensen detacheren met een SW-dienstverband.
Bieden van beschutte werkplekken.
Algemene bijstand levensonderhoud 
Verstrekken van uitkeringen voor levensonderhoud door de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB).
Het verstrekken van een uitkering voor oudere werkloze werknemers en zelfstandigen (IOAW en IOAZ).

Het verlenen van een bedrijfskrediet en het verstrekken van een uitkering voor levensonderhoud aan startende en gevestigde zelfstandigen door uitvoering van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz).
Het teveel of ten onrechte uitbetaalde uitkeringen terugvorderen of verhalen.
Individuele bijzondere bijstand 
Het verstrekken van noodzakelijke kosten die niet kunnen worden bekostigd uit de algemene uitkering (WWB).
Bijzondere inkomensvoorziening 
Verstrekken van subsidies aan o.a. Voedselbank en Stichting Leergeld en uitvoering van het convenant met Menzis.
Schulddienstverlening 
Het bieden van ondersteuning aan Enschedese burgers om uit een problematische schuld te komen. Het betreft voornamelijk de werkzaamheden van de Stadsbank Oost Nederland
Handhaving en opsporing 
Het voorkomen en opsporen van oneigenlijk gebruik van de diverse uitkeringen die de gemeente verstrekt. De kaders voor de uitvoering zijn onder andere vastgelegd in het Handhavingsplan Werk & Bijstand 2011-2014.

Wat mag het kosten?

Onderstaande tabel geeft inzicht in de verdeling van de baten (inkomsten) en de lasten (uitgaven) van het programma voor de jaren 2013 t/m 2017. De stortingen in (toename van) en onttrekkingen aan (afname van) de reserves spelen hierbij een belangrijke rol en zijn daarom ook inzichtelijke gemaakt in de tabel. Waar de baten en de lasten binnen één product niet aan elkaar gelijk zijn, ontstaat een resultaat. Dit resultaat kan positief of negatief zijn. Dit resultaat komt uiteindelijk ten laste of ten gunste van de algemene middelen van de gemeente Enschede.

Voor uitgebreidere financiële informatie zie hoofdstuk 6 Financiële begroting en hoofdstuk 7 Bijlagen.

Bedragen x 1.000 euroBegroting 2013Begr 2013 excl fac kstBegroting 2014Raming 2015Raming 2016Raming 2017
Dienstverlening aan ondernemers1.7381.2621.2841.2671.2671.267
Bedrijfsverzamelgebouwen1.6311.6311.544923923923
Versterken economische structuur1.8741.6441.5261.4991.3971.299
Projecten economische ontwikkeling6.7776.818523523523523
Innovatie en ondernemerschap661580576552352352
Arbeidsmarktparticipatie21.51221.17219.57715.42015.22315.223
Uitvoering WSW52.51852.28850.27847.88745.26742.510
Educatie en inburgering000000
Alg bijstand levensonderhoud97.61695.954102.335104.778104.778104.778
Bijstandsverlening zelfstandigen000000
Individuele bijzondere bijstand6.4325.8445.4535.4635.4835.483
Bijzondere inkomensvoorziening2.1161.8691.8861.8901.8701.870
Schuldhulpverlening2.9972.8012.8082.6102.6102.610
Handhaving & opsporing1.4431.0641.1951.1521.1521.152
Terugvordering en verhaal000000
Inkomensvoorz oudere/arbeidsongesch000000
Inkomensvoorziening kunstenaars000000
Stelpost Economie & Werk000000
Resultaat Bedrijfsvoering000000
Totaal Lasten197.317192.927188.984183.965180.845177.991
Dienstverlening aan ondernemers000000
Bedrijfsverzamelgebouwen830830902937937937
Versterken economische structuur8989303080
Projecten economische ontwikkeling6.2526.3580000
Innovatie en ondernemerschap000000
Arbeidsmarktparticipatie17.41317.41316.60012.40012.20012.200
Uitvoering WSW49.62249.62248.28248.66046.04043.283
Educatie en inburgering000000
Alg bijstand levensonderhoud89.48089.48095.85998.68298.68298.682
Bijstandsverlening zelfstandigen000000
Individuele bijzondere bijstand884884884884884884
Bijzondere inkomensvoorziening000000
Schuldhulpverlening895895900900900900
Handhaving & opsporing000000
Terugvordering en verhaal000000
Inkomensvoorz oudere/arbeidsongesch000000
Inkomensvoorziening kunstenaars000000
Resultaat Bedrijfsvoering000000
Totaal Baten165.465165.571163.457162.493159.651156.886
Saldo van baten en lasten31.85227.35625.52821.47221.19521.105
Storting Reserves1411111
Onttrekking reserves4834693222666666
Resultaat31.38426.88825.20721.20621.12921.039

Toelichting:


Dienstverlening Ondernemers
Aanvullende bezuiniging na Keuzenota:
Het werkbudget van het Ondernemersloket wordt met een bedrag van 25.000 euro versoberd.
Maatregel
 2015 2016 2017
Dienstverlening Ondernemers
25.000
25.000 25.000

Bedrijfsverzamelgebouwen
In 2013 werd nog 700.000 euro bijgedragen aan de exploitatietekorten van de Spinnerij. Voor 2014 is incidenteel nog een bijdrage van 600.000 euro toegekend.
Op dit moment vindt een onderzoek naar het gemeentelijk vastgoed plaats. Het doel is alle vastgoedobjecten van de gemeente alsmede de exploitatie wijkcentra en bedrijfsverzamelgebouwen te concentreren binnen het Vastgoed Bedrijf Enschede.

Versterken Economische Structuur

De afname van lasten vanaf 2014 betreft beheersfonds Marsteden waar vanaf 2014 geen middelen meer voor zijn (zie ook onttrekking reserve 36.000 euro). De gemeente is juridisch gebonden zich aan de verplichtingen jegens het Beheersfonds te houden. De extra lasten van 36.000 euro voor 2014 moeten binnen dit product worden gedekt. Verder nemen de lasten vanaf 2014 af met 59.000 euro afname betreft binnenstadsdistributie (meerjarig opgenomen met afbouw lasten en baten). In 2014 is een bedrag van 50.000 euro opgenomen voor aanvullende subsidie voor de Military.

Keuzenota 2015: regionale samenwerking economie en beleid
Door het economisch beleid van lokaal beleid op te tillen naar regionaal beleid kan het economisch beleid van Twente veel effectiever worden. Dat geldt zowel voor het beleid binnen de grenzen van Twente als wel in onze rol als gesprekspartner naar de medeoverheden. Voor onderdelen van het beleid wordt nu veertien keer hetzelfde gedaan. Opschaling naar regionaal niveau betekent dat er met een bezuiniging toch meer capaciteit kan worden ingezet voor een beter onderbouwd beleid. Op korte termijn leidt dat tot een bezuiniging, op lange termijn tot een hogere economische groei.
Maatregel 2015 2016 2017
Regionale samenwerking economie en beleid 80.000 160.000 250.000

Projecten Economische Ontwikkeling
Ten opzichte van 2013 zijn de lasten op dit product in 2014 en verder 6.300.000 euro lager. Dit wordt verklaard door:
  • 4.300.000 euro verklaard door het verwerken van een subsidie van de Regio Twente voor HOV-projecten en Kennispark
  • 1.036.000 euro technische wijziging concernrapportage voor verwerking van het productieprogramma van PMBE
  • 900.000 euro heeft betrekking op besluit gemeenteraad voor bijdrage aan de Participatiemaatschappij Oost Nederland N.V. (PPM Oost)
Innovatie en Ondernemerschap
Het werkbudget bij Strategie en Beleid wordt op dit onderdeel met een bedrag van 25.000 euro versoberd.
Maatregel  2015 2016  2017
Innovatie en Ondernemerschap  25.000  25.000  25.000

Arbeidsmarktparticipatie
De rijksbijdrage uit het Participatiebudget was in 2013 nog 14,9 miljoen euro, in 2014 is deze 12,8 miljoen euro, een teruggang van 2,1 miljoen euro. Deze teruggang heeft ook gevolgen voor onze re-integratieactiviteiten. In het Uitvoeringsprogramma EAA 2014 dat hieronder nog kort wordt toegelicht is deze lagere rijkssubsidie verwerkt.

In het uitvoeringsprogramma EAA 2014 wordt het instrumentarium benoemd dat nodig is voor het bereiken van de strategische doelen. De volgende tabel geeft per strategisch doel inzicht in de benodigde instrumenten en bijbehorende (totale) kosten. De tabel geeft eveneens inzicht in de kosten van flankerende voorzieningen. Deze zijn niet specifiek toe te rekenen aan een strategisch doel.

Doelen 

Instrumenten Uitgaven 2014
(mln. €)
Werken Werkgeversbenadering, loondispensatie, jongerenvoucher, proefplaatsingen, WIW/ID, startersbegeleiding, arbeidsbonus 2,1
Leren Leer/werken BBL en BOL, vakscholing, educatie,
taal en Inburgering
2,0
Meedoen Klimopbanen, arbeidsmarktoffensief (trajecten), aansluiting dagactivering, FIFE en Eigen kracht 3,8
Flankerende
voorzieningen
Personele inzet werkgeversbenadering, diagnose en werkzoekende begeleiding en, arbeidsmarktoffensief, empowerment, specialistische dienstverlening, arbeidsmedische keuringen, no risk polis, StayOkay Hotel, nieuwe initiatieven en opvangen terugloop middelen 7,7
Invulling gemeentelijke bezuinigingsopdracht 1,0
Totaal 16,6
* exclusief netto toegevoegde waarde SW en saldo SW

Voor de uitvoering 2014 is een budget beschikbaar van 16,6 miljoen euro, bestaande uit 12,8 miljoen euro participatiebudget en 3,8 miljoen euro die via de reserveringsregeling meegenomen wordt vanuit 2013.

Algemene Bijstand Levensonderhoud
In 2013 laat ons uitkeringsbestand een grote toename zien van het aantal uitkeringsgerechtigden. Naar verwachting komt de groei in 2013 uit op 12% ten opzichte van eind 2012. We verwachten in 2014 een stijging van 3,7% en in 2015 nog 0,6%. Deze verwachting is gebaseerd op ramingen van het ministerie van SZW.  

Keuzenota 2015: Dienstverlening Werkplein
Wij blijven inzetten op een goede dienstverlening aan onze burgers en werkgevers via het Werkplein en het Ondernemersloket. Wel zien we mogelijkheden om efficiënter te werken door de werkzoekenden met een relatief korte afstand tot arbeidsmarkt meer via digitale dienstverlening en minder via face-to-face contact te helpen. Op het terrein van de werkgeversbenadering gaan we binnen en buiten de gemeente nog meer samenwerken waardoor we efficiënter en effectiever kunnen zijn.
Maatregel 2015  2016  2017
Dienstverlening Werkplein 350.000 350.000 350.000

Risico: MAU
De gemeente Enschede doorloopt momenteel de aanvraagprocedure voor een Meerjarige Aanvullende Uitkering (MAU) op het budget van de BUIG. In de jaren 2009-2012 ontving de Gemeente Enschede een MAU tegen een eigen risico van 2,5% op het budget BUIG. Tekorten boven deze grens werden in die jaren gecompenseerd door middel van een MAU-uitkering. De procedure waarin de Gemeente Enschede zich momenteel bevindt heeft betrekking op de jaren 2013, 2014 en 2015. In deze begroting wordt uitgegaan van continuering van de MAU onder de voorwaarde van een eigen risico van 2,5%. Inmiddels is duidelijk geworden dat toekenning van de MAU onder deze voorwaarde onzeker is. Bij een toekenning van de MAU tegen een eigen risico van 5% betekent dat een netto tekort in de begroting van 1,3 miljoen euro. Dit is inclusief een hoger eigen risico omdat het rijksbudget verhoogd is.

Risico: Participatiewet en wetswijzigingen WWB
Op 1 januari 2015 treedt de nieuwe Participatiewet naar verwachting in werking. De belangrijkste doelgroepen van deze wet zijn: huidige WWB’ers, mensen die niet meer kunnen instromen in de Wajong en Wsw, en mensen met een Wajonguitkering die arbeidsvermogen hebben. De Wsw blijft bestaan voor mensen die al een Wsw-betrekking hebben voordat de Participatiewet in werking treedt.
In deze begroting is nog geen rekening gehouden met de impact van de Participatiewet. De komende maanden zal de Participatiewet en tevens de wetswijzigingen van de WWB het wetgevingstraject ingaan. Dan worden de beleidsmatige en financiële consequenties inzichtelijk.

Individuele Bijzondere Bijstand
In het product Individuele Bijzondere Bijstand wordt vanaf 2014, op zowel baten- als lastenkant, voor een bedrag van 300.000 euro rekening gehouden met extra rijksmiddelen (totaal 1,2 miljoen euro), die naar verwachting aan het gemeentefonds worden toegevoegd.

Schulddienstverlening
In het product Schulddienstverlening wordt vanaf 2014, op zowel baten- als lastenkant, voor een bedrag van 900.000 euro rekening gehouden met extra rijksmiddelen (totaal 1,2 miljoen euro), die naar verwachting aan het gemeentefonds worden toegevoegd.
Vanaf 2014 wordt een deel van de schulddienstverlening niet langer bekostigd uit het Participatiebudget maar uit de algemene middelen van het armoedebeleid.

Aanvullende bezuinigingen na keuzenota
Met betrekking tot de dienstverlening van Stadsbank Oost Nederland verwachten we een efficiency-maatregel van 200.000 euro door te kunnen voeren voor 2014. We gaan er vanuit dat een besparing op de bedrijfsvoering van de Stadsbankmogelijk is. Als gevolg van deze efficiency-maatregel verwachten we binnen de kaders van de begroting 2014 te blijven. Vanaf 2015 leidt deze maatregel tot een voordeel op de gemeentebegroting indien het beroep op de armoedevoorzieningen op het niveau van de prognose van 2013 blijft.
Maatregel
2015
2016 2017
Schulddienstverlening  200.000 200.000 200.000

Risico: armoedebeleid
In september heeft het college de nota “Is herijking of heroverweging van ons armoedebeleid nodig?” voor een open debat met de Raad aangeboden. Uit de nota blijkt dat de budgettaire kaders krap zijn. Twee onzekerheden zijn op dit moment aan de orde:
  • Indien als gevolg van economische omstandigheden het beroep op de voorzieningen zoals de Bijzondere Bijstand en de Schulddienstverlening verder toeneemt, zal het budget niet langer toereikend zijn. Dit zijn open-einde-regelingen waardoor bijsturing nauwelijks mogelijk is.
  • Er is nog geen duidelijkheid van het Rijk over eventuele bestedingsvoorwaarden van de eerder aangekondigde impuls. Voor 2014 gaat het om naar schatting 1,2 miljoen. Duidelijkheid wordt nu in de Decembercirculaire verwacht.
Handhaving & Opsporing

Keuzenota 2015: bundeling handhaving

Op dit moment geven we circa 0,3 miljoen euro uit aan de Sociale Recherche Twente (SRT). Momenteel worden scenario’s uitgewerkt voor de toekomst van de SRT. Zowel het uittreden (en zelf gaan uitvoeren) als het aanpassen van de huidige financieringssystematiek heeft gevolgen voor de bestuurlijke samenwerking in de regio op dit terrein.
De bezuiniging "bundeling handhaving" van in totaal 100.000 euro is voorlopig voor een bedrag van 50.000 euro ingeboekt op het product Handhaving & Opsporing.
Maatregel 2015 2016 2017
Bundeling handhaving  50.000 50.000 50.000

Uitvoering WSW
De lasten en baten op dit product vallen in 2014 met 1,3 miljoen euro lager uit als gevolg van natuurlijk verloop uit de SW.
Daarnaast is als gevolg van de ontvlechting van de DCW een bedrag van 595.000 euro overgedragen aan BMO voor interne dienstverlening. Tenslotte zijn de apparaatskosten ruim 0,3 miljoen lager als gevolg van overdracht van personeel naar het Programma Leefomgeving en een teruggang in personeel.


Risico: Sociale Werkvoorziening

Bij de Sociale Werkvoorziening staan de opbrengsten van het beschut bedrijf en de detacheringen onder druk. De economische recessie speelt hier een rol. De geraamde opbrengststijging wordt in 2013 niet gerealiseerd en is voor 2014 een risico.

Uitvoeringsorganisatie E&W

Herijking Businessplan EAA

In 2011 is het businessplan Enschedese Arbeidsmarkt aanpak opgesteld. We zijn van plan dit businessplan te actualiseren. Dit heeft de volgende redenen:
  • De nieuwe Participatiewet is in voorbereiding. Het Businessplan EAA was gebaseerd op inzichten vanuit de ingetrokken Wet werken naar vermogen.
  • De Meerjarige Aanvullende Uitkering 2013-2015 is nog in procedure. Het analyserapport met daarbij een ontwikkelplan is opgesteld. Uitvoering hiervan vraagt extra personele capaciteit.
  • De economische situatie leidt tot een fors oplopende werkloosheid en meer mensen in de WWB
  • De bezuinigingen van het rijk op de SW zullen naar verwachting niet volledig gecompenseerd kunnen worden door omzetgroei en kostenverlaging. 
Risico: Personeel

Arbeidsmarktoffensief en stichting SDWE
Er zijn 27 fte's aan ambtelijke medewerkers werkzaam ten behoeve van het Arbeidsmarktoffensief dat in 2013 is gestart. Zeven van deze medewerkers zijn afkomstig van de stichting SDWE. Het Arbeidsmarktoffensief loopt door tot en met eind 2014. Daarna vervalt het werk en de financiële dekking van deze 27 fte's.
Een uitspraak van de Kantonrechter heeft er toe geleid dat 23 medewerkers van de Stichting SDWE een ambtelijke aanstelling bij de gemeente hebben gekregen. Naast de zeven medewerkers die werkzaam zijn bij het arbeidsmarktoffensief, zijn de overige 16 medewerkers elders geplaatst binnen de gemeentelijke organisatie.

Eenheid Mobiliteit

Momenteel zijn er 13 medewerkers nog boven formatief vanuit de reorganisatie E&W en ondergebracht bij de Eenheid Mobiliteit. Deze medewerkers worden financieel op het programma E&W verantwoord. De inspanning van het Mobiliteitsbureau zijn er op gericht deze medewerkers zo snel mogelijk naar ander werk toe te leiden of te laten uitstromen. De kans is groot dat een deel van deze groep in 2014 niet op een structureel gefinancierde plek terecht is gekomen.

CFO taakstelling Inkomen

Bij de afdeling Inkomen is voor 2014 in het kader van CFO een taakstelling van 10 fte opgenomen. Door de verslechterde economische omstandigheden loopt het aantal WWB cliënten fors op. Deze extra instroom betekent dat de beoogde reductie van personeel waarschijnlijk niet gerealiseerd kan worden. Daarbij zal het ontwikkelingsplan van de MAU ook extra inzet van deze afdeling vragen.
Daarnaast is bij de voormalige afdeling EZ een tekort op het personeelskostenbudget omdat tijdelijke geldstromen zijn afgelopen en inzet op projecten van diverse medewerkers niet doorberekend kunnen worden. Hiervoor zijn maatregelen in voorbereiding waarvan het onzeker is of deze in 2014 financieel volledig doorwerken.