Toelichting
Ruimtelijke Ontwikkeling
De begroting van dit product bevat in 2014 5,9 miljoen euro aan lasten. Iets minder dan de helft is bedoeld voor personele kosten en kapitaallasten. Het grootste deel van de materiële kosten komt voort uit de bijdrage ISV, monumentensubsidie en GRAP.
In de lasten en baten is een grote fluctuatie te zien tussen de jaren 2013, 2014, 2015 en verder. De oorzaken van hiervan zijn:
Vanaf 2014:
- Bezuinigingen op personeelskosten (CFO) (321.000 euro).
- Het budget voor monumenten is verlaagd (van 200.000 euro naar 100.000 euro).
- In 2013 is eenmalig 100.000 euro materieel budget verlaagd ten behoeve van de dekking Stedelijke Koers.
- In 2013 is eenmalig 150.000 euro budget uit de reserve landinrichting toegevoegd aan de lastenkant voor de landinrichting Zuid (verbeteren fietsroutes)
- In 2014 en 2015 wordt per jaar 254.000 euro besteed aan landinrichtingsprojecten. (o.a. grondruil)
- In 2013 is eenmalig 175.000 euro budget toegevoegd aan zowel de baten als lastenkant voor werkzaamheden voor derden
- Vanaf 2014 t/m 2017 worden jaarlijkse rentebedragen doorbetaald aan de corporaties oplopend van 33.000 euro t/m 87.000 euro
- In 2014 wordt eenmalig uit de bestemmingsreserve monumenten 124.000 euro onttrokken voor subsidies.
Vanaf 2015:
- Beëindigen van het beleid groenactieplan (GRAP) (budget daalt met 250.000 euro).
- Geen bijdrage meer voor ISV (2.400.000 euro).
- Er wordt rekening gehouden met 100.000 euro hogere opbrengsten van parkeergelden door areaaluitbreiding. Onderzoek naar haalbaarheid vindt plaats in 2014.
Ten aanzien van de storting en onttrekking aan de reserves treden de volgende wijzigingen op:
- De vrijval binnen de reserve BWS in 2013 wordt in 2014 ingezet als incidentele bezuiniging van 500.000 euro.
- In 2013 is 100.000 euro onttrokken aan de reserve landinrichting voor de incidentele bezuiniging 2014.
Zowel aan de baten als lastenkant is nog geen rekening gehouden met de dienstverlening aan derden. Op het moment dat dienstverlening voor derden wordt verricht dan wordt de begroting daarop aangepast.
Bestemmingsplannen
De begroting bevat in 2014 1,1 miljoen euro aan lasten. Het grootste deel is bedoeld voor personele kosten. Van de materiële kosten is het grootste deel (125.000 euro) bedoeld voor planschades.
In 2013 is een bedrag van 363.000 euro aan lasten en baten opgenomen die de gemeente heeft gemaakt in verband met kostenverhaal. De gemeente heeft de mogelijkheid bepaalde kosten van bestemmingsplannen op basis van de wet Wro of via privaatrechtelijke overeenkomst te verhalen bij initiatiefnemers.
In 2014 zijn deze lasten en baten nog niet opgenomen, dit zal pas gebeuren op het moment dat er verzoeken binnenkomen tot aanpassing van een bestemmingsplan. De bezuinigingen op personeelskosten (CFO) zijn verwerkt (162.000 euro).
Verkeersinfrastructuur en beleid
De begroting van dit product bevat in 2014 8,7 miljoen euro aan lasten. Die bestaat uit:
- Uitvoering mobiliteitsplan (4,4 miljoen euro).
- Projectensubsidies (2 miljoen euro).
- Overige uitgaven (o.a. personeel en onderhoud, zie figuur) (1,4 miljoen euro).
- Saldo onttrekking en storting in reserve (0,9 miljoen euro).
De lasten en baten in 2014 zijn respectievelijk 12,8 miljoen euro en 9,8 miljoen euro lager dan in 2013. In belangrijke mate komt dat doordat in de loop van 2013 enkele grote uitvoeringsbudgetten – zoals voor de derde fase Auke Vleerstraat en het fietspad Zuid Esmarkerrondweg - door de raad zijn geaccordeerd. Hierdoor is zowel aan de lasten als de batenkant de begroting in 2013 duidelijk hoger. In de loop van 2014 zal de begroting op basis van nadere projectvoorstellen nog worden aangepast.
In 2014 is een bedrag voor onttrekking aan de reserve mobiliteit begroot van 3 miljoen euro (in 2013 7 miljoen euro) en een bedrag begroot aan te ontvangen subsidies van 2 miljoen euro (in 2013 begroot 10,9 miljoen euro). De toekenning van budget voor nieuwe projecten gebeurt op basis van separate raadsvoorstellen in de loop van het jaar, niet bij de programmabegroting. Zo zal in 2014 bijvoorbeeld nog budget worden aangevraagd voor de uitvoering van fase 5 van de HOV-midden. De uiteindelijke begroting voor verkeersinfrastructuur en beleid zal daarmee in de loop van het jaar nog wijzigen.
Toelichting bijdrage structurele bezuinigingen vanaf 2014:
- bezuinigingen (programmabegroting 2013) op personeelskosten (CFO) in 2014 (103.000 euro)
- Afschaffen gratis openbaar vervoer 70+ 200.000 euro vanaf 2014
- Stoppen verkeerseducatie ouderen 50.000 euro vanaf 2014
- Vermindering kapitaallasten door incidentele verlaging uitgaven diverse projecten (o.a. mobiliteitsmanagement) van 50.000 euro in 2015 oplopend tot 60.000 euro vanaf 2016.
- Vermindering onderzoeksbudget, kleine verkeersprojecten en strategische fietsprojecten 400.000 euro vanaf 2015
Toelichting op bijdrage incidentele bezuinigingen in 2014:
- extra ontvangen subsidie verkeersveiligheid (500.000 euro).
- extra ontvangen subsidie voor fietspad Zuid Eschmarkerrondweg (375.000 euro)
- lagere kosten in het project Auke Vleerstraat (200.000 euro)
Cultuur
De cultuurbegroting bevat in 2014 18,5 miljoen euro aan lasten. Het overgrote deel daarvan – rond 17 miljoen euro – gaat als structurele subsidie naar instellingen en verenigingen.
Daarvan gaat ca.16 miljoen euro gaat naar 7 grotere instellingen op het terrein van muziek en beeldende kunst:
- Wilminktheater & Muziekcentrum
- ATAK
- Kaliber Kunstenschool (voorheen De Muziekschool Twente)
- Concordia
- TwentseWelle
- Tetem Kunstruimte/Medialab
- Openbare Bibliotheek
Daarnaast gaat er rond 1,0 miljoen euro naar:
- De ondersteuning van de instellingen uit de nationale culturele basisinfrastructuur.
- Een aantal kleinere instellingen op het gebied van muziek en beeldende kunst (denk daarbij aan het Vestzaktheater, galerie Objectief, Villa de Bank en Jazzcafé De Tor)
- Subsidies voor activiteiten op het gebied van beeldende kunst en amateurkunst
Verder gaat het om een aantal kapitaallasten en huurbijdragen (onder meer voor ateliers), personeelslasten en kleine subsidies.
De wijzigingen in de begroting van 2014 en verder worden veroorzaakt door:
- Bezuinigingen op materieel budget van 200.000 euro op Kaliber Kunstenschool en 200.000 euro op Concordia. Beide in 2014. Om die bezuinigingen te kunnen realiseren zullen frictiekosten ontstaan.
- Een incidentele verhoging van de subsidie over 2014 aan het Wilminktheater met 161.000 euro. Het betreft de restantbijdrage uit de rentevoordelen Triodos-geldleningen Muziekkwartier.
- Een eenmalige bijdrage in 2013 uit de reserve stadsverfraaiing voor het kunstwerk op het Wilminkplein van 207.000 euro.
- Bezuinigingen op personeelskosten (CFO) van 139.000 euro.
- Bijdrage (bate) van Binnenstad/Roombeek ad. 600.000 euro ter verhoging van de subsidie aan Twentse Welle is met ingang van 2014 komen te vervallen, en overeenkomstig een afspraak uit het coalitieakkoord structureel opgenomen in de begroting.
- Uit de reserve stadsverfraaiing worden de komende jaren bedragen onttrokken voor kunst op het Koningsplein en onderhoud van de kunstcollectie. Dit betekent extra uitgaven van 100.000 euro in 2014 en vanaf 2015 t/m 2017 50.000 euro per jaar.
- Een toevoeging vanaf 2015 van 250.000 euro, via de subsidie aan het Wilminktheater voor kosten van groot onderhoud aan het Muziekcentrum (Kadernota 2013).
- Tot slot is er een optelling van kleine verschuivingen in personeelslasten en materiële budgetten. Dit leidt tot een verhoging van de cultuurbegroting en een verlaging van de begroting met hetzelfde bedrag van evenementen en citymarketing.
Bij de keuzenota 2015-2017 is voorgesteld om vanaf 2017 structureel 1.800.000 euro op cultuur te bezuinigen. Deze bezuiniging wordt bereikt via 200.000 euro in 2015, aanvullend 700.000 euro in 2016 en tenslotte nog een keer 900.000 euro aanvullend in 2017.
Aan de bezuinigingen in 2017 wordt bijgedragen door: de Openbare Bibliotheek (rond 300.000 euro), Kaliber Kunstenschool (rond 500.000 euro), Concordia (rond 400.000 euro), en een generieke korting op het andere deel van het culturele veld (rond 600.000 euro). Tegelijk wordt komende jaren gezocht naar andere mogelijkheden om aan deze 600.000 euro invulling te geven. Mogelijkheden die verkend worden liggen in een verdere beperking tot kerntaken van de culturele instellingen en verdergaande vormen van samenwerking.
Evenementen en Citymarketing
De begroting omvat in 2014 lasten van 3,1 miljoen euro, waarvan bijna 2,8 miljoen euro aan subsidies wordt verstrekt. Verder is er nog een aantal kleinere budgetten voor onder meer beheer en onderhoud na evenementen en voor personeelslasten.
De subsidies zijn als volgt verdeeld:
- 1.700.000 euro naar Enschede Promotie voor organisatiekosten, algemene stadspromotie van evenementen. Dat is 250.000 euro lager dan in de begroting stond voor de jaren 2010 t/m 2012.
- 860.000 euro naar evenementen uit het evenementenprogramma, waaronder een evenement met (inter)nationale aantrekkingskracht.
- 200.000 euro naar kleinere evenementen (volksfeesten, literaire manifestaties, etc.), culturele activiteiten, studentenzaken.
De wijzigingen ten opzichte van 2013 worden veroorzaakt door de bezuinigingen op personeelskosten (CFO) (54.000 euro). En een optelling van kleine verschuivingen in personeelslasten en materiële budgetten. Dit leidt tot een verhoging van de cultuurbegroting en een verlaging van de begroting met hetzelfde bedrag van evenementen en citymarketing.
Vanaf 2015 wordt aanvullend bezuinigd op stadsmarketing. Van 150.000 euro in 2015 tot 300.000 euro vanaf 2016. Deze bezuiniging wordt voor een deel gevonden in de organisatie van Enschede Promotie en een verdere verlaging van het evenementenbudget. Een ander deel moet voortkomen uit schaalvoordelen door verdergaande regionale samenwerking.
053Stad (Binnenstad/Roombeek)
De lasten en baten van het product 053 Stad hebben betrekking op de grondexploitaties Roombeek, Spoorzone Middengebied, Boddenkamp en het Actieprogramma Binnenstad. Deze grondexploitaties maken integraal onderdeel uit van het MPG, maar worden wel afzonderlijk gepresenteerd in de begroting en jaarrekening. De grondexploitaties zijn resultaatneutraal in de gemeentelijke exploitatierekening opgenomen.
De totale lasten voor de periode 2014-2017 bedragen ca. 11,6 miljoen euro. Het grootste deel van de totale lasten voor 2014-2017 bestaat uit kosten voor het bouw- en woonrijp maken (ca. 5 miljoen euro, ca. 40 %.) en plankosten (ca. 3,5 miljoen euro, ca. 30 %). De overige kosten zijn onder andere grondaankopen, sloop, sanering, uitgavenstijging en rente.
De totale baten over de periode 2014-2017 bedragen ca. 10,2 miljoen euro. Deze baten bestaan voor het grootste gedeelte uit opbrengsten uit kavelverkoop voor woningbouw (ca. 7,4 miljoen euro) en bedrijven (2,4 miljoen euro).
Deze begroting is ook conform verwerkt in het MPG van 2013.
De begrote lasten en baten voor de periode 2014-2017 zijn gewijzigd ten opzichte van de Programmabegroting 2013-2016 als gevolg van de maatregelen in het kader van de stedelijke koers (verlaging kosten, uitfasering, schrappen van programma, schrappen opbrengsten en toevoegen kosten als gevolg van uitfasering, zoals plan- en rentekosten).
Het saldo van de reserve rentebaten Roombeek van 304.000 euro valt in 2013 vrij en wordt voor 2014 ingezet als incidentele besparing.
In de bijlage grondbeleid is een afzonderlijke toelichting op de ontwikkelingen in het MPG opgenomen.
Parkeerbeheer
De lasten en baten komen voort uit het meerjarenperspectief parkeerbeheer (MPP) 2014 – 2024 dat integraal onderdeel uitmaakt van deze programmabegroting. (zie de bijlage Meerjarenprognose Parkeerbeheer)
Er wordt rekening gehouden met een inflatie van 2% per jaar over de lasten. De baten laten een krimp zien in de verkoop van het aantal parkeeruren. Voor 2014 wordt deze krimp evenals in 2013 begroot op 2%. De krimp komt in 2013 hoger uit. Deze krimp zet zich naar verwachting nog twee jaar door, waarna voor 2016 en 2017 een krimp van 1% wordt verwacht. Dit, en het niet doorberekenen van de btw verhoging van 1 oktober 2012, veroorzaakt een daling in de opbrengsten uit parkeren.
De derde toegang tot de van Heekgarage (parkeren bezoekers MST) is nu onderdeel van de parkeerexploitatie. Deze is per 2016 opgenomen in de begroting.
In 2013 heeft de gemeenteraad de parkeervisie vastgesteld. Structureel wordt voor de parkeervisie 111.000 euro budget in het MPP opgenomen en ten laste van het resultaat gebracht. Als bijdrage aan de incidentele bezuinigingen 2014 in 2013 500.000 euro onttrokken aan de voorziening groot onderhoud. Dit zal waarschijnlijk effect gaan hebben op het onderhoudsniveau van de parkeergarages. Dit wordt nader onderzocht.
Grondbedrijf
In de tabel van lasten en baten van het programma zijn de begrotingscijfers van het grondbedrijf uit het meerjaren perspectief grondbedrijf 2013 (raadsbesluit van 27 mei 2013) gepresenteerd, alsmede het resultaat van het eindproduct Beleid grond. De grondexploitaties Binnenstad/ Roombeek zijn verantwoord bij het product 053-stad. Voor Beleid Grond is een toelichting in het MPG gegeven. De grondexploitaties zijn risiconeutraal in de gemeentelijke exploitatierekening opgenomen. Hieronder zijn de begrote lasten en baten voor de periode 2013-2017 weergegeven.
Lasten
Bouwgrond in exploitatie |
31.412
|
15.475
|
11.527
|
9.242
|
9.710
|
77.016
|
Niet in exploitatie genomen gronden/ overige gronden |
2.993
|
-
|
-
|
-
|
-
|
2.993
|
Erfpacht/ kleine projecten |
585
|
-
|
-
|
-
|
-
|
585
|
Administratief complex |
21.456
|
-1.322
|
17.092
|
-681
|
-901
|
35.644
|
Rente |
5.673
|
5.990
|
5.928
|
6.668
|
7.588
|
31.846
|
Verrekening onderhanden werk |
6.607
|
1.191
|
1.205
|
398
|
476
|
9.877
|
Beleid grond (eindproduct) |
72
|
72
|
72
|
72
|
72
|
360
|
De Stedelijke koers heeft geleid tot het stopzetten en faseren van projecten. Als gevolg hiervan zijn de begrote lasten in de periode 2013-2017 aanzienlijk lager. Was in het MPG 2012 in de lopende grondexploitaties nog 110 miljoen euro aan lasten begroot voor de komende vijf jaar, in het MPG 2013 is dit fors gereduceerd tot 77 miljoen euro. Het grootste deel van de totale lasten bestaat uit kosten voor het bouw- en woonrijp maken (37 miljoen euro, 50%), plankosten (10 miljoen euro, 14%) en diverse projectkosten (23 miljoen euro, 30%).
De afwijking in de lasten van de bouwgrond in exploitatie (BIE) tussen 2013 en 2014 van 15 miljoen euro wordt veroorzaakt door de uitfasering van projecten en het afmaken van projecten die al in de uitvoeringsfase zitten (zoals Diekman, Laares, Bleekerij en Velve-Lindenhof). Het verschil in het administratief complex tussen 2013 en 2014 wordt veroorzaakt doordat de 18 miljoen voor de uitfasering en afwaardering van bedrijventerreinen staat opgenomen voor 2013 conform de Stedelijke Koers. Deze wordt in 2014 verwerkt in de grondexploitaties. In 2015 zijn deze lasten weer hoger omdat in dat jaar de bedragen zijn opgenomen om de nadelige effecten van de Stedelijke koers op de programmering van GEM Zuiderval op te vangen en om risico’s voortvloeiend uit het contract met GEM Zuiderval af te dekken.
Baten
Bouwgrond in exploitatie |
Niet in exploitatie genomen gronden/ overige gronden |
Erfpacht/ kleine projecten |
Administratief complex |
Verrekening onderhanden werk |
De baten nemen af in de komende jaren als gevolg van de uitfasering van projecten zoals besloten bij de Stedelijke koers. Was in het MPG 2012 in de lopende grondexploitaties nog 160 miljoen euro aan opbrengsten begroot voor de komende vijf jaar, in het MPG 2013 is dit fors gereduceerd tot 110 miljoen euro. De totale opbrengsten komen uit kavelverkopen (74 miljoen euro, 67%), exploitatiebijdragen (17 miljoen euro, 15%) en subsidies/overige inkomsten (18 miljoen euro, 16%).
De afname in 2014 komt overeen met de afname bij de lasten als gevolg van de verrekening onderhanden werk als het saldo van baten en lasten. De werkelijke baten in de projecten betreffen voornamelijk de kavelverkopen (circa 70%). De werkelijke afname van de baten betreft het onderdeel exploitatiebijdragen van derden. Hier ontstaat een daling van circa 6 miljoen euro vanaf 2016. In 2013 is nog sprake van hogere eenmalige baten uit zogenaamde interne financieringsmiddelen t.b.v. projecten (MSI, bijdragen uit programma’s) en verkopen van onroerend goed in het projectgebied van circa 12 miljoen euro.
Toelichting stortingen en onttrekkingen reserves
De reserve grondbedrijf is een buffer ten behoeve van het egaliseren van zowel positieve als negatieve resultaten op de exploitatie van gronden. Het verloop van deze reserve wijzigt als gevolg van de actualisatie van de grondcomplexen in het Meerjaren Perspectief Grondbedrijf (MPG).
De begrote stortingen in de reserve grondbedrijf in de periode 2014-2017 betreffen de geplande winstnemingen in de projecten op basis van het MPG 2013.
Locatieontwikkeling
In het product locatieontwikkeling worden met name de personele kosten van gemeentelijke initiatieven voor gebiedsontwikkeling verantwoord. Het gaat daarbij om onder meer de herstructureringsprojecten. Daarnaast worden bijdragen aan het project stadsweide verantwoord.
In 2013 zijn eenmalige lasten opgenomen van het project stadsweide van 1.025.000 euro, plankosten voor herstructurering van 500.000 euro en een eenmalige last van 500.000 euro voor Stedelijke Koers, die gedekt worden door een bijdrage uit de reserve MSI. Daarnaast is de storting in de bestemmingsreserve Boswinkel 100.000 lager in 2014 als gevolg van het gevolgde dotatieplan. In de programmabegroting 2014 zijn nog geen bijdragen opgenomen uit de reserve MSI. De begroting wordt in 2014 aan de hand van afzonderlijke raadsbesluiten over het project aangepast.
De baten zijn in 2014 165.000 euro lager dan in 2013. Dit wordt veroorzaakt doordat in 2013 bijdragen zijn geraamd van particuliere initiatiefnemers voor gemaakte gemeentelijke kosten en een opgenomen EFRO bijdrage voor project stadsweide. De EFRO subsidie voor stadsweide is naar rato van de te maken uitgaven verdeeld over de jaren.
In 2015 is bij de lasten het eenmalige budget (3 miljoen euro) toegevoegd voor de kosten voor de infrastructuur voor de Luchthaven. Dit conform het Raadsbesluit van 14-12-2009. De daling van de baten in 2014 en 2015 wordt veroorzaakt door de afname van EFRO subsidies.
In het kader van de incidentele bezuinigingen wordt 3,3 miljoen euro uit de reserve MSI gehaald. Het gaat om 2 miljoen euro in 2014 en 1,3 miljoen euro in 2015. Dit bedrag wordt toegevoegd aan het weerstandsvermogen. De consequenties zijn verder toegelicht in bijlage 7.9 ruimtelijke projecten (MSI).