9. Rechtmatigheidsverantwoording

Verantwoordelijkheid college van burgemeester en wethouders

De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreffen het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met door de raad vastgestelde kaders zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de raad op 29 januari 2024 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht.

 

Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door de raad bepaald en bedraagt 1% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op 9,9 miljoen euro. De grondslag voor deze verantwoording is de Kadernota Rechtmatigheid 2024 van de Commissie BBV van oktober 2024.

 

Bevinding

Het college stelt vast dat de omvang van de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties die niet rechtmatig tot stand zijn gekomen 12,0 miljoen euro bedraagt. Dit is hoger dan de daarvoor gestelde grens van 10,0 miljoen euro. Van de niet rechtmatig tot stand gekomen verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties is volgens het college overigens een bedrag van 9,9 miljoen euro acceptabel op basis van door de gemeenteraad vastgestelde afspraken.

 

De geconstateerde afwijkingen betreffen:

 

   
Begrotingscriterium  
Vitaal en sociaal 7,7
Samenleving en bestuur 2,8
Totaal begrotingsonrechtmatigheden 10,5

 

Bedrag hiervan dat niet past binnen het vooraf vastgestelde beleid volgens artikel 11 lid 4 van de Financiële verordening en daarmee niet acceptabel is. Dit betreft de toevoeging aan de pensioenvoorziening wethouders. Deze afwijking is in de tussenrapportage nog niet bekend, omdat de rekenrente pas eind van het jaar beschikbaar is.

 

0,6

   
Voorwaardencriterium  
Inkopen: aanbestedingsrichtlijnen niet nageleefd 1,5
   
M&O criterium  
Geen bevindingen.  
   
Totaal van de onrechtmatigheden 12,0
Waarvan acceptabel 9,9
Waarvan niet-acceptabel 2,1

 

In de paragraaf bedrijfsvoering is op basis van de Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV en op basis van de afspraken met de raad aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. In deze paragraaf heeft het college ook beschreven welke actie hij onderneemt om vermelde afwijkingen op het voorwaardencriterium (onrechtmatigheid inkopen) in de toekomst te voorkomen. De begrotingsonrechtmatigheid van het programma Vitaal en sociaal en het programma Samenleving en bestuur is in paragraaf 8.4 nader toegelicht.