6. Toelichting op de balans

Inleiding

De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet, waarin door de gemeenteraad de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.

 

Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.

De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.

Met betrekking tot de verwerking van de algemene uitkering heeft de commissie BBV een stellige uitspraak gedaan. Deze uitspraak houdt in dat in de jaarrekening de algemene uitkering wordt opgenomen conform de in het jaar laatst gepubliceerde accresmededeling, die doorgaans is opgenomen in de september circulaire van het boekjaar.

Met betrekking tot de eigen bijdragen die het CAK int en aan de gemeenten afdraagt geldt op basis van de Kadernota rechtmatigheid 2018 van de commissie BBV het volgende. Gemeenten kunnen op basis van de overzichten van het CAK wel de aantallen personen, soort en omvang van de zorgverlening beoordelen met de eigen WMO-administratie. Probleempunt is dat door het ontbreken van inkomensgegevens op deze overzichten de informatie over de eigen bijdrage ontoereikend is om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeenten geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau, zoals hiervoor is toegelicht. De gemeente zal deze onzekerheid in de jaarstukken moeten noemen, ook al ligt de oorzaak niet bij de gemeente.

Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden en overlopende verlofaanspraken.

 

Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld door reorganisaties) dient wel een verplichting opgenomen te worden. 

In de jaarrekening 2022 is een voorziening verlofsparen gevormd. Als gevolg van de gewijzigde cao kunnen medewerkers vanaf 1 januari 2022 namelijk bovenwettelijk verlof sparen voor vervroegd pensioen en/of een sabbatical. Door het ongelijke verloop van deze personele verplichtingen over de jaren is het voorgeschreven hier een voorziening voor te vormen.

 

Balans

Vaste activa

 

Immateriële vaste activa

Algemeen

De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. Eventuele van derden verkregen specifieke investeringsbijdragen worden in mindering gebracht op het geactiveerde bedrag (artikel 62 lid 2 BBV). Hierbij wordt de verkregen bijdrage als bate verantwoord.

 

Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief

De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief.

 

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

Bijdragen aan activa van derden worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak. 

 

Materiële vaste activa

Algemeen

Activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend, inclusief de direct te relateren salariskosten. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het actief kan worden toegerekend; in dat geval vermeldt de toelichting dat deze rente is geactiveerd.

 

De systematiek van afschrijven is lineair (in enkele gevallen op annuïtaire basis), conform de Financiële verordening. Er wordt afgeschreven over deze waarde met ingang van het jaar volgend op de ingebruikname. Activa welke nog niet in gebruik zijn genomen per ultimo boekjaar, maar nog in uitvoering zijn, worden gepresenteerd onder de categorie materiële vaste activa waar ze na gereed melding worden geactiveerd.

 

De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren:

Materieel vast actief Afschrijvings
termijn
(jaren)

Gronden en terreinen

n.v.t.

Gebouwen

40

Verbetermaatregelen, maatregelen afkoppelen en bouwkundige constructies riolering

30

Renovatie, upgrading

25

Relining riolering

20

Meubilair

15

Machines, apparaten en installaties

10

Transportmiddelen, gereedschappen, automatiseringsapparatuur

5

Kosten onderzoek en ontwikkeling

4

Kantoorautomatisering

3

 

Afwaardering van bedrijfseconomisch vastgoed vindt plaats als de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde. Afwaardering van maatschappelijk vastgoed vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde en er ten opzichte van de huidige functie geen (bestuurlijke) intentie is voor duurzame exploitatie. Als een vast actief buiten gebruik is gesteld, heeft op het moment van buitengebruikstelling een afwaardering van de boekwaarde plaatsgevonden naar de lagere restwaarde.

 

Investeringen met economisch nut

Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht.

Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven.

 

Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven

Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering, het inzamelen van huishoudelijk afval of andere alsook voor rechten die op grond van art. 229 lid 1 a en b Gemeentewet worden geheven, dan worden deze investeringen op de balans opgenomen in een aparte categorie: de investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.

 

Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut

Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven. De verplichting om alle investeringen te activeren volgens de nieuwe methode geldt voor investeringen die vanaf het begrotingsjaar 2018 worden gedaan.

 

Door de invoering van de nieuwe systematiek blijven verschillen bestaan in de wijze waarop mag worden afgeschreven op investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut die vóór het begrotingsjaar 2018 zijn gedaan. Om inzicht te geven in het deel van de activa dat wel vergelijkbaar is qua systematiek is in het verloopoverzicht in de toelichting op de balans aangeven welk bedrag volgens de nieuwe systematiek is verantwoord en welk deel volgens een andere systematiek.

 

In erfpacht uitgegeven gronden

Voor in erfpacht uitgegeven gronden geldt de uitgifteprijs van eerste uitgifte als verkrijgingsprijs. Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen registratiewaarde. Eventuele afkoopsommen voor voortdurende contracten zijn verwerkt onder de langlopende schulden en vervallen naar rato van afkoopperiode vrij ten gunste van het resultaat.

 

 

Financiële vaste activa

Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen, (overige) leningen u/g en (overige) uitzettingen zijn – tenzij hierna anders is vermeld – opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs.

De obligatieportefeuille is gewaardeerd tegen de verwachte aflossingswaarde. Het verschil met de destijds betaalde verkrijgingsprijs is als transitorische (rente)post in de balans opgenomen. Dit verschil wordt in het resultaat opgenomen in de (gemiddeld) resterende looptijd tot aflossing/uitloting.

Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid e BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of BV.

 

Vlottende activa

 

Voorraden

Grond en hulpstoffen

Grond- en hulpstoffen zijn opgenomen tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Wanneer de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, wordt afgewaardeerd naar deze lagere marktwaarde.

 

Onderhanden werk, gronden in exploitatie

De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken) alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.

 

Voor winstneming geldt de percentage of completion methode: baten en lasten – en het daaruit vloeiende resultaat – moeten worden toegerekend aan de periode waarin deze zijn gerealiseerd. Bij meerjarige projecten betekent dit dat (de verwachte) winst niet pas aan het eind van het project als gerealiseerd moet worden beschouwd, maar gedurende de looptijd van het project tot stand komt en ook als zodanig moet worden verantwoord. Het verantwoorden van tussentijdse winst is daarmee geen keuze, maar een verplichting die voortvloeit uit het realisatiebeginsel. Bij het bepalen van de tussentijdse winst is het wel noodzakelijk de nodige voorzichtigheid te betrachten. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid en dient er winst te worden genomen:

  1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat.
  1. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht.
  1. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Indien er sprake is van winst, wordt deze berekend op basis van de eindwaarde van het project, conform de notitie ‘Grondbeleid 2019’ van de commissie BBV. Als de berekening van de tussentijdse winstneming volgens de percentage of completion methode ertoe leidt dat in eerdere jaren teveel winst is genomen, dan neemt de gemeente de eerder teveel genomen winst terug.
Subsidiebaten en de daarbij behorende subsidiabele kosten bij grondexploitaties maken geen onderdeel uit van de tussentijdse winstneming en worden verantwoord op het moment dat de subsidie volgens de
subsidievoorwaarden is gerealiseerd.

 

Voor eventuele verwachte negatieve resultaten op projecten wordt zo nodig een voorziening gevormd. De verliesvoorziening wordt bepaald op netto contante waarde op basis van door het BBV voorgeschreven 2% disconteringsvoet. Deze zogenaamde verliesvoorziening wordt als waardecorrectie op de voorraad onderhanden werk in mindering gebracht. Wanneer de verliesvoorziening groter is dan de boekwaarde van de betreffende grondexploitatie, dan wordt het restant van de voorziening dat niet gesaldeerd kan worden aan de passief zijde van de balans onder de voorzieningen gepresenteerd. 

 

Gereed product

Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich vooral voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loon- en machinekosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.

 

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

Vorderingen

De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

 

Liquide middelen en overlopende posten

Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.

 

Vaste passiva

Voorzieningen

Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen die is opgenomen in het jaarverslag is het beleid ter zake nader uiteengezet.

 

Vaste schulden

Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

 

Vlottende passiva

De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

 

Borg- en Garantstellingen

Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

6.1. Immateriële vaste activa

Bedragen x 1.000 Euro's 2022 2021
Kosten onderzoek & ontwikkeling 0 0
Bijdragen aan activa in eigendom van derden 5.197 10.979
Totaal immateriële vaste activa 5.197 10.979

Toelichting

Deze activa betreffen investeringsbijdragen aan activa van derden zoals brede school Velve Lindehof, Stroinkslanden, Sportpark Boekelo, voorzieningencluster Roombeek, Tracé N18. Tracé N18 is in 2022 versneld afgeschreven omdat het tracé N18 eigendom is van het Rijk. Het Rijk hanteert het kasstelsel bij deze investering en neemt de lasten in één keer. De gemeente Enschede heeft de afschrijvingstermijn voor de N18 aangepast aan die van het Rijk. Dit heeft geleid tot een versnelde afschrijving van 5,4 miljoen euro in 2022 voor het Tracé N18. De reguliere afschrijving voor de bijdragen aan investeringen van derden bedroeg 0,4 miljoen euro.

6.2. Materiële vaste activa

Bedragen x 1.000 Euro's 2022 2021
Gronden en terreinen 63.111 64.656
Woonruimten 143 189
Bedrijfsgebouwen 199.798 207.533
Grond weg en waterbouwkundige werken 133.359 130.998
Vervoermiddelen 22 69
Machines apparaten en installaties 15.584 17.984
Overige vaste activa 4.756 3.597
Totaal  materiele vaste activa 416.772 425.025

Toelichting

De activa worden onderscheiden naar activa met een economisch nut of activa in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Als voor de categorie activa met economisch nut heffingen of rechten gevraagd kunnen worden, is er sprake van een derde categorie: economisch nut met heffing. Een bijzondere categorie betreft de in erfpacht uitgegeven gronden. Erfpacht is een beperkt recht, waarbij het eigendom in handen van de gemeente blijft, terwijl een aantal rechten die daar normaal gesproken bij horen in handen van een ander komen. Onderstaande tabel geeft inzicht in dit onderscheid.

Bedragen x 1.000 Euro’s 2022 2021
Investeringen met economisch nut 269.120 281.703
Investeringen met economisch nut waarvoor heffingen worden geheven 84.702 86.551
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut 44.572 39.006
In erfpacht uitgegeven gronden 18.379 17.764
Totaal materiele vaste activa 416.772 425.025

Hieronder geven we per categorie inzicht in het verloop van de boekwaarde. 

 

Investeringen met economische nut

Economische nut    Bedragen x 1.000 Euro's Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Correcties Bijdragen derden Boekwaarde 31-12-2022
Gronden en terreinen 47.085 1.421 -3.588 -52 -228 0 44.638
Woonruimten 189 0 0 -46 0 0 143
Bedrijfsgebouwen 207.486 1.214 -26 -9.061 0 0 199.613
Grond weg en waterbouwkundige werken 6.752 1.601 0 -684 0 -1.264 6.405
Vervoermiddelen 69 0 0 -47 0 0 22
Machines apparaten en installaties 16.488 3.615 0 -4.978 0 -510 14.615
Overige vaste activa 3.634 618 0 -565 0 -3 3.684
Totaal materiele vaste activa -  Economisch nut 281.703 8.469 -3.615 -15.433 -228 -1.776 269.120

Toelichting

 

 

De investeringen bedragen ongeveer 8,5 miljoen euro en bestaan uit :

  • Gronden en terreinen: verwervingen strategische gronden (1,4 miljoen euro) betreft slo pand;
  • Bedrijfsgebouwen: (ver)bouwkosten door vastgoedbedrijf voor met name onderwijshuisvesting ad 0,6 miljoen en verbouwing de Boei 0,3 miljoen euro;
  • Grond weg- en waterbouwkundige werken: investeringen voor 1,6 miljoen waaronder stationsplein, slimme oversteek, deurningerstraat en kennispark;
  • Machines, apparaten en installaties: investeringen in IT zoals hardware en software (2,0 miljoen euro) en brandmeldcentrale van Heek 1,5 miljoen;
  • Overige vaste activa: investeringen door de afdeling huisvesting en services voor o.a. werkplekinrichting (0,2 miljoen euro) en burgerzaken 0,2 miljoen.

De desinvesteringen bedragen 3,6 miljoen en betreft de verkoop van het pand Wegener aan de Getfertsingel. 

 

De afschrijvingen bedragen ruim 15 miljoen euro voornamelijk conform reguliere afschrijvingstermijnen en bestaan uit:

  • Gronden en terreinen (0,1 miljoen euro);
  • Bedrijfsgebouwen (9,0 miljoen euro) zoals gemeentelijke panden en onderwijsgebouwen;
  • Grond- weg en waterbouwkundige werken (0,7 miljoen euro) zoals openbare verlichting, ticketautomaten / parkeerinstallaties en sportvoorzieningen;
  • Vervoermiddelen (0,1 miljoen euro) zoals dienstauto's, bakwagen, heftruck, etc;
  • Machines apparaten en installaties (5 miljoen euro) zoals IT apparatuur (hard-/software, telefonie), technische installaties voor gebouwen (o.a. muziekcluster, gemeentelijke gebouwen, parkeergarages, onderwijsgebouwen, etc);
  • Overige vaste activa (0,5 miljoen euro), voornamelijk werkplekinrichting.

 

Bijdragen van derden in de grond, weg- en waterbouwtechniek bedraagt 0,4 miljoen euro provinciale subsidie voor metname kennispark en slimme oversteek.

Investeringen met economisch nut waarvoor heffingen worden geheven

Heffingen    Bedragen x 1.000 Euro's Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Correcties Bijdragen derden Boekwaarde 31-12-2022
Gronden en terreinen 0 94 0 0 0 0 94
Bedrijfsgebouwen 270 0 0 -85 0 0 185
Grond weg en waterbouwkundige werken 84.712 3.076 -946 -3.816 506 -79 83.454
Machines apparaten en installaties 1.063 0 0 -94 0 0 969
Totaal materiele vaste activa -  Heffingen 86.045 3.170 -946 -3.995 506 -79 84.702

Toelichting

 

In 2022 is een lichte daling van de boekwaarde van investeringen met economisch nut waarvoor heffingen worden geheven. De daling in boekwaarde is het gevolg van hogere afschrijvingen en bijdragen van derden in relatie tot de gedane investeringen in de grond- weg en waterbouwkundige werken. 

 

De hoogte van de Investeringen met economisch nut bedroegen in totaal 3,2 miljoen euro welke nagenoeg toegerekend kunnen worden aan grond, weg- en waterbouwkundige rioleringswerken.

 

De afschrijvingen hebben plaatsgevonden conform de financiële verordening.

Investeringen openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut

 

Maatschappelijk nut    Bedragen x 1.000 Euro's Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Correcties Bijdragen derden Boekwaarde 31-12-2022
Gronden en terreinen 0 0 0 0 0 0 0
Grond weg en waterbouwkundige werken 17.087 0 0 -1.261 -1 0 15.825
22.007 12.147 -23 -1.287 -87 -5.083 27.675
Overige vaste activa 419 1.072 0 0 -419 0 1.072
Totaal materiele vaste activa -  Maatschappelijk nut 39.513 13.219 -23 -2.548 -507 -5.083 44.572

Toelichting

 

De boekwaarde is met ruim 6 miljoen euro toegenomen veroorzaakt door de forse investeringen in grond, weg- en waterbouwkundige werken van bijna 13 miljoen euro. Deze wordt deels gecompenseerd door de afschrijvingen en de bijdragen van derden. 

 

De investeringen bedragen bijna 13 miljoen euro in grond, weg- en waterbouwkundige werken:

  • 0,5 miljoen euro in openbare verlichting (o.a. vervanging armaturen, masten);
  • 1,0 miljoen euro voor Kop Boulevard;
  • 8,5 miljoen euro in aanleg hoofdverkeersinfrastructuur (o.a. F35, N18, Tubantiasingel, Molenstraat, Spoordijkstraat, Singel Noord-West, VRI en andere verkeersveiligheidsmaatregelen, etc.);
  • 2,8 miljoen euro in wegen (o.a. Knalhutteweg, Tattersall en de Noord-Esmarkerrondweg etc);
  • 1,1 miljoen euro in de openbare ruimte (o.a. bomen, groen, hekken, speeltoestellen, etc). 

Afschrijvingen in grond, weg en waterbouwkundige werken ter waarde van 2,5 miljoen euro onder andere ten behoeve van vervanging meubilair en openbare verlichting t.b.v. sociale veiligheid, SW, VRI.

 

De bijdragen van derden in investeringen met een maatschappelijk nut bedragen ruim 5 miljoen euro en betreffen onder andere (provinciale) subsidies voor infrastructurele projecten zoals Tubantiasingel (0,8 miljoen), Kop Boulevard (0,2 miljoen euro), F35 (2,5 miljoen euro), Singel Noord-West (0,5 miljoen), VRI (0,3 miljoen) en diverse andere bijdragen van derden.

In erfpacht uitgegeven gronden

Erfpacht    Bedragen x 1.000 Euro's Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Correcties Bijdragen derden Boekwaarde 31-12-2022
Gronden en terreinen 17.764 1.541 -927 0 0 0 18.379
Totaal materiele vaste activa -  Erfpacht 17.764 1.541 -927 0 0 0 18.379

Toelichting 

 

De boekwaarde van de in erfpacht uitgegeven gronden is in 2022 met 0,6 miljoen euro gestegen als gevolg van 4 investeringen in bedrijventerreinen ter waarde van 1,5 miljoen euro. Daarnaast zijn 4 van de aangekochte terreinen is in 2022 verkocht voor ruim 0,9 miljoen euro. 

6.3. Financiële vaste activa

Bedragen x  1.000 Euro's Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvesteringen Afschrijving / Aflossingen Correcties Boekwaarde 31-12-2022
Kapitaalverstrekking deelnemingen 281 0 0 0 0 281
Kapitaalverstrekking gemeenschappelijke regelingen 171 0 0 0 0 171
Kapitaalverstrekking overige verbonden partijen 1.230 0 0 -257 0 974
Leningen aan woningbouwcooperaties 5.800 0 0 0 0 5.800
Leningen deelnemingen 533 0 0 -66 0 467
Leningen overig 0 0 0 0 0 0
Overige langlopende leningen 31.821 984 0 -10.831 0 21.974
Overige uitzettingen met een renterypische looptijd van één jaar of langer 2.297 0 0 -449 0 1.849
Totaal financiële activa 42.133 984 0 -11.602 0 31.515

Toelichting

De financiële vaste activa bestaan uit kapitaalverstrekkingen en leningen. Deze activa nemen met 10,6 miljoen euro af van 42,1 miljoen naar 31,5 miljoen euro. Deze afname bestaat uit:

  • investeringen van 1,0 miljoen euro, en
  • afschrijvingen op kapitaalverstrekkingen en aflossingen op leningen voor resp. -0,2 en -11,4 miljoen euro.

 

De investeringen van 1,0 miljoen euro bestaan uit verstrekte leningen aan:

  • FC Twente voor de jaarlijkse ophoging van de achtergestelde geldlening met de niet betaalde rente en aflossing voor de verstrekte lening (circa 433.000 euro) conform de besluitvorming inzake het herfinancieringsplan van FC Twente in 2019.
  • Werknemers van de gemeente voor fietsprivé (550.000 euro)
  • Ophoging van de lening aan Het Stedelijk Lyceum met circa 800 euro.

 

Op de kapitaalverstrekkingen is circa 0,3 miljoen euro afgeschreven in 2022. Dit is gelijk aan de afschrijving in voorgaande jaren. 

 

De aflossingen op de leningen van 11,3 miljoen euro zijn o.a. gedaan door:

  • Medisch Spectrum Twente (9,1 miljoen euro)
  • FC Twente (1,0 miljoen euro)
  • Werknemers van de gemeente Enschede voor fietsprivé (500.000 euro)
  • De overige uitzetting betreffen aflossingen van SVN leningen (450.000 euro)
  • Diverse aflossingen op de overige leningen die voornamelijk zijn verstrekt aan sportverenigingen en overige maatschappelijke organisaties (270.000 euro).

 

6.4. Voorraden

Voorraden zijn gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs, eventueel (tijdelijk) afgewaardeerd wanneer de marktwaarde lager is. Een uitzondering hierop vormen de bouwgronden in exploitatie. Deze voorraden worden gewaardeerd tegen netto vervaardigingkosten: de historische kostprijs wordt verhoogd met de gemaakte kosten en verminderd met de opbrengsten uit gronduitgiften, subsidies en bijdragen. De kostprijs bestaat uit de directe kosten en eventueel de aan het werk toe te rekenen indirecte kosten en rente. Voor winstneming wordt overeenkomstig de BBV regels de Percentage of Completion (PoC) methode toegepast: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd moet tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hiervoor moet het resultaat op de grondexploitatie wel op betrouwbare wijze kunnen worden ingeschat. Dit is mogelijk wanneer het waarschijnlijk is dat de economische voordelen die aan het project zijn verbonden naar de gemeente zullen toevloeien. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen: 1) Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat én 2) De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht én 3) De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd). Bij de jaarlijkse herziening van het MPG wordt per grondexploitatie aan deze voorwaarden getoetst en winst genomen. Bij de bepaling van de te nemen winst wordt als grondslag de nominale waarde (=eindwaarde) gehanteerd. Voor eventuele verwachte negatieve resultaten op projecten wordt zo nodig een voorziening gevormd. De verliesvoorziening wordt bepaald op netto contante waarde en bedraagt in totaal 62,7 miljoen euro. Op eindwaarde zou deze voorziening in totaal 69,7 miljoen euro bedragen. Deze zogenaamde verliesvoorziening wordt als waardecorrectie op de voorraad onderhanden werk in mindering gebracht. Tenzij de boekwaarde van de betreffende grondexploitatie niet toereikend is, dan wordt het niet te salderen deel aan de passiva kant op de balans als voorziening gepresenteerd. 54,5 miljoen euro is in mindering gebracht op de voorraad handen werk en 8,2 miljoen euro is aan de passiva kant op de balans als voorziening gepresenteerd.

Bedragen x 1.000 Euro's20222021
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie13.41615.340
Gereed product en handelsgoederen529576
Totaal voorraden13.94615.915

Grond- en hulpstoffen

Toelichting

 

 

Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie

 

Bedragen x 1.000 Euro's Balanswaarde 31-12-2021 Voorziening voor afwaardering en verplichtingen Boekwaarde 31-12-2021 Vermeer-dering Vermin-dering Boekwaarde 31-12-2022 Voorziening voor afwaardering en verplichtingen Balanswaarde 31-12-2022
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie 15.340  52.615  67.955  11.315  11.315  67.955  54.539  13.416 

 

Toelichting

 

De daling van de balanswaarde met 1,9 miljoen euro van 15,3 miljoen euro naar 13,4 miljoen euro is het gevolg van diverse ontwikkelingen die zich in 2022 hebben voorgedaan:

1) 0,2 miljoen euro stijging als gevolg van meer kosten dan opbrengsten in de grondexploitatieprojecten. Diverse grondexploitaties hadden als gevolg van de ontwikkelfase van de projecten aanzienlijk meer lasten dan baten, namelijk Leuriks Oost, Versnelling Cromhof, Centrumkwadraat Molenstraat en Zuiderval. Andere grondexploitaties hadden als gevolg van goede kavelverkopen aanzienlijk meer baten dan lasten, namelijk 't Vaneker, Roombeek, Ossenboer en Euregiopark II.

2) 3,2 miljoen euro daling door lagere boekwaarden als gevolg van afgesloten projecten;

3) 3,0 miljoen euro stijging door hogere boekwaarde van het winstnemingscomplex. Dit is het gevolg van 3,2 miljoen euro stijging door de geboekte winst van 2022, 0,7 miljoen euro stijging door positief rente-effect, 0,9 miljoen euro daling boekwaarde door afgesloten projecten.

4) 1,9 miljoen euro daling door hogere boekwaarde van de verliesvoorziening.  

 

De waardering van de bouwgronden in exploitatie per 31 december 2022 is gebaseerd op de geactualiseerde grondexploitaties volgens het MPG 2023. Deze periodieke actualisatie kan in de toekomst - mede gezien de wisselende en onzekere marktomstandigheden – leiden tot een aangepaste waardering van de bouwgronden in exploitatie en de hiermee samenhangende voorziening voor negatieve grondexploitaties en het winstnemingscomplex voor de positieve grondexploitaties. Dit geldt ook voor de realisatie van de gehanteerde verkoopprijzen, welke mede op basis van jaarlijkse taxaties tot stand komen. Voor een gedetailleerde toelichting van de gehanteerde uitgangspunten alsmede risico’s en onzekerheden van grondexploitaties verwijzen wij naar paragraaf 3.8 grondbeleid en het MPG 2023. 

Specifieke onzekerheid in het project Centrumkwadraat betreft het feit dat het bestemmingsplan nog niet onherroepelijk is. Ten aanzien van het project Cromhoff is bij de waardering uitgegaan van de huidige – door de raad vastgestelde – bestemming zijnde de ontwikkeling van bedrijfslocaties. In de Ontwikkelvisie (raadsbehandeling 7 september 2021) is opgenomen om de Cromhoff-locatie als woningbouw te ontwikkelen. Hiervoor heeft de gemeente ook een subsidie ontvangen van de Provincie Overijssel. Tevens is de gemeente in gesprek met externe partijen over een mogelijke samenwerking voor de ontwikkeling van Cromhoff. Aangezien het college nog niet aan de raad een besluit heeft gevraagd voor het ontwikkelen van woningbouw op deze locatie, is hier (overeenkomstig de BBV-richtlijnen) bij de waardering van de grondexploitatie geen rekening mee gehouden.

 

De BBV voorschriften schrijven voor grondexploitaties in principe een maximale looptijd van 10 jaar per grondexploitatie voor. Dit zou echter betekenen dat de grondexploitatie van Kennispark een kortere looptijd krijgt. Door de gemeenteraad is besloten om de looptijd niet te verkorten en als beheersmaatregel door te voeren dat na 10 jaar geen opbrengststijging meer wordt toegerekend aan deze grondexploitaties.

 

 

 

Bedragen x 1mln Euro's Balanswaarde 31-12-2022 Geraamde nog te maken kosten Geraamde nog te realiseren opbrengsten Geraamd resultaat (eindwaarde) Geraamd resultaat (contante waarde)
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie 13,4 miljoen euro  58,4 miljoen euro  71,5 miljoen euro  -/- 30,7 miljoen euro  -/- 28,3 miljoen euro 

  

 

 

De totaal nog te maken kosten bedragen 58,4 miljoen euro en de nog te realiseren opbrengsten bedragen 71,5 miljoen euro. Met de huidige inzichten en rekening houdend met de reeds gedane investeringen (balanswaarde per 31-12-2022) wordt een resultaat verwacht van 28,3 miljoen euro negatief op contante waarde (30,7 miljoen euro negatief op eindwaarde). Op complexniveau zijn de voorziene negatieve saldi op grond van BBV 100% voorzien en daarmee afgedekt. Voor winstneming wordt overeenkomstig het BBV de Percentage of Completion (PoC) methode toegepast.

 

Voor inzicht in de uitkomsten van de risicoberekeningen en betekenis voor het weerstandsvermogen wordt verwezen naar de paragrafen 3.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing en 3.8 Grondbeleid. 

 

 

Toelichting

 

Gereed product en handelsgoederen

Bedragen x 1.000 Euro's Balanswaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvesteringen Voorzieningen voor afwaardering en verplichtingen Boekwaarde 31-12-2022 Boekwaarde per m2
Gronden-VHG 558  74 -/-31  515  € 2,26 
Overig gereed product 18  14   
Totaal 576  78  -/-31  529   

 

 

Toelichting:

De gronden - VHG (voorraad handelsgoederen) betreffen de te verkopen gronden die de gemeente Enschede in verkoop heeft en conform de BBV als voorraad handelsgoederen op de balans worden gepresenteerd. De investeringen en desinvesteringen zijn in 2022 beperkt geweest. 

 

 

6.5. Uitzettingen looptijd korter dan 1 jaar

Bedragen x 1.000 Euro's Saldo per   31-12-2022 Voorziening oninbaarheid Boekwaarde 31-12-2022 Boekwaarde 31-12-2021
Vorderingen op openbare lichamen 2.082 0 2.082 1.682
Rekening courant verhoudingen niet-financiele instellingen 10.077 0 10.077 7.631
Overige uitzettingen 30.796 16.436  14.360 19.575
Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 90.483 0 90.483 70.624
Totaal Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 133.438 16.436 117.002 99.512

Toelichting  

De vorderingen op de openbare lichamen bestaan uit  diverse vorderingen op o.a. gemeenschappelijke regelingen (0,7 miljoen euro), gemeenten (1,4 miljoen euro) en provincie (40.000 euro). 

 

Het saldo bij ’s rijks schatkist is per eind 2022 hoger dan per einde vorig jaar mede door de compensatie die van het rijk is ontvangen voor de nadelen veroorzaakt door het coronavirus. Deze compensatie is voor een deel nog niet ingezet. Ook het uitstellen van projecten zorgt voor een hoger saldo bij de schatkist.

 

De rekening courant verhoudingen met niet-financiële instellingen betreffen de SVN, ROZ, Stadsbank en het GBT respectievelijk t.b.v. het verstrekken van leningen voor verduurzamingsmaatregelen, het verstrekking van bijstand aan zelfstandig ondernemers en innen van aflossingen, het verstrekken van leningen in het kader van de energie-armoede en het innen van lokale heffingen. Deze bedragen respectievelijk 0,8 miljoen, 0,2 miljoen, 0,1 miljoen en 9,0 miljoen euro.

  

De overige uitzettingen van 30,8 miljoen euro bevat o.a. de zogenaamde 'sociale' debiteuren voor 25,0 miljoen euro en overige private vorderingen (5,8 miljoen euro). De voorziening voor oninbaarheid van 16,4 miljoen euro, die in mindering is gebracht op de vorderingen, bestaat voor 13,1 miljoen euro uit oninbare vorderingen op 'sociale' debiteuren, 0,4 miljoen euro uit oninbare GBT vorderingen en 2,9 miljoen voor private vorderingen.

 

Schatkistbankieren

De gemeente is verplicht om overtollige middelen, boven het drempelbedrag, onder te brengen bij het ministerie van financiën via het zogenaamde schatkistbankieren. Eventuele overtollige middelen mogen niet worden belegd bij andere partijen. Onder voorwaarden mogen wel leningen worden verstrekt aan andere decentrale overheden. Het drempelbedrag bedroeg 10 miljoen euro over 2022. Uit de onderstaande tabel blijkt dat de gemeente in 2022 het drempelbedrag niet heeft overschreden. Bij een hoger saldo bij de BNG Bank dan het drempelbedrag wordt het meerdere automatisch overgeboekt naar de schatkist. Hier resteert per eind 2022 een vordering op het rijk ,dus een saldo, van 90,4 miljoen euro.

 

(x 1.000 Euro's) 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
Buiten schatkist aangehouden bedragen 41 2.585 4.286 6.121
Toegestane drempelbedrag 10.461 10.461 10.461 10.461
Ruimte onder het drempelbedrag 10.420 7.876 6.175 4.340
Overschrijding drempelbedrag 0 0 0 0

6.6. Liquide Middelen

Bedragen x 1.000 Euro's20222021
Kas1411
Banken3.5690
Totaal liquide middelen3.58311

Toelichting 

Het banksaldo op 31-12-2021 was negatief en is daarom in de jaarrekening 2021 aan de creditzijde van de balans gepresenteerd. Op 31-12-2022 had de gemeente Enschede een positief banksaldo van 3,6 miljoen euro. 

 

Berekening EMU-saldo Realisatie 2022 Realisatie 2021
Exploitatiesaldo voor toevoegingen c.q. onttrekkingen aan reserves 20.952 40.026
-/- Mutaties (im)materiële vaste activa -14.035 -414
+/+Mutatie voorzieningen 6.006 2.981
-/- Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) -1.969 -7.455
-/- Verwachte boekwinst/verlies bij verkoop financiële vaste activa en (im)materiële vaste activa, alsmede afwaardering van financiële vaste activa    
Berekend EMU-saldo 42.962 50.876

 

 

6.7. Overlopende activa

Bedragen x 1.000 Euro's 2022 2021
Nog te ontvangen bedragen van Europese overheidslichamen 23 0
Nog te ontvangen bedragen van het Rijk 10.119 442
Nog te ontvangen bedragen van overige Nederandse overheidslichamen 1.094 1.436
Vooruitbetaalde bedragen die ten lasten van volgens begrotingsjaar komen 8.185 4.419
Overige nog te ontvangen bedragen 44.729 41.726
Totaal overlopende activa 64.150 48.023

Nog te ontvangen voorschotbedragen van overheidslichamen

Onder de overlopende activa zijn ook bedragen verantwoord die betrekking hebben op nog te ontvangen voorschotbedragen van Europese of Nederlandse overheidslichamen, ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel. Deze overlopende activa staan opgenomen in onderstaande tabel.

Omschrijving 
Bedragen x 1.000 euro
Boekwaarde 31-12-2021 Ontvangen bedragen  2022 Toevoegingen  2022 Boekwaarde 31-12-2022
Aerial Uptake 0 0 11 11
EU Catch 0 0 12 12
Totaal - Europese overheidslichamen 0 0 23 23
Asielzoekers COA 0 0 960 960
BZK kwijtschelding toeslagen 0 0 25 25
DUO OHV ontheemden 0 0 40 40
Kwijtschelding gedup. Toeslagen 95 0 21 116
MvD berging vliegtuigwrak 0 0 202 202
Oekrainers opvang 0 0 7.057 7.057
Oekrainers verbouwingskstn 0 0 1.414 1.414
Rijk RIEC Jaarplan 347 200 0 147
Toesl.aff.Onderdl C 0 0 158 158
Totaal - Het Rijk 442 200 9.877 10.119
Aerial Uptake 30 0 10 40
Boekheurnerring KiepePosten 37 1 0 36
F35 Spoordijkstraat 216 216 0 0
Fietsoversteek Auke Vleertraat 1 0 41 42
FIETSPADPAALTJES 0 0 5 5
Gedragsbeinvl 2021 37 37 0 0
gedragsbeinvloeding 2020 83 83 0 0
Geesinkweg fietsoversteek 3 0 1 4
GrBl Wooldrik 0 0 17 17
Gronausestraat 120 2 0 118
Kop Boulevard 56 56 0 0
KOPPELBOERH BROEKHEURNERR 0 0 3 3
Kotkampweg parkeren 40 40 0 0
Kwaliteit door kennis 0 0 12 12
MaaS 44 44 80 80
Menzis 50 50 0 0
N18 217 217 0 0
Pr Ov Cultuur aan de basis 17-20 16 16 0 0
Pr Overijssel Cultuurmakelaar 2 0 28 30
Roma aan zet Prov 0 0 8 8
SINGEL NW COMP 0 0 75 75
TK t.o.r. BU895 0 0 316 316
TOR Jaarrekening 2021 Vitaal Sociaal 194 194 0 0
Trainee t.o.r. BU896 0 0 142 142
Twents Waternet 0 0 80 80
VERKEERSVEILIGHEID INFRA 0 0 1 1
verkeerveilgheid knelp 0 0 5 5
VOORTSWEG F35 0 0 21 21
VRI DVM 2021 42 42 0 0
VRI DVM 2022 0 0 35 35
VRT bijdrage CTB 35 35 0 0
Waterschap CATCH 0 0 24 24
Wijk VCP maatregel 4 4 0 0
ZIW doorstroming 208 208 0 0
Totaal - Overige Nederlandse overheidslichamen 1.436 1.245 904 1.094
Totaal 1.878 1.445 10.803 11.235

Toelichting

  

Vooruitbetaalde kosten 2022
Twents Fonds voor vakmanschap  1.235
RMT  703
Particuliere grondexploitaties 688
Licenties 675
Software 490
Brandverzekering 460
Leger des Heils 400
Belastingdienst    386
VNG Contributie 237
Overig 2.911
Totaal  8.185

 

 

 

Overige nog te ontvangen baten 2022
Geclaimde BCF  26.212
Gemeentefonds Decembercirculaire 2022  7.241
GBT Leges  4.893
Afwikkeling subsidievaststellingen   2.904
 Overige  3.479
Totaal   44.729

 

 

6.8. Eigen vermogen

Bedragen x 1.000 Euro's Stand 31-12-2021 Resultaat bestemming Dotatie Onttrekkingen Vermindering ter dekking van afschrijvingen Stand per 31-12-2022
Algemene reserve 95.925 3.792 25.980 16.027 0 109.671
Bestemmingsreserve - Egalisatie 10.276 0 10.103 10.235 0 10.145
Bestemmingsreserve - Kapitaallasten 10.748 0 14.683 5.658 5.625 14.148
Bestemmingsreserve - Overige 75.442 762 24.883 20.990 0 80.097
Gerealiseerd resultaat 2021 7.146 -4.554 0 2.591 0 0
Eigen vermogen 199.537 0 75.649 55.501 5.625 214.061

Gerealiseerd resultaat 2022                   6.429
Totaal                220.490

Algemene reserve
Hiertoe behoren de reserve weerstandsvermogen en de algemene reserve van het grondbedrijf. Deze reserves hebben een bufferfunctie en zijn bedoeld om financiële tegenvallers op te vangen.

 

Bestemmingsreserve
Voor een aantal specifieke onderwerpen zijn bestemmingsreserves gevormd. Deze reserves hebben een bestedingsfunctie. Hierbij onderscheiden we de volgende categorieën:

Egalisatie reserve. Deze reserves worden gebruikt om pieken en dalen in inkomsten of uitgaven op een bepaald terrein af te vlakken. Door reservevorming wordt bijvoorbeeld voorkomen dat burgers met sterk schommelende tarieven voor afvalstoffenheffing en leges te maken krijgen.

Kapitaallasten reserve. Deze reserves zijn gevormd ter (gedeeltelijke) dekking van de kapitaallasten. Veelal zijn deze gevormd vanuit incidenteel beschikbaar gestelde middelen. Een andere bestemming van deze reserves betekent een structureel nadeel in de exploitatie.

Overige bestemmingsreserves. Dit zijn door de raad gevormde reserves met specifieke bestedingsdoeleinden.

 

De reserves nemen in 2022 toe met 14,5 miljoen euro. Hiervan heeft 13,7 miljoen euro betrekking op de algemene reserve en 0,8 miljoen euro op de bestemmingsreserves. Daarnaast is het eigen vermogen toegenomen met het positief jaarrekeningresultaat van 6,4 miljoen euro.

 

Het rekeningresultaat over 2021 bedroeg 7,1 miljoen euro en de verwerking van het raadsbesluit over de bestemming hiervan is in de tabel zichtbaar gemaakt. Een bedrag van 7,1 miljoen euro is in de algemene reserve gestort, waarvan 3,3 miljoen euro voor specifieke doeleinden.

 

De toename met 14,5 miljoen euro is vooral toe te schrijven aan de reserve weerstandsvermogen (Algemene reserve).

 

Reserve Weerstandsvermogen

Deze reserve is in 2022 toegenomen met 14,3 miljoen euro.. Dit is vooral het gevolg van de bestemming van het rekeningresultaat 2021, de niet begrote toevoeging van de niet-bestede post voor onvoorzien.

 

Voor een specificatie van de afzonderlijke reserves verwijzen wij naar de staat van reserves, opgenomen in Hoofdstuk 8.

6.9. Voorzieningen

Bedragen x  1.000 Euro's Stand 31-12-2021 Toevoegingen Vrijval Aanwendingen Stand per 31-12-2022
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 23.248 5.684 1.104 1.720 26.108
Voorzieningen ter egalisering van de kosten 10.323 7.491 0 4.205 13.608
Voorziening voor bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt geheven 4.868 7.675 0 7.970 4.573
Voorzieningen voor middelen verkregen van derden met een specifiek bestedingsdoel 830 160 0 4 985
Totaal 39.269 21.009 1.104 13.899 45.275

Toelichting

De stand van de voorzieningen is in 2022 toegenomen met 6,3 miljoen euro. 

De grootste toename van de voorzieningen is te zien in de voorziening GREX Negatieve balanswaarde, een toename van 3,6 miljoen euro. Daarnaast laten de voorzieningen Vastsgoed en Riolering ook beide een toename zien van respectievelijk 1,6 en 1,0 miljoen euro.

 

De vrijval van 1,1 miljoen euro betreft de vrijval van de voorziening (oud) wethouders pensioen voor 1,0 miljoen euro. Daarnaast is 0,1 miljoen euro vanuit de voorziening personeel vrij gevallen.

 

Voor een specificatie van de voorzieningen verwijzen wij u naar de staat van voorzieningen, opgenomen in Hoofdstuk 8.2.

6.10. Vaste schulden met een rentetypische looptijd langer dan 1 jaar

Bedragen x 1.000 Euro's Stand 31-12-2021 Vermeerderingen Aflossingen Overige mutaties Stand per  31-12-2022
Obligatieleningen 56 0 0 0 56
Onderhandse leningen van binnenlandse pensioenfondsen/verzekeringsinstellingen 0 0 0 0 0
Onderhandse leningen binnenlandse banken en overige financiële instellingen 215.280 0 35.058 0 180.221
Onderhandse leningen van overige binnenlandse sectoren 7.179 0 7.150 0 29
Onderhandse leningen van buitenlandse instellingen fondsen, banken, bedrijven en overige sectoren 34.000 0 0 0 34.000
Onderhandse leningen openbare lichamen cf art 1a wet Fido 30.000 0 0 0 30.000
Door derden belegd 1.073 0 23 0 1.049
Waarborgsommen 58 1 0 0 58
Totaal Vaste schulden met rentetypische looptijd langer dan één jaar 287.646 1 42.232 0 245.415

Toelichting

De aflossingen bedroegen 42,2 miljoen euro. Hierin is de lening van 20 miljoen euro opgenomen die is afgekocht in 2022. De aflossingsverplichting voor 2023 is opgenomen in het saldo per 31-12-2022 en niet afzonderlijk gepresenteerd onder de kortlopende schulden.

 

De totale rentelast voor de vaste schulden bedroeg 11,3 miljoen euro in 2022. Onder de kortlopende schulden is de verplichting van de in 2022 af te wikkelen rente opgenomen van in totaal 4,9 miljoen euro.

6.11. Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar

Bedragen x 1.000 Euro's20222021
Kasgeldleningen o/g art. 1a wet Fido00
Bank en girosaldi01.160
Overig schulden58.90559.476
Totaal Schulden met rentetypische looptijd van < 1 jaar58.90560.635

Toelichting

Onder de overige kortlopende schulden zijn de overige verplichtingen < 1 jaar verantwoord. De grootste posten zijn: 

  • 16,3 miljoen euro crediteuren
  • 8,4 miljoen euro af te dragen loonheffing ambtelijk personeel
  • 4,2 miljoen euro voor verplichtingen TOZO
  • 4,1 miljoen euro voor verplichtingen regiogemeente
  • 1,8 miljoen euro af te dragen pensioenpremie ambtelijk personeel
  • 1,2 miljoen euro af te dragen loonheffing bijstand

6.12. Overlopende passiva

Bedragen x 1.000 Euro's 2022 2021
Vooruitontvangen bedragen van Europese overheidslichamen 2.823 3.538
Vooruitontvangen bedragen van het Rijk 45.592 24.274
Vooruitontvangen bedragen van overige Nederlandse overheidslichamen 11.128 11.531
Overige vooruit ontvangen bedragen en verplichtingen die in een volgend begrotingsjaar tot uitbetaling komen 22.538 15.168
Overlopende passiva 82.080 54.511

Toelichting

 

Van overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren.

Bij de regeling C9 woningbouwimpuls eerste tranche is geen sprake geweest van mutaties maar van een administratieve correctie op basis van hernieuwde inzichten omtrent wanneer deze subsidie als dekking mag worden ingezet. Om aan deze richtlijnen te voldoen is de overlopende post weer teruggebracht op de hoogte van het oorspronkelijke subsidiebedrag.

De overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen zijn in 2022 met 20 miljoen euro toegenomen tot 59,3 miljoen euro.Deze kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Omschrijving element 3 Boekwaarde 31-12-2021 Afname  2022 Toevoegingen  2022 Boekwaarde 31-12-2022
EUR 2014EUSF2011967 287 500 413 200
EUR ESF 2016EUSF20112 315 315 0 0
EUR ESF Matchen op Werk 1.906 313 0 1.593
React EU 2021EUSF20223 1.030 0 0 1.030
Totaal - Europese overheidslichamen 3.538 1.128 413 2.823
Crisisdienst middelen 2020/2021 0 25 540 515
OCW D14 Regeling spec uitkering inhalen Covid 19 gerelateerde onderwijsvertragingen 608 130 654 1.132
IenW E44B Tijdelijke impulsregeling klimaatadaptatie 2021–2027 1.200 1.200 0 0
RMC 37 0 10 48
VWS H15 Specifieke uitkering vergroten beschikbaarheid accute jeugd GGZ capacteit 2020-2021 615 232 0 383
IenW E83 Spuk bodem 2022 buitenproportionele opgaven 0 0 3.280 3.280
VWS H20 Vastgoedtransitie residentiële jeugdhulp 4.221 83 0 4.138
VWS H14 Instandhouding en doorontwikkeling expertisecentra Jeugdhulp 2.019 777 2.168 3.410
VWS H8 Regeling Sportakkoord 156 156 4 4
SZW G13 Onderwijsroute 0 85 137 52
VWS H9 Opzet Expertisecentra Jeugd 0 0 451 451
VWS H8 Regeling Sportakkoord 0 0 490 490
VWS H21 Specifieke uitkering cliëntondersteuning 0 0 50 50
SZW G10 Inburgering 0 0 1.007 1.007
BZK C9 Woningbouwimpuls tweede tranche  3.044 0 0 3.044
BZK GSB III 327 0 0 327
BZK C56 Regeling huisvesting aandachtsgroepen (RHA) 500 0 0 500
IenW E20 Investeringsimpuls SPV(verkeersveiligheid) 1.366 378 0 987
N18 Weg- en Waterbouwkundige wzh 473 380 360 453
OCW D8 Onderwijsachterstandenbeleid 2019-2022 1.018 197 0 821
Reg Aanpak schoolverlaten 114 0 2 116
RIEC Ministerie van Justitie 6.388 4.517 3.903 5.773
RMBA 2016 702 702 0 0
Sanering verkeerslawaaai Varviks 46 0 0 46
SPUK 24 0 0 24
BZK C9 Woningbouwimpuls eerste tranche 1.200 1.200 3.000 3.000
OCW D10 Educatie 217 16 165 366
BZK C55 Aanpak energiearmoede 0 0 5.712 5.712
VWS vrouwenopvang 0 0 195 195
JenV A13 Incidentele bijdrage ondersteuning naleving controle op coronatoegangsbewijzen 2022 0 0 428 428
BZK C32 Ventilatie in Scholen (SUVIS) Noorderkroon Elferinksweg (Athena) 0 0 150 150
IenW E84 Investeringsimpuls SPV tweede tranche  0 0 567 567
BZK C9 Woningbouwimpuls eerste tranche 0 0 3.039 3.039
BZK C85 Stimuleringsregeling flex- en transformatiewoningen 0 0 2.292 2.292
F35 Tubantiasingel 0 0 471 471
IN- en Uit lopend Jaar 0 38 2.3 2.319
Totaal - Het Rijk 24.274 10.116 31.432 45.592
Herinrichting Deurningerstraat 0 0 63 63
Doorontwikkeling organisatie 0 33 261 229
Duurzaam Veilig 2022 0 0 142 142
EDL 45 0 0 45
OCW D11 Extra financiële middelen RMC-functie 199 103 0 96
Herinvestering IT Platvorm 0 0 125 125
IT Platvorm Twente ERUIT 0 55 250 195
Maas 85 113 28 0
Crisismanagement 8 8 0 0
F35 Molenstraat 499 499 0 0
F35 Tubantiasingel 23 23 3,322 3.322
HOV haltes Boekelo 12 12 0 0
Roma aan zet 51 51 0 0
In- en Uit lopend Jaar 2.547 2.164 253 636
Programma Netwerkstad Twente 1.459 1.459 987 987
Regio DeaL ERUIT 4.930 5.081 2.631 2.480
Stadsarangement stationsplein Enschede 298 298 892 892
Stedelijk arrangement De Cromhof 675 675 0 0
Verbetering doorstroom bij I-VRI's 63 63 0 0
Werken in de logistiek 134 0 0 134
Haaksbergerstraat (Europal-Usselerrweg) 168 0 0 168
Cultuur aan de basis 74 74 0 0
GHT 22-25 0 0 82 82
N18 50 50 0 0
Natuur voor Elkaar 0 0 42 42
RIEC wijkaanpak Glanerbrug 0 0 200 200
FIN B2 gemeentelijke hulp gedupeerden toeslagenproblematiek 183 0 26 209
Bijdrage 2022 GHT Enschede Nautisch 0 0 564 564
WUB-gelden 29 0 0 29
Fiets infra project 2022 0 0 51 51
PUK Energiearmoede 0 0 188 188
SW Duurzaam inzet 0 0 249 249
Totaal - Overige Nederlandse overheidslichamen 11.531 10.761 10.356 11.128
Totaal 39.343 22.005 42.222 59.543

Overige vooruitontvangen bedragen

Onder de overige nog te ontvangen bedragen is vanuit het facilitaire grondbeleid als verhaalbare kosten opgenomen 688.318 euro. 

Onder de overige vooruit ontvangen bedragen is vanuit het facilitaire grondbeleid als vooruit ontvangen bedragen opgenomen 1.893.115 euro.

 

Verplichtingen die volgend jaar tot betaling komen

Dit zijn verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van de arbeidsgerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume (verlofuren). Hiervoor is in hoofdstuk 7.13 'Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen' een toelichting opgenomen. In 2022 zijn de kortlopende verplichtingen met 7,3 miljoen euro toegenomen tot 22,4 miljoen. Deze bestaan voornamelijk uit:

  • 4,9 miljoen euro overlopende rente leningen OG
  • 2,9 miljoen werkzaamheden namens de regiogemeenten.
  • 1,5 miljoen euro energietoeslag
  • 0,8 miljoen euro (correctie) omzetbelasting afvalfonds 
  • 0,6 miljoen euro nog te verwachten kwijtschelding GBT

 

6.13. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen

Gewaarborgde geldleningen

Omschrijving (bedrag x 1.000 euro) Oorspronkelijke bedrag geldlening Percentage borgstelling Hoofdsom per 01-01-2022 Nieuwe leningen Aflossingen Hoofdsom per 31-12-2022
Gegarandeerde geldleningen aan:            
- Bejaardenoorden 20.462  100% 10.201   724 9.478
- Onderwijs  12.160   100%

 4.860

   460  4.400
- Sport 11.588   100%  9.646 1.000  436  10.210
- Kunst/cultuur 3.421   100% 3.321    100 3.221
- Verbonden partijen 12.165   100%  9.598   872

 8.726

- Overig 925   100%  506 125  75  557
Totaal 60.721   38.133
1.125
2.666
36.592

 

Dit betreft voornamelijk leningen ter financiering van bejaardencentra, onderwijs, sport en de verbonden partijen. Bij deze leningen staat de gemeente voor 100 procent van het vermelde saldo garant. In 2022 zijn nieuwe gemeentegaranties afgegeven aan de Enschedese Hockeyvereniging (kunstgrasveld en blaashal) en Stichting CCI Boekelo (huisvesting Military).

 

Daarnaast heeft de gemeente nog verplichtingen op het gebied van de WSW en de WEW:

  • Het WSW staat voor het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Bij deze leningen treedt de Gemeente Enschede op als achtervang die in totaal 1.334 miljoen euro per eind 2022 bedraagt. Dit betekent dat indien een corporatie niet aan haar betaalverplichtingen kan voldoen allereerst het WSW gehouden is om de betalingen te verrichten. Slechts indien het WSW niet in staat is om deze verplichtingen te voldoen zal de gemeente renteloze leningen aan het WSW moeten verstrekken zodat het fonds alsnog aan de claims kan voldoen. Overigens heeft het WSW momenteel de hoogst mogelijke kredietstatus (triple A) dus is het niet erg waarschijnlijk dat het WSW van deze mogelijkheid gebruik zal maken.
  • Het WEW staat voor het Waarborgfonds Eigen Woningen. Dit betreft de Nationale Hypotheek Garanties die worden verstrekt aan particulieren. Hier gelden dezelfde regels als bij het WSW. De gemeente is slechts achtervang van de verstrekte garanties tot 1 januari 2011. Vanaf 2011 heeft het rijk de totale achtervang op zich genomen. Voor Enschede bedraagt de achtervang 778 miljoen euro per begin 2022. De stand per eind 2022 is 653 miljoen euro.

 

Arbeidsgerelateerde verplichtingen
Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen  van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. Deze personele lasten worden verantwoord in het jaar waarin de uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan overlopende (spaar)verlofaanspraken. Vakantiedagen en verlofsaldi leiden in principe niet tot een uitbetaling, tenzij medewerkers uit dienst gaan. Over 2022 bedraagt de waarde van de verlof saldi 4,4 miljoen euro per 31 december 2022.

 

Overige
Naast bovengenoemde verplichtingen is de gemeente voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen. De belangrijkste betreffen:

  • huurovereenkomsten;
  • onderhoud- en serviceovereenkomsten;
  • overige opdrachten die in 2022 aan derden zijn verstrekt en in 2023 en volgende jaren worden uitgevoerd.

Coronacompensatiepakket rijksoverheid

Ook in 2022 nam het Rijk voor gemeenten verschillende maatregelen om de pijn van de coronacrisis te verzachten. In de circulaires heeft het Rijk gespecificeerd welke middelen zijn toegekend. In de jaarrekening 2022 hebben wij de bedragen verwerkt als onderdeel van de algemene uitkering die zijn toegezegd via deze circulaires en steunpakketten. Denk bijvoorbeeld aan de Integratie uitkering Participatie SW bedrijven, de continuïteitsbijdragen voor de zorg voor meerkosten jeugd en Wmo, de inkomstenderving 2021, de middelen voorschoolse voorziening peuters en de middelen handhaving quarantaine.

 

Gebeurtenissen na balansdatum

Er hebben zich na het opmaken van de jaarrekening geen gebeurtenissen van betekenis voorgedaan die nadere informatie geven over de feitelijke situatie op balansdatum.