3.3 Duurzame leefomgeving

Behouden en versterken van de ‘dynamische en vitale’ stad -->  1. Stedelijke ontwikkeling -->  Ruimtelijke ontwikkeling -->  Lasten 3.446
-->  Baten 1.651
Bestemmingsplannen -->  Lasten 1.184
-->  Baten 200
Grondbedrijf -->  Lasten 21.929
-->  Baten 16.636
Locatieontwikkeling -->  Lasten 1.524
-->  Baten 2.653
Stimuleren van de bruisende stad -->  2. Beleving in de (binnen)stad -->  Cultuur -->  Lasten 17.325
-->  Baten 17
Evenementen en citymarketing -->  Lasten 2.486
-->  Baten 0
3. Binnenstad (centrum) Binnenstad (centrum) -->  Lasten 0
-->  Baten 0
Burgers wonen in leefbare en veilige wijken en leveren daar een bijdrage aan -->  4. Burger- en overheidsparticipatie -->  Stadsdeelsgewijs werken -->  Lasten 4.639
-->  Baten 555
5. Openbare orde en veiligheid Openbare orde en veiligheid -->  Lasten 15.243
-->  Baten 1.925
6. Beheer en onderhoud openbare ruimte Parkeerbeheer -->  Lasten 11.106
-->  Baten 12.167
Begraafplaatsen -->  Lasten 1.154
-->  Baten 474
Beheer wegen -->  Lasten 8.328
-->  Baten 498
Gladheidsbestrijding -->  Lasten 737
-->  Baten 0
Havens en markten -->  Lasten 778
-->  Baten 677
Openbare verlichting -->  Lasten 1.519
-->  Baten 15
Stadsdeelbeheer -->  Lasten 13.694
-->  Baten 2.348
Beleid leefomgeving -->  Lasten 2.097
-->  Baten 776
Riolering -->  Lasten 13.278
-->  Baten 13.278
7. Stadsdeelgewijs werken aan lokale duurzame initiatieven (WeEconomy) SGW aan lokale duurzame initiatieven -->  Lasten 0
-->  Baten 0
8. Wettelijke taken en deregulering Vergunningen leefomgeving -->  Lasten 3.903
-->  Baten 3.099
Handhaving bouwwerken en bedrijven -->  Lasten 1.504
-->  Baten 151
Handhaving openbare ruimte -->  Lasten 1.455
-->  Baten 820
Stimuleren van een duurzame leefomgeving -->  9. Duurzame energievoorziening -->  Duurzaamheid -->  Lasten 384
-->  Baten 0
10. Afvalstoffen: afvalloos Twente Afvalstoffen -->  Lasten 18.940
-->  Baten 18.721
11. Circulaire economie Circulaire economie -->  Lasten 0
12. Klimaatadaptie Klimaatadaptatie -->  Lasten 0

Wat willen we bereiken?

Op basis van het coalitieakkoord is de Programmabegroting 2015-2018 opgesteld. Hierin is voor de komende vier jaar bepaald wat we willen bereiken.

Effectindicatoren

1. Rapportcijfer voor de waardering van de groene kwaliteit van het buitengebied (natuur, landschap, water, cultuurhistorie)

 

Toelichting
In deze indicator zijn diverse aspecten verwerkt die van invloed zijn op de beleving van het buitengebied. Dat het een relatief hoog cijfer is, komt door de algemene waardering van het Twentse landschap. Op de verschillende onderdelen van de beoordeling heeft gemeentelijk beleid en uitvoering echter wel invloed. Zo zorgt het sluiten van contracten met landeigenaren in het kader van de groenblauwe diensten voor het in stand houden en verbeteren van het landschap. Ook op de andere aspecten natuur (biodiversiteit), cultuurhistorie en water voert de gemeente actief beleid.. 

2. Het aantal vergunningen dat leidt tot ruimtelijke ingrepen

 

Een foutmarge is bij deze indicator niet van toepassing. 

Toelichting
De grafiek geeft het totaal aan aanvragen weer op het gebied van bouw, sloop, aanleg en inrit/uitweg. De verwachting voor 2017 is dat het aantal bouwaanvragen toeneemt. Het aantal inrit/uitwegaanvragen neemt daarentegen sterk af als gevolg van deregulering. Per saldo neemt het totaal aan aanvragen dat leidt tot ruimtelijke ingrepen toe. 

3. Indexcijfer voor de stedelijke ruimtelijke kwaliteit (ten opzichte van 2012 op de onderdelen woonaantrekkelijkheid, dichtheden, groen en water)

 

Bij een betrouwbaarheid van 95% is de foutmarge 0,1% naar boven en beneden.

Toelichting
Dit cijfer is samengesteld uit verschillende waarderingsaspecten van de aantrekkelijkheid van de woonomgeving. De keuze is gebaseerd op studies van het Ministerie en de atlas voor Nederlandse gemeenten. Het gaat daarbij bijvoorbeeld over de mate van contact tussen buren, de hoeveelheid groen en water in de wijk, het percentage koopwoningen en het culturele aanbod. De stijging van het cijfer in 2015 wordt met name veroorzaakt door een hogere waardering voor het culturele aanbod.

4. Rapportcijfer voor de waardering van aspecten van de binnenstad (horeca, winkels, sfeer, veiligheid, et cetera)

 

Toelichting
Aan bezoekers van de binnenstad wordt jaarlijks een rapportcijfer gevraagd. Het gemiddelde ligt jaarlijks tussen een 7,3 en een 7,5.

5. Aantal bezoekers van grote evenementen

 

Toelichting
De doelgroep van bezoekers is nu het uitgangspunt van beleid, want onbekend maakt onbemind en bezoek aan Enschede leidt – zo heeft imago-onderzoek uitgewezen – tot een (veel) positiever beeld van onze stad. De domeinen Winkelstad en Muziekstad bieden de meeste aanleidingen om de stad te bezoeken. De indicator ‘aantal bezoekers van culturele en publieksevenementen’ zijn van toegevoegde waarde als het gaat om het imago van de stad als Winkelstad en Muziekstad (Cultuurstad). Deze indicator geeft de bezoekersaantallen weer van de volgende evenementen: Enschede Marathon, Memphis Heart en Soul, Kunst in het Volkspark, Grolsch Summersounds, Multiculturele markt, Proef-eet, Gogbot-festival, Singelloop, Uitfestival en Culturele zondag. De gemeente ondersteunt deze evenementen met subsidie. Weersinvloeden hebben een groot effect op bezoekersaantallen. Dit zal bij de analyse van de realisatie worden betrokken. De streefwaarde voor 2017 en verder is gebaseerd op de realisatie in 2015. 

6. Aantal bezoekers van de grote gesubsidieerde culturele instellingen

Toelichting
Deze indicator geeft de bezoekersaantallen weer van de instellingen ATAK, Concordia, Twentse Welle en het Wilminktheater. De instellingen kennen een divers verloop van bezoekerscijfers. Over de gehele linie genomen is het huidige streefcijfer reëel en leidt dit nu niet tot een wijziging van het streefcijfer.  

7. Percentage van inkomsten van de grote gesubsidieerde culturele instellingen ten opzichte van de subsidie

 

Toelichting
Dit percentage wordt berekend door van de instellingen ATAK, Concordia, Twentse Welle en Wilminktheater de eigen inkomsten af te zetten tegen de gemeentelijke subsidie-inkomsten. De koerswijzigingen bij de culturele instellingen moeten leiden naar een streefpercentage van 68%. 

8. Positie veiligheid van Enschede ten opzichte van de overige twaalf gemeenten met meer dan 150.000 inwoners

 

Toelichting
De grafiek toont de positie van Enschede op de ranglijst van 150.000+ gemeenten in de landelijke veiligheidsmonitor. In het nieuwe veiligheidsbeleid worden nieuwe indicatoren en doelstellingen opgesteld.

9. Percentage inwoners dat zich weleens onveilig voelt in de eigen buurt

 

Bij een betrouwbaarheidsmarge van 95% is de foutmarge 1,5% naar boven en beneden.

Toelichting
In het nieuwe veiligheidsbeleid worden nieuwe indicatoren en doelstellingen opgesteld. 

10. Opkomstpercentage waarbij de brandweer na een melding tijdig ter plaatse is

 

Toelichting
Dit betreft het lokaal vastgestelde streefcijfer van opkomsttijden. In het nieuwe veiligheidsbeleid worden nieuwe indicatoren en doelstellingen opgesteld.

11. Beoordeling schouwresultaten 'schoon'
Cijfer voor schouwresultaten "schoon"; 3 = hoog, 2 = basis en 1 = laag. 

 

Toelichting
Het afgesproken kwaliteitsniveau 'hoog' op het stadserf en 'basis' in de rest van de stad is behaald en deze streefwaarde blijft ook de komende jaren staan, conform de eerder gemaakte afspraken met de Raad. Voor het verwijderen van blad en deels voor het maaien is een ander beeld afgesproken als gevolg van het traject Veranderen en bezuinigen in de openbare ruimte.

12. Rapportcijfer voor de waardering van de kwaliteit van het openbaar groen

 

Toelichting 
We kiezen ervoor het na te streven rapportcijfer voor de waardering van de kwaliteit van het groen niet te laten zakken, ondanks het ingezette traject 'Veranderen en Bezuinigen in de openbare ruimte'. Dit betekent dat we de waardering minimaal op een 6,7 willen behouden.

13. Naleefgedrag milieugerelateerde handhaving

 

Toelichting
Het naleefgedrag is het percentage van bedrijven (op jaarbasis), waarbij bij de eerste controle geen overtredingen zijn geconstateerd. Deze gegevens – het aantal controles en wel of niet een overtreding geconstateerd - worden geregistreerd in SquitXO. In 2020 verwachten we ook een score van 65%. Dit is gebaseerd op het feit dat deregulering, meer algemene regels en het op afstand zetten van milieucontroles in beginsel een negatieve uitwerking zullen hebben op het naleefgedrag.

14. Stadsdeelgewijs werken aan lokale duurzame initiatieven (WEconomy)

 

Toelichting
Gemeten wordt het aantal nieuwe collectieve bewonersinitiatieven met betrekking tot duurzaamheid. Doelstelling is 10 per jaar. Momenteel is een voorzichtige groei te zien (cijfer 2016 t/m augustus: 7 initiatieven). Daarnaast hebben gesprekken die de afgelopen periode met inwoners in stadsdelen zijn gevoerd, geleid tot agendering van duurzaamheid in de stadsdeelagenda's Noord en Oost.

15. Gemiddeld energielabel. Beoogde labelverdeling van de woningvoorraad

 

Toelichting
De gegevens met betrekking tot de score 2015 zijn ontleend aan de website 'Meer met minder'. Deze gegevens zijn gebaseerd op de indicatieve labelverdeling en daarmee slechts een inschatting van de werkelijke labelverdeling. In Overijssel wordt op korte termijn onderzoek gedaan naar de daadwerkelijke labelverdeling. De streefcijfers zijn gebaseerd op de prognoses van Reimarkt en andere initiatiefnemers en gerelateerd aan de door de gemeente Enschede onderschreven doelstellingen van de provincie Overijssel.

16 Planologische reservering van het aantal locaties voor wind- en zonne-energie

 

Toelichting
In deze grafiek is het aantal locaties weergegeven die planologisch gereserveerd zijn voor grootschalige opwekking van duurzame energie. Uit de grafiek kan worden afgeleid dat er in 2017 2 locaties beschikbaar komen voor grootschalige opwekking van duurzame energie.

17. Energiebesparing per jaar:
Elektriciteit:

 

Toelichting
Deze grafiek is gebaseerd op cijfers van de samenwerkende netwerkbeheerders (www.energieinbeeld.nl). Getoond wordt het elektriciteitsverbruik door particulieren en bedrijven. Er heeft geen analyse plaatsgevonden die de afname van de energiebesparingssnelheid verklaart.

Bij het halen van deze doelstelling zijn we sterk afhankelijk van factoren die buiten onze directe invloedssfeer liggen, zoals het nationale en internationale beleid, de ontwikkeling van de economie en technologische innovaties. Maar er is ook afhankelijkheid op lokaal niveau: het zijn uiteindelijk onze inwoners, bedrijven en instellingen die de beslissingen nemen over noodzakelijke energiemaatregelen.

In 2017 spannen we ons niettemin extra in om deze neerwaartse tendens om te buigen. Daarbij kan in het bijzonder worden gedacht aan de campagne ‘Enschede wekt op’.

Gas:

 

Toelichting
Deze grafiek is gebaseerd op cijfers van de samenwerkende netwerkbeheerders (www.energieinbeeld.nl). Getoond wordt het gasverbruik door particulieren en bedrijven. Er heeft geen analyse plaatsgevonden die de afname van de energiebesparingssnelheid verklaart.

Bij het halen van deze doelstelling zijn we sterk afhankelijk van factoren die buiten onze directe invloedssfeer liggen, zoals het nationale en internationale beleid, de ontwikkeling van de economie en technologische innovaties. Maar er is ook afhankelijkheid op lokaal niveau: het zijn uiteindelijk onze inwoners, bedrijven en instellingen die de beslissingen nemen over noodzakelijke energiemaatregelen.

In 2017 spannen we ons niettemin extra in om deze neerwaartse tendens om te buigen. Daarbij kan in het bijzonder worden gedacht aan de campagne ‘Enschede wekt op’.

 18. Toename scheidingspercentage restafval

 

 

Toelichting
Het scheidingspercentage voor huishoudelijk restafval is in 2015 gestegen naar 45,7%. Het scheidingspercentage is de hoeveelheid huishoudelijk afval dat gescheiden is ingezameld, gedeeld door de totale hoeveelheid huishoudelijk afval (gescheiden plus ongescheiden) dat is ingezameld. Het scheidingspercentage krijgt met de invoering van de tariefdifferentiatie op restafval in 2017 een impuls met als doel, dat deze gaat stijgen naar 60% in 2018. Het scheidingpercentage krijgt vanaf 2019 een extra stimulans met de invoering van de omgekeerde inzameling van restafval. In 2020 sluiten we dan aan op de regeringsdoelstelling om in 2030 op een scheidingspercentage van 75% te zitten. 

19. Kg's restafval per inwoner/jaar (afname)

 

Toelichting
De hoeveelheid huishoudelijk restafval per inwoner per jaar (in 2015 241 kg per jaar) zal door de tariefdifferentiatie (2017) en omgekeerde inzameling (2019) op restafval gaan dalen. Doelstelling hier is 175 kilogram per inwoner per jaar in 2018 en aansluiting op de doelstelling van de regering van 130 kilogram per inwoner per jaar in 2020. De stip aan de horizon in Twente is 50 kilogram per inwoner per jaar in 2030. 

20. Aantal ondersteuningsvragen aan de duurzaamheidsmakelaar
Door deze indicator wordt vanaf 2016 inzichtelijk gemaakt hoeveel digitale (ondersteunings)vragen worden gesteld via duurzaam053. Niet geteld worden ondersteuningsvragen via het ambtelijk apparaat. Het aantal (ondersteunings)vragen maakt inzichtelijk wat het meerjarig gebruik is van deze 'Enschedese digitale vraagbaakfunctie. NB: In het Actieplan Duurzaamheid zijn met betrekking tot deze indicator geen streefwaardes vastgesteld. In de volgende Programmabegroting wordt de grafiek met daarin de realisatie in 2016 zichtbaar. 

Wettelijk verplichte indicatoren

Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording zijn onderstaande indicatoren opgenomen. De indicatoren gelden voor iedere gemeente en zijn bedoeld om gemeenten met elkaar te kunnen vergelijken. Dit is mogelijk via www.waarstaatjegemeente.nl.

Beleidsveld Naam indicator Eenheid Score Bron
1. Veiligheid Verwijzingen Halt Aantal per 10.000 jongeren 178,8 Bureau Halt
1. Veiligheid Harde kern jongeren Aantal per 10.000 inwoners 1,3 KLPD
1. Veiligheid Winkeldiefstallen Aantal per 10.000 inwoners 3,1 CBS
1. Veiligheid Geweldsmisdrijven Aantal per 10.000 inwoners 5,6 CBS
1. Veiligheid Diefstallen uit woning Aantal per 1.000 inwoners 4,2 CBS
1. Veiligheid Vernielingen en beschadigingen (in de openbare ruimte) Aantal per 1.000 inwoners 7,6 CBS
7. Volksgezondheid en milieu Hernieuwbare elektriciteit % 1,1% RWS

 

Wat gaan we doen?

De lijn die de Raad heeft vastgelegd bij de Programmabegroting 2015-2018 wordt gecontinueerd.

Doelstelling A: Samen met partners behouden en versterken van de ‘dynamische en vitale’ stad.

Actiepunten 2017
Thema 1: Stedelijke ontwikkeling

We werken samen met anderen aan ontwikkelingen in de stad. We focussen op de prioriteitsgebieden, maar hebben ook oog voor de rest van de stad. Voor de stedelijke ontwikkelingen in het centrum verwijzen we naar Thema 3. Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • Samen met partners een groot deel van de gebiedsvisies op de wijken in de stad opstellen. Op basis hiervan maken wij gebiedsgerichte afspraken met de corporaties, waarbij we zowel afspraken maken over de fysieke (stedelijke) als over de sociale ontwikkeling.
  • Een agenda Wonen & Zorg opstellen en deze vervolgens uitvoeren. Dit mede naar aanleiding van de gewijzigde Woningwet.
  • Een voorstel doen voor de aanpassing van de Gids Buitenkans, onder andere om de huidige juridische problemen bij de uitwerking van de Gids weg te nemen.
  • De monitoring van de woningvoorraad op een andere manier doen.
  • De plannen voor appartementen buiten de prioriteitsgebieden terugdringen.
  • Er is geld gereserveerd voor het grondbedrijf voor de uitwerking van de eigentijdse gebiedsontwikkeling en de nieuwe wet Besluiten Begroten en Verantwoorden (BBV). Dit leidt in 2017 tot een aantal concrete uitwerkingen in plannen, waaronder:
    • Een nieuwe ontwikkelstrategie voor de Zuiderval en aanpalende gebieden (Wegener-terrein) maken.
    • Een nieuw bestemmingsplan voor de ontwikkeling van groene woonmilieus in het plan Leuriks Oost voorleggen aan de Raad.
    • Afsluiten grondexploitatie Twekkelerveld.
  • Een nieuw voorstel maken voor een tweede fase van het project 'Bouwen in de wijk'.

Bij de verschillende ontwikkelingen zoeken we nieuwe manieren van samenwerken en ontwikkelen, passend bij een eigentijdse gebiedsontwikkeling. We blijven werken aan het verder verbeteren van de manier waarop we nieuwe stedelijke ontwikkelingsinitiatieven snel behandelen, partners duidelijkheid bieden en plannen vlot tot realisatie brengen. We gaan deze manier van werken ook toepassen op initiatieven in het buitengebied van Enschede.

De landelijke invoering van de Omgevingswet staat gepland voor 2019. Deze wet streeft naar een bundeling en vereenvoudiging van de regels in het fysieke domein. Procedures voor de besluitvorming over initiatieven van burgers en bedrijven kunnen daardoor sneller doorlopen worden. Om ons op de invoering van de wet voor te bereiden, gaan wij experimenteren met een omgevingsvisie, omgevingsplan en omgevingsmanagement.

  1. Omgevingsvisie: om ruimte te scheppen voor eigentijdse gebiedsontwikkeling ligt de nadruk in de omgevingsvisie in eerste aanleg op (1) het verminderen en stroomlijnen van het fysieke, economische en sociale beleid en de beleidsregels die relevant zijn voor de omgeving, en (2) het verbeteren van de besluitvorming over de fysieke ontwikkeling van de stad: sneller, flexibeler en integraler.
  2. Omgevingsplan: Centraal staat de vraag hoe we een meer flexibele organische ontwikkeling van de (binnen)stad kunnen vastleggen in een Omgevingsplan, en de wijze waarop waarden als het bieden van rechtszekerheid en kwaliteit daarmee verbonden kunnen blijven.
  3. Omgevingsmanagement: Voor het vergroten van de werkgelegenheid is een optimaal vestigingsklimaat van groot belang. Hier speelt omgevingsmanagement een belangrijke rol. In het woud aan regels is het erg prettig als iemand je wegwijs maakt, het pad voor je effent en op een proactieve en oplossingsgerichte manier adviseert over het te realiseren doel. Dit is nu precies het doel van de omgevingsmanager: paden effenen en zorgen dat procedures soepel en snel verlopen.

Om ons op de invoering van de wet voor te bereiden gaan wij experimenteren met een omgevingsvisie, omgevingsplan, flexibilisering van het bestemmingsplan en omgevingsmanagement. Dit leidt tot de volgende activiteiten:

  • Het fysieke, economische en sociale beleid en de beleidsregels die relevant zijn voor de omgeving verminderen en stroomlijnen.
  • De besluitvorming over de fysieke ontwikkeling van de stad verbeteren, dat wil zeggen: sneller, flexibeler en integraler.
  • Experimenteren met een Omgevingsplan voor het Binnensingelgebied. De nadruk ligt op het opdoen van leerervaringen vooruitlopend op de invoering van de Omgevingswet in 2019.
  • Verder wordt in het kader van het flexibele bestemmingensplan voor de invulling van de voormalige luchthavenlocatie/TBT gekozen voor een globaal faciliterend bestemmingsplan. Dit plan gaat samen met een beleidsregel 'Ruimtelijke kwaliteit', op basis waarvan het toelaten van nieuwe initiatieven en ontwikkelingen worden afgewogen. Ook wordt via deze lijn gestreefd om (flexibele) organische ontwikkeling mogelijk te maken.
  • Wij gaan de tijdelijke formatie voor omgevingsmanagement uitbreiden.

Regio Twente (RO en wonen)

Binnen het kader van de regio wordt samengewerkt op het gebied van wonen, externe lobby en samenwerking en grondzaken.

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)

In het verlengde van de regionale woonvisie die begin 2016 is vastgesteld, worden afspraken gemaakt over de omvang en kwaliteit van de woningproductie in Twente. Daarnaast wordt de inbreng in G32, VNG en dergelijke gecoördineerd. Binnen de regio is de samenwerking met de NT-gemeenten intensiever, vooral op wonen en grondzaken.

Doelstelling B: Stimuleren van de bruisende stad.

Actiepunten 2017
Thema 2: Beleving in de (binnen)stad.

Sinds 2015 wordt uitvoering gegeven aan het geactualiseerde cultuurplan, met het accent op transities van de Openbare Bibliotheek Enschede, Museum Twentse Welle en het pop- en theateraanbod (Wilminktheater en Atak). In 2017 bespreken wij samen met deze en andere partners welke veranderingen nodig zijn voor een toekomstbestendige culturele sector op de lange termijn en krijgen de inhoudelijke en financiële consequenties daarvan hun beslag. De bezuinigingstaakstelling op cultuur is dan geïmplementeerd en we gaan toewerken naar een toekomstbestendig cultuuraanbod voor Twente en Oost-Nederland. Dat doen we via experimenten (proeftuinen) op het terrein van:

  • de podiumkunst (inclusief de ontwikkeling van 1 symfonische voorziening voor Oost-Nederland);
  • musea en erfgoed (inclusief versterking Roombeek Cultuurpark);
  • educatie en talentontwikkeling.

De opkomst van stedelijke regio’s en onze rol als grote stad binnen deze stedelijke regio zal nadrukkelijker zichtbaar worden.

Het beleid Evenementen en citymarketing is in 2016 aangescherpt. De aanscherping heeft geleid tot meer focus, die in 2017 zichtbaar wordt. De focus komt te liggen op de doelgroep van bezoekers, meer besteding en verlengd verblijf in de stad. Het evenementenprogramma sluit daarbij aan en ook daar is focus te zien op de domeinen, Pioneering-city, Muziekstad en Evenementenstad Oost-Nederland.

De volgende activiteiten worden in 2017 uitgevoerd:

  • Poppodium Atak fuseert met het Hengelose Metropool.
  • Museum Twentse Welle stemt haar nieuwe profiel en programmering verder af met haar partners binnen het Roombeek Cultuurpark, zodat de beleving en bekendheid van het geheel blijft groeien.
  • De transitie van de bibliotheek vraagt in 2017 verdere concretisering van afspraken met partners in de stad.
  • Cultuureducatie met Kwaliteit krijgt een vervolgperiode van 4 jaar. In deze komende vier staat centraal: aandacht voor groei van het aantal deelnemende scholen, implementeren van doorlopende leerlijnen en het ontsluiten van het Enschedese cultuuraanbod voor alle Twentse kinderen in het primair onderwijs.
  • Enschede Promotie stemt haar aanscherping verder af met partijen in de stad en stapt over op een doelgroepenstrategie. De focus ligt achtereenvolgens op de eigen bewoners, mensen uit de omgeving van Enschede, studenten en de zakelijke markt.
  • We stellen het evenementenprogramma 2017 vast aan de hand van de focus die is aangebracht op evenementen (Pioneering-city, Muziekstad en Evenementenstad)
  • In de uitvoering zal de nadruk nog meer komen te liggen op de online marketing van de stad.

De gemeente geeft een stimulans aan deze ontwikkelingen met subsidies, inhoudelijke visie, kennis en bemiddeling.

Twentsche Schouwburg

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)

Deze neemt het voortouw om te komen tot regionale afstemming van de (meer vraaggerichte) podiumprogrammering en -marketing.

Thema 3: Binnenstad (centrum).

In de agenda voor het centrum staan de volgende zes speerpunten:

  1. Versterken binnenstad (Bruisende Binnenstad)
  2. Werk (Banenmotor)
  3. Stedelijk wonen en dynamiek (Compact en Dynamisch)
  4. Zorg en welzijn (Eigen Kracht)
  5. Modern samenwerken (Meer Zeggenschap)
  6. Marketing en communicatie (Be good and tell it!)

Vanuit het lopende Actieprogramma binnenstad en Netwerkstad (project 'Spontane binnensteden') stimuleren wij met geld ontwikkelingen ter versterking van het stadserfgebied (onder andere gevelverbetering, wonen boven winkels en sfeer/uitstraling van het openbare gebied, zoals beleving pleinen en routing). Het actieprogramma met stimuleringspakket wordt in 2017 gecontinueerd.

  • De vaststellingsprocedure van het bestemmingsplan Binnenstad vervolgen.
  • Verder zijn er de nodige bouwactiviteiten in het centrum met diverse projecten (onder andere sloop/nieuwbouw locatie Hofpassage, sloop/nieuwbouw locatie Hema en vernieuwing winkelcentrum Koningsplein). Andere ontwikkelingen zijn in onderzoek of in voorbereiding (onder andere Op de Wal, nieuwbouw De Zon, transformatie van locatie voormalige Atak). In de schil van het centrum gaat het vooral om transformatie van kantoor- en bedrijfspanden, zoals de Performance Factory, de voormalige ABN AMRO Oldenzaalsestraat, de voormalige Arke-locatie, het Ledeboer-terrein en de Coberco-locatie.
  • Verder zijn er de lopende, grotere stedelijke ontwikkelingsprojecten zoals:
    • Spoorzone Middengebied, Boddenkamp en Laares;
    • Stadsweide met nieuwbouw MST, transformatie Ariënsplein, Kop Boulevard en de versterking van de Verbindingszone Stadscampus-Binnenstad (van Galenstraat e.o.);
    • Her/nieuwbouw van het Schuttersveld;
    • Afronden van de renovatie Vitens-terrein/Tattersall.

Wij gaan in 2017 de volgende (hoofd)activiteiten uitvoeren:

  • Verder uitwerken van acties/activiteiten binnen de speerpunten van de Agenda Centrum, onder andere het opstellen van wijkprogramma’s.
  • Doorlopen van vaststellingsprocedure bestemmingsplan binnenstad.
  • Een vervolg geven aan diverse stedelijke ontwikkelingsprojecten, zoals de Spoorzone, de Laares, de Boddenkamp en de Bothoven.
  • Samen met marktpartijen verder vormgeven van de gebiedsontwikkeling Kop Boulevard en transformatie/herontwikkeling locatie Ariënsplein.
  • Begeleiden van marktpartijen bij in voorbereiding zijnde ontwikkelingen en nieuwe initiatieven, waar mogelijk ondersteund vanuit het Actieprogramma Binnenstad;
  • Diverse mobiliteitsprojecten uitvoeren, waaronder wijkverkeerscirculatieplan Hogeland/Getfert en fietsmaatregelen.
  • Diverse beheer- en onderhoudsprojecten (riolering, wegen, water en groen) en wijkbeheerplannen uitvoeren.

Bij de uitvoering van bovengenoemde hoofd(activiteiten) zetten we volop in op het stimuleren van duurzaamheid.

Doelstelling C: Burgers wonen in leefbare en veilige wijken en leveren daar een bijdrage aan.

Actiepunten 2017
Thema 4: Burger- en overheidsparticipatie.

De snel veranderende samenleving vraagt om een betere samenwerking tussen gemeente en inwoners. Wij ontvangen signalen, dat inwoners zich onvoldoende vertegenwoordigd voelen. Wij zijn een gezamenlijk ontwikkelproces gestart over bewonersvertegenwoordiging en zeggenschap. Hiermee willen we helder krijgen welke manieren van bewonersvertegenwoordiging en zeggenschap beter aansluiten bij de huidige tijd.

Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • Verkennen aan welke vernieuwingen behoefte is op het gebied bewonersvertegenwoordiging en zeggenschap (zie ook thema Versterken samenwerking).
  • Onderzoeken of binnen het ontwikkelproces naar betere manieren van vertegenwoordiging en zeggenschap van inwoners verschillende verbetermogelijkheden en werkvormen mogelijk zijn, waaronder de mogelijkheden van een pilot 'wijkaandeel'.
  • Een methode ontwikkelen om niet-wijkgebonden bewonersinitiatieven te faciliteren
  • Het Sociaal Economisch Plan (SEP) is gekoppeld aan het Herontwikkelingsplan Wesselerbrink-Noord (sloop/nieuwbouw Het Lang en Het Bijvank). Door de crisis in de bouw heeft dit vertraging opgelopen. Het SEP en Herontwikkelingsplan gaan we in 2017-2018 afronden (is onderdeel van het programma MO).
  • Het actieprogramma 'Thuisvoelen en Meedoen' uitvoeren en zorgen dat nieuwe stadsgenoten meedoen in Enschede en zich thuis voelen in de stad. We werken samen met vele organisaties en vrijwilligers  aan een integraal en realistisch actieprogramma, waarin onze nieuwe stadsgenoten vanaf dag 1 onderdeel zijn van de Enschedese samenleving. In het programma staan meerdere actiepunten, zoals: 
    • zorgen voor goede coördinatie van alle vrijwilligers(initiatieven);
    • aanbod van duale trajecten op het gebied van opleiding, werk en vrijwilligerswerk.
Thema 5: Openbare orde en veiligheid.

Enschede is een relatief veilige stad met bijpassende grensproblematiek. Wij richten ons lokale veiligheidsbeleid nu vooral op zaken waar inwoners direct last van hebben en die hun perceptie van veiligheid direct beïnvloeden. Het is echter nodig, dat wij meer aandacht hebben voor de georganiseerde ondermijnende criminaliteitWij gaan in 2017 onze focus hiernaar verleggen. In het verlengde daarvan gaan wij in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • Een ondermijningsbeeld opstellen van de hele stad.
    • Wij gaan een meld- en analysepunt inrichten met betrekking tot ondermijningssignalen.
  • In het kader van onze aanpak van de (drugs)overlast Wilminksplein, Glanerbrug en andere plekken in de stad gaan wij:
    • slimme, ‘out-of-the-box’, innovatieve én goed en snel uitvoerbare ‘barrières’ bedenken voor de problematiek;
    • een structureel 'Casusoverleg doelgroepen aanpak' organiseren om alle mogelijke interventiemethoden goed op elkaar af te stemmen. 
  • In het kader van onze aanpak van de (drugs)overlast Wilminksplein, Glanerbrug en andere plekken in de stad gaan wij:
    • een meld- en analysepunt inrichten met betrekking tot ondermijningssignalen.
  • Een actueel veiligheidsplan 2017-2020 opstellen en uitvoeren.
  • Een pilot uitvoeren om inwoners als partner op het gebied van veiligheid te betrekken. Hierbij gebruiken we landelijke voorbeelden, zoals project Waaks en de Whatsapp buurtpreventiemogelijkheden.  
  • We presenteren en passen onze resultaten en innovatieve oplossingen uit de Pilot Veilig Voetbal toe bij de wedstrijden van het EK Vrouwenvoetbal.
  • Verstevigen van onze informatiepositie op het gebied van veiligheid met een veiligheidsdashbord, gebruikmakend van (big) data. 
  • Samen met Twente Safety & Security de City Deal Stedelijke Veiligheid uitvoeren.

Veiligheidsregio Twente

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)

Gemeenten zijn doorgaans te klein om inwoners optimaal te kunnen beschermen tegen (gezondheids)risico's, rampen en crises. Bovendien overschrijdt een ramp vaak de gemeentegrens. Een regionale aanpak is effectiever. Daarom werken diverse hulpdiensten en overheden onder centrale regie van Veiligheidsregio Twente samen om rampen en crises in Twente zo veel mogelijk te voorkomen en te bestrijden. 

Thema 6: Beheer en onderhoud openbare ruimte.

De effecten van de eerder genomen maatregelen in het traject Veranderen en bezuinigen Openbare Ruimte zijn inmiddels duidelijk zichtbaar buiten. Het beeld buiten heeft negatieve effecten op onze bestuurlijke doelen uit het coalitieakkoord, zoals de samenlevingsgerichte inrichting & het beheer van de openbare ruimte en op het woon-, werk- en vestigingsklimaat. De effecten zijn dusdanig groot, dat een heroverweging van de doorgevoerde maatregelen op zijn plaats is. Om hierin bij te sturen zijn aanvullende middelen nodig.

Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  1. Actualiseren van de 'Kaders voor het beheer en onderhoud van het openbaar groen 2014 – 2017' en het 'Openbare verlichtingsplan 2014 – 2017'. Hierbij streven we naar verdere vereenvoudiging van beleid.
  2. Een pilot starten (als eerste Dimpact-gemeente) samen met Dimpact voor het verder vereenvoudigen van de meldingen openbare ruimte via 'Slim Melden' voor bewoners, medewerkers en onze partners. Tegelijkertijd onderzoeken we actief de toepassingsmogelijkheden van nieuwe mogelijkheden voor participatie in de openbare ruimte, zoals via 'Jij maakt de buurt!', doorontwikkeling van wijkbeheerplannen en nieuwe digitale bewonersplatforms als Nextdoor.
  3. Samen met Duitse partners onderzoeken van nieuwe mogelijkheden voor het beheer en onderhoud om zo meer kennis uit te wisselen.
  4. Invullen van de resterende taakstelling vanuit het traject conform raadsvoorstel. We gaan het maaibeleid heroverwegen om de ingezette verruwing deels terug te draaien daar waar dat leidt tot onwenselijke situaties, zoals verrommeling van naast het gras gelegen plantvakken (kapitaalvernietiging), of tot vermindering van de gebruiksmogelijkheden van de gebieden door de inwoners in de stad.
  5. De Prinsessentunnel reconstrueren, waardoor de huidige problemen met water bij hevige regenval worden teruggedrongen.
  6. Starten met de aanleg van de stadsbeek.
  7. Een kennispunt water inrichten. We hebben oog voor de problemen van onze inwoners, ook in die gevallen waar wij als gemeente geen maatregelen treffen. Daarom gaan wij met onze inwoners in gesprek over de inrichting van een kennispunt water. Een platform om (technische) kennis te bundelen en te delen op basis van de behoeften van onze bewoners. Samen met andere partners (waterschap Vechtstromen, provincie Overijssel, corporaties) en Twentse gemeenten waar eenzelfde behoefte ligt.
  8. Evalueren van de in 2016 met de ondernemers op de bedrijventerreinen Euregio en Havengebied gemaakte afspraken over zelfbeheer van de openbare ruimte. Bij een positieve uitkomst gaan we over tot meerjarige contracten. In deze contracten worden ook SROI en duurzaamheidsafspraken belegd.

Openbaar lichaam Crematoria Twente (begraafplaatsen)

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)

Draagt bij aan onze wettelijke verplichtingen op het gebied van de lijkbezorging.

Onderhoud Enschede

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)

Zij zorgt voor de uitvoering van het onderhoud van de openbare ruimte. Daarmee draagt zij bij aan de realisatie van de doelen voor de openbare ruimte, zoals behoud van het gewenste kwaliteitsniveau en het woon- en vestigingsklimaat van de stad. Daarnaast levert zij een belangrijke bijdrage aan de arbeidsmarktdoelstellingen, doordat 60% van het personeel van Onderhoud Enschede BV bestaat uit mensen uit de arbeidsmarktdoelgroep.

Thema 7: Stadsdeelgewijs werken aan lokale duurzame initiatieven (Weconomy)
Om duurzame bewonersinitiatieven verder te stimuleren en te ondersteunen gaan we in 2017 het volgende doen:

We stimuleren duurzame bewonersinitiatieven door:

  • te communiceren over duurzame daden via de 'groene' pagina in de Huis-aan-Huis, de verdere ontwikkeling van websites www.enschede.nl/duurzaam053 en www.jijmaaktdebuurt.nl/duurzaam;
  • bijeenkomsten (duurzaam sportcafé) te organiseren voor sportverenigingen, waarin verduurzamingsmogelijkheden voor sportverenigingen door ambassadeurs worden toegelicht.

We ondersteunen duurzame bewonersinitiatieven door:

  • te faciliteren bij de verdere ontwikkeling van bewonersinitiatief (energiecoöperatie) Enschede Energie;
  • structurele inzet van de duurzaamheidsmakelaar;
  • in stadsdeel Noord (gebied Mekkelholt) en stadsdeel Oost (gebied Diekman) te werken aan 2 duurzame pilots met inwoners;
  • extra inzet op het duurzame onderwijsprogramma Project E, en daarbinnen de verbinding te leggen met de wijk.
Thema 8: Wettelijke taken en deregulering

In 2016 hebben we de Groene Leges ingevoerd. Hiermee zetten we de leges in als instrument om de duurzaamheidsdoelstellingen te realiseren. Neveneffect van het gebruik van de regeling is dat er substantieel minder legesinkomsten binnenkomen. Om de financiële gevolgen van de regeling Groene Leges voor het tweede uitvoeringsjaar te beperken, zal er voor 2017 een aangepaste (afgeslankte en aangescherpte) regeling gelden.

De laatste jaren zien we een duidelijke toename in de vraag om handhaving bij de gemeente. De politie richt zich op haar kerntaak en komt hierdoor niet toe aan relatief kleine overtredingen die bij inwoners ook veel ergernissen opleveren. Daarnaast gaan er door de decentralisatie bij het Rijk steeds meer taken naar de gemeente over. Inwoners en bedrijven doen daardoor een groter beroep op de capaciteit van de afdeling handhaving. Voor 2017 tot en met 2019 zijn hiervoor extra middelen beschikbaar.

Op 15 april 2016 heeft de regering het Wetvoorstel Kwaliteitsborging voor het Bouwen naar de Tweede Kamer gestuurd. Kern van dit wetsvoorstel is dat in de toekomst niet de gemeente, maar bouwpartners zelf hun kwaliteitsborging moeten regelen. In 2017 wordt er duidelijkheid verwacht over lopende experimenten en de uiteindelijke keuze van minister Blok en de uiteindelijke inwerkingtreding. De ontwikkelingen gaan we volgen om daarmee de consequenties in beeld te brengen.

Per 1 januari 2018 dient als gevolg van een wijziging van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) het huidige netwerk RUD (Regionale Uitvoeringsdienst) omgezet te zijn in een Omgevingsdienst Twente (OD Twente), gebaseerd op de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. Momenteel wordt zowel de gemeenschappelijke regeling als het bedrijfsplan door de 14 gemeenten en provincie voorbereid.

Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • Uitbreiden van de handhavingscapaciteit in de openbare ruimte. Hierdoor kan meer aandacht aan het gebruik van de openbare ruimte worden besteed (denk aan terrassen, parkeren) en de overlast in overige stadsdelen (afval en honden uitlaten).
  • Uitbreiden van de handhavingscapaciteit voor de invoering van Diftar.
  • Implementeren van de in 2016 opgestarte 2e fase Deregulering Fysieke domein. In de eerste helft van 2017 gaan wij een voorstel daarover aan de Raad voorleggen. Deze 2e fase heeft betrekking op een aantal niet eerder in de deregulering betrokken producten die een relatie hebben met de leefomgeving. Hiermee is deregulering in het fysieke domein als apart project grotendeels afgerond en zal de focus hierop bij de reguliere processen worden opgepakt. Deregulering buiten het fysieke domein wordt binnen de programma’s EWO en MO opgepakt.
  • Evaluatie van de gedereguleerde producten van de 1e fase (met uitzondering van de kap- en standplaatsvergunning die al eerder is geëvalueerd).
  • Een sociaal plan voorbereiden voor de medewerkers van de 14 gemeenten en de provincie die overgaan naar de nieuwe OD Twente (voormalige RUD). Wij gaan de implementatie hiervan afronden. Wij gaan de Raad informeren over de financiële en personele consequenties en de consequenties voor de gemeentelijke milieubevoegdheden.
  • Het instrument van de groene leges gaan we doorontwikkelen.

RUD 

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)

De RUD is een organisatie van Twentse gemeenten en de provincie die op het gebied van met name toezicht en handhaving van milieuregelgeving, vergunningen en meldingen namens de partners en dus ook namens Enschede optreedt. Daarmee geeft de RUD gevolg aan landelijke, regionale en gemeentelijke beleidskaders. Uiterlijk per 1 januari 2018 dient de huidige netwerkorganisatie omgezet te zijn in een formele gemeenschappelijke regeling.

 

NB: indien sprake is van significante ontwikkelingen bij de verbonden partij, waardoor de realisatie van het gemeentelijk beleid niet kan worden geëffectueerd dan deze beleidsrisico’s hier toelichten.

Doelstelling D: Stimuleren van een duurzame leefomgeving.

Duurzaam handelen betekent voor het College: het niet doorschuiven van de rekening van ons gedrag naar toekomstige generaties. Duurzaamheid heeft daarmee ook betrekking op een solide financieel beleid en een gezonde economische groei. In 2015 is met de vaststelling van het Actieplan duurzaamheid dan ook besloten om een meer omvattend duurzaamheidsbeleid te voeren. In het Actieplan zijn 8 speerpunten van beleid genoemd ten aanzien van duurzaamheid:

  1. Energie (meer hernieuwbare energie);
  2. Behoud van biodiversiteit;
  3. Circulaire economie (verminderen van afval);
  4. Duurzame mobiliteit;
  5. Eigen organisatie (zelf het goede voorbeeld geven);
  6. Groene economische groei;
  7. Klimaatadaptatie;
  8. WEconomy (de bewoners van Enschede dragen samen bij aan de duurzame doelstellingen).

Inmiddels is dit Actieplan volop in uitvoering. Er zijn al vele voorbeelden van verduurzaming te noemen. Een uitgebreid overzicht hiervan is inmiddels aan de Raad aangeboden. Een kleine bloemlezing:

  • Energie Enschede (een energiebedrijf van, voor en door bewoners) is opgericht. Alleen op het gebied van duurzame energie zijn er al zeker 7 bewonersinitiatieven in de stad. Als het gaat om natuurbescherming en biodiversiteit zijn het er nog veel meer.
  • We stimuleren elektrisch autorijden met steeds meer oplaadpalen in de stad.
  • De gemeente koopt niet alleen groene stroom, maar ook (gecertificeerd) groen gas in.
  • Mede gestimuleerd door de groene leges zien we steeds meer duurzame bouwaanvragen. Zo zijn er rond de 100 ‘nul-op-de-meter-woningen’ in voorbereiding, en diverse gebouwen met een lagere energieprestatiecoëfficiënt dan wettelijk voorgeschreven.
  • Op 75 ha openbaar gras wordt het gemaaide gras afgevoerd om daarmee verschraling te bewerkstelligen, omdat de biodiversiteit van flora en fauna ten goede komt.

In deze paragraaf wordt nader ingegaan op de speerpunten ‘Duurzame energie’, ‘Circulaire economie’, ‘Klimaatadaptatie’ en ‘WEconomy’. Voor het speerpunt ‘Eigen organisatie’ wordt verwezen naar hoofdstuk 1, terwijl het onderwerp ‘Biodiversiteit’ aan bod komt in de beschrijving van de Reguliere werkzaamheden van het programma Duurzame Leefomgeving.

Maar we gaan de verduurzaming van de stad versnellen. Dat houdt in dat de in gang gezette uitvoering van het Actieplan gewoon doorgaat, maar dat we dat aanvullen met extra aandacht voor drie speerpunten. Dat zijn de opwekking van hernieuwbare energie (Enschede Wekt Op), inzetten op afvalloos Twente (via Diftar en daarna het omgekeerd inzamelen) en verduurzaming van de gebouwde omgeving (groene leges bijvoorbeeld).

Actiepunten 2017
Thema 9: Duurzame energievoorziening.

In het Actieplan duurzaamheid hebben we ons ten doel gesteld te bevorderen dat het aandeel hernieuwbare energie in 2030 ten minste 12 procent bedraagt. In het kader daarvan is in september 2016 de campagne ‘Enschede wekt op' van start gegaan. Daarbij zijn inwoners, bedrijven en instellingen opgeroepen:

  • zo veel mogelijk zelf duurzame energie op te wekken, bijvoorbeeld door het leggen van zonnepanelen op het dak;
  • gronden of gebouwen beschikbaar te stellen voor de opwekking van duurzame energie, of;
  • mee te denken met onze zoektocht naar locaties die geschikt zijn voor zonne- en windenergie.

Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • Vertalen van de resultaten van het participatieproces 'Enschede wekt op'  in de uitwerking van enkele scenario’s voor de productie van duurzame energie tot 2030.
  • Die scenario’s toetsen op de gevolgen voor het milieu in de vorm van een milieu-effectrapportage.
  • Voorbereiden van een voorstel voor het aanwijzen van locaties voor de (grootschalige) productie van duurzame energie, die vervolgens vertaald gaan worden in een structuurvisie/omgevingsvisie. 
Thema 10: Afvalstoffen: afvalloos Twente

Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • Invoeren van de tariefdifferentiatie voor de inzameling van restafval als eerste stap om de inzamelresultaten (toename scheidingspercentage en afname hoeveelheid restafval per inwoner) te verbeteren. Hiervoor is continue communicatie met en informatievoorziening richting inwoners noodzakelijk.
  • Optimaliseren van de afvalbrengpunten en de mogelijke inrichting naar één milieupark om aansluitend op de tariefdifferentiatie en de omgekeerde inzameling de mogelijkheden voor het aantal te scheiden grove afvalstromen verder uit te breiden.

Twente Milieu

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)
Draagt bij aan de ambitie van de gemeente op het gebied van afvalloos Twente.
 Dit doet Twente Milieu door de inzameling van de door ons afgesproken afvalstoffen.

Twence

1. Bijdrage aan beleid (maatschappelijk belang)
Draagt bij aan de taak van de gemeente om te voorzien in een doelmatig beheer van afvalstoffen door de verbranding van restafval. Met het vergisten van GFT-afval, de producti
e van duurzame energie en het terugwinnen van grondstoffen draagt Twence ook bij aan de gemeentelijke duurzaamheidsdoelstellingen.

Thema 11: Circulaire Economie.

Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • De gescheiden inzameling van verpakkingsafval bij scholen en sportverenigingen combineren met de aanpak van zwerfafval.
  • Een project uitvoeren met het doel de organisatie van biomassaketens beter te stroomlijnen door de aanbodkant (buitengebied/landschapsonderhoud) beter te laten aansluiten bij de vraagkant (reguliere verwerking en particuliere initiatieven).
  • Verkennen van de aanplant van biomassa (Olifantengras) op braakliggende gemeentelijke arealen.
  • De gescheiden inzameling van afval in openbare ruimte (proef in de binnenstad/stadserf).
  • Afvalcoaches inzetten die in de wijken burgers stimuleren tot preventie en een betere scheiding van huishoudelijk afval.
  • In samenhang met het thema WEconomy: het verbeteren van de afvalpreventie en de afvalinzameling en afvoer bij evenementen.
Thema 12: Klimaatadaptatie.

Wij gaan in 2017 de volgende activiteiten uitvoeren:

  • De stadsbeek aanleggen.
  • Stimuleren van de afkoppeling van riool in lopende projecten.
  • Daken en de openbare ruimte vergroenen. Dat doen we onder andere door onderzoek te doen naar het watereffect van de groene dakpannen en het stimuleren van de aanleg van groene daken en de groene economie.
  • Als proefgemeente deelnemen in de landelijke greendeal, voor bijvoorbeeld differentiatie heffingen.
  • Faciliteren groen dak op onder andere het voormalige V&D-pand.
  • Samen met Saxion de mogelijkheden onderzoeken van een klimaatactieve regenton voor waterberging bij stortbuien.

 

Wat mag het kosten?

In onderstaand taartdiagram zijn de uitgaven per thema weergegeven. 

 

Duurzame leefomgeving Bedragen x 1.000 euro Begroting  2016 Begroting 2017 Raming  2018 Raming  2019 Raming  2020
Lasten 152.554 146.653 151.894 138.211 138.133
Baten 68.948 76.662 72.934 73.503 75.063
Saldo van baten en lasten 83.607 69.992 78.960 64.708 63.070
Storting reserves 6.421 6.302 22.018 5.321 5.765
Onttrekking reserves 17.139 7.291 28.904 1.149 915
Resultaat 72.889 69.002 72.075 68.880 67.920

Toelichting

Wettelijk is voorgeschreven dat vanaf 2017 in de programma’s in principe alleen de kosten van het primaire proces worden opgenomen. Van de totale overhead (5,3 miljoen euro) is een deel (per saldo 2,4 miljoen euro) niet meer opgenomen binnen het programma Duurzame leefomgeving, maar binnen het programma Dienstverlening en financieel beleid. Meer informatie over de gemeentelijke overhead is opgenomen in hoofdstuk 5.2. Andere belangrijke (financiële) ontwikkelingen voor 2017 zijn de volgende:

  • Binnen het product Afvalstoffen zijn de nodige wijzigingen doorgevoerd in de exploitatie, doordat wij de tariefdifferentiatie hebben ingevoerd. Daardoor zijn er in 2017 onder andere lagere inzamel- en verwerkingskosten begroot en hogere kapitaallasten voor de benodigde investeringen.
  • Wij hebben in 2017 minder subsidie begroot in de eindproducten Cultuur en Evenementen en Citymarketing voor de Openbare Bibliotheek, Kaliber, Concordia, Twentse Welle en Enschede Promotie (gezamenlijk 2 miljoen euro ten opzichte van 2016). Dit is het gevolg van de uitwerking van de Keuzenota 2014 in het Cultuurplan 2015. Deze instellingen zijn nu bezig met plannen voor een transitie. In 2017 is eenmalig een bedrag opgenomen ter ondersteuning van de transitie van de Twentse Welle en poppodium Atak in verband met de fusie met Metropool.
  • Door de invulling van de taakstelling op het openbaar gebied is er voor 2017 minder begroot voor onderhoud in de openbare ruimte. Het gaat om een bedrag van circa 600.000 euro.
  • Voor een periode van 3 jaar wordt vanaf 2017 extra budget begroot voor handhaving in de openbare ruimte. Dit vanwege de toenemende druk door gemeentelijke en landelijke ontwikkelingen.
  • In de jaarschijven 2016 t/m 2018 wordt per saldo 22 miljoen euro onttrokken en vervolgens gestort in de reserve grondbeleid voor de uitwerking van Richting aan Ruimte

 

Meer info  Klik hier voor meer informatie over reguliere werkzaamheden en beleidsnota's.
Portefeuillehouders  Hans van Agteren, Eelco Eerenberg, Jeroen Hatenboer, Jurgen van Houdt, Onno van Veldhuizen
Programmadirecteuren  Djoerd de Vos-Koelink, Hilde Reints