A. Incidentele baten en lasten
Programma Product |
Toelichting/ omschrijving |
2016 Baten |
2016 Lasten |
2017 Baten |
2017 Lasten |
2018 Baten |
2018 Lasten |
2019 Baten |
2019 Lasten |
Maatschappelijke ondersteuning | |||||||||
Wmo Individuele voorziening | Huishoudelijke hulp toelage | 2.155.198 | |||||||
Versterken burgerkracht | Gezond in de stad | 495.708 | 495.708 | ||||||
Versterken burgerkracht | Uitvoering transformatieagenda MO | 1.504.292 | 2.184.292 | ||||||
Versterken economie | |||||||||
Projecten Economische Ontwikkeling | Aanloopkosten Technology Base Twente | 625.000 | 625.000 | ||||||
Versterken economische structuur | Binnenstadsdistributie | 7.500 | 7.500 | ||||||
Arbeidsmarktparticipatie | Handhaving Inburgering | 55.700 | 55.700 | ||||||
Duurzame leefomgeving | |||||||||
Locatieontwikkeling | Actieprogramma binnenstad | 250.000 | 250.000 | ||||||
Dienstverlening en financieel beleid | |||||||||
Infrastructuur ADT | Aanleg infrastructuur | 2.250.000 | |||||||
Flankerend beleid | 2.000.000 | 3.000.000 | |||||||
Voorziening personeel | |||||||||
Flankerend beleid versnelling digitalisering | 1.000.000 | ||||||||
Totaal | 63.200 | 8.093.398 | 0 | 6.555.000 | 0 | 2.250.000 | 0 | 0 |
Toelichting
Programma Maatschappelijke ondersteuning
Wmo Individuele voorziening
De gemeente investeert in 2015 en 2016 in het stimuleren van de vraag naar huishoudelijke hulp en het behouden van werkgelegenheid.
Versterken burgerkracht - gezond in de stad
Gemeenten met kwetsbare wijken krijgen tot en met 2017 extra middelen om de gezondheid van mensen in een lage sociaal-economische positie te verbeteren. Deze middelen maken onderdeel uit van het investeringsprogramma maatschappelijke ondersteuning 2015-2017.
Versterken burgerkracht - uitvoering transformatieagenda MO
Voor het investeringsprogramma maatschappelijke ondersteuning 2015-2017 worden in 2015 (conform raadsbesluit 8 juni 2015) middelen toegevoegd aan de nieuwe reserve transformatieagenda MO (totaal 3,7 miljoen euro). In 2016 en 2017 wordt de reserve gebruikt om het investeringsprogramma uit te voeren.
Programma Versterken economie
Projecten Economische Ontwikkeling
Dit betreft de kosten voor het Enschedese aandeel in de projectkosten voor Technology Base Twente in 2016 en 2017.
Versterken economische structuur
Dit bedrag heeft betrekking op de door de Regio Twente toegekende subsidie ten behoeve van de uitvoering van het pilot "Binnenstadservice Enschede". Deze middelen worden ingezet voor onderzoek naar en de exploitatie van binnenstaddistributie in de Enschedese binnenstad.
Arbeidsmarktparticipatie
Voor de handhaving van de inburgeringsplicht zijn, via de decembercirculaire 2013, middelen uit het gemeentefonds aan de gemeente beschikbaar gesteld. Deze middelen worden door de gemeente over een periode van drie jaar (vanaf 2014) ingezet voor de uitvoering van de handhaving.
Programma Duurzame leefomgeving
Locatieontwikkeling
Aan het actieprogramma binnenstad wordt conform het coalitieakkoord een tijdelijke impuls gegeven ter vergroting van de aantrekkingskracht van de binnenstad van Enschede.
Programma Dienstverlening en financieel beleid
Infrastructuur ADT
Bij de ontwikkelingsplannen van het ADT is voor 3 miljoen euro rekening gehouden met kosten voor aanleg van de infrastructuur. 0,75 miljoen euro is geraamd voor 2015 en 2,25 miljoen euro voor 2018.
Flankerend beleid
Bij de Programmabegroting 2014-2017 is voor de jaren 2014, 2015 en 2016 een budget voor flankerend beleid ingesteld voor het realiseren van bezuinigingen. Hiermee heeft de organisatie meer armslag om bij het doorvoeren van bezuinigingen flankerende maatregelen te nemen. Denk daarbij aan het treffen van regelingen voor bovenformatief personeel, investeringen in ICT om efficiënter te kunnen werken, frictiekosten en desintegratiekosten. Aangezien de gemeente vanaf 2017 een volgende stap zet in het realiseren van bezuinigingen is een budget van 3 miljoen euro noodzakelijk voor aanvullende flankerende maatregelen en eventuele remwegmiddelen bij de invulling van de bezuinigingen. Het bedrag van 3 miljoen euro is geraamd op basis van de ervaring uit de bezuinigingen van voorgaande jaren.
Versnelling digitalisering
Bij de Programmabegroting 2014-2017 is een budget voor flankerend beleid ingesteld voor de versnelling van de digitalisering. In 2016 is hiervoor circa 1 miljoen euro begroot.
|
|
Toelichting op de reserves
De doelstellingen van de belangrijkste reserves zijn toegelicht met behulp van zogenaamde mouse-overs op de website. De mutaties van de verschillende reserves komen in hoofdstuk 3 en 6.4 aan de orde, bij de toelichting op het onderdeel "Wat mag het kosten?".
Reserve wijkbudgetten
De reserve 'wijkbudgetten' heeft een administratief negatief saldo omdat naast de reguliere onttrekking van de beschikte wijkbudgetten uit 2014, er tevens een onttrekking is van 228.000 euro als gevolg van een amendement op de Programmabegroting 2015-2018. Bij de jaarrekening 2015 worden de in het lopende jaar niet uitgegeven middelen weer toegevoegd aan de reserve waardoor de deze in 2016 niet meer negatief staat.
Reserve maatschappelijke functie sport
Deze in 2015 ingestelde reserve wordt ingezet ter dekking van lasten die samenhangen met de pilot arbeidsreïntegratie via sport en het actieplan voor de vitale sportverenigingen. Deze reserve is gedeeltelijk gevoed door de voorzieningen 'BOS-Gezond bewegen door jeugd' en 'BOS-Kom in beweging voor jezelf' die zijn komen te vervallen.
Reserve transformatieagenda MO
Deze in 2015 ingestelde reserve wordt ingezet ter dekking van de lasten van het investeringsprogramma 2015-2017 voor de transformatieagenda maatschappelijke ondersteuning.
|
De doelstellingen van de belangrijkste voorzieningen zijn toegelicht met behulp van zogenaamde mouse-overs op de website.
Onderstaande tabellen geven per programma inzicht in de verdeling van de baten en de lasten van de producten voor de jaren 2016 t/m 2019. De toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves spelen hierbij een belangrijke rol en zijn daarom ook opgenomen. Waar de baten en de lasten binnen één product niet aan elkaar gelijk zijn, ontstaat een resultaat. Dit resultaat kan positief of negatief zijn en komt, rekening houdend met reservemutaties op dit product, uiteindelijk ten gunste of ten laste van de algemene middelen van de gemeente Enschede.
|
Toelichting
Versterken Burgerkracht
Bij het onderdeel versterken Burgerkracht nemen de lasten vanaf 2015 toe met ruim 1,7 miljoen euro in 2017 om vervolgens te dalen met 3,3 miljoen euro in 2019. Dit is een gevolg van enerzijds het uitvoeren van het investeringsprogramma transformatieagenda en anderszijds het doorvoeren van diverse bezuinigingen/taakstellingen en het einde van de periode voor tijdelijk toegekende middelen. Hieronder volgt een globale specificatie.
De stijging van de lasten in 2016 en 2017 is het gevolg van het toevoegen van middelen naar aanleiding van diverse besluiten. Het betreft hier het raadsbesluit d.d. 8 juni 2015 'Investeringen transformatieagenda MO' (2 miljoen euro in 2016 en 2,68 miljoen euro in 2017).
De daling van de lasten wordt veroorzaakt door de bezuiniging op het welzijnswerk die in de periode 2014-2018 op loopt tot 1,2 miljoen euro. Het effect op 2016 is 0,3 miljoen in 2016, 0,1 miljoen in 2017 en 0,1 miljoen in 2018. In 2016 vindt een verlaging plaats van 0,5 miljoen euro als gevolg van het eindigen van tijdelijke en incidenteel toegekende middelen zoals bijvoorbeeld de middelen voor het project "Lang zult u wonen".
In 2018 ontstaat een daling van 2,6 miljoen als gevolg van het aflopen van het investeringsprogramma. In 2019 vindt nog een daling plaats van 0,35 miljoen euro doordat de extra middelen coalitieakkoord dan eindigen.
Daarnaast is een bezuiniging op de subsidie van de Volksuniversiteit Enschede (VUE) opgenomen. Het te bezuinigen bedrag is vastgesteld op structureel 0,2 miljoen euro per jaar vanaf 2018. De raad heeft op 8 juni 2015 aanvullend besloten de bezuiniging de eerste 2 jaren gefaseerd in te vullen. Dat wil zeggen dat de subsidie in 2016 met 0,05 miljoen euro wordt teruggebracht, in 2017 met 0,125 miljoen euro. De fasering (van 0,15 miljoen euro in 2016 en 0,075 miljoen euro in 2017) wordt gedekt door het inzetten van remwegmiddelen vanuit het budget Flankerend Beleid.
Reserves en voorzieningen.
In 2015 wordt 4,6 miljoen euro gestort in de reserve transformatieagenda en ten behoeve van de uitvoering van het investeringsprogramma. In 2016 en 2017 worden deze middelen onttrokken aan de reserve omdat ze daadwerkelijk worden ingezet. De storting vindt plaats vanuit verschillende producten, die onder deze producten worden toegelicht.Voor Burgerkracht betreft het een bedrag van 0,9 miljoen in 2015, 0,5 miljoen in 2016 en 2017.
In 2015 is eenmalig 0,46 miljoen euro gestort ten behoeve van de reserve maatschappelijke functie sport conform het besluit bij de zomernota 2015. De resterende middelen bewegen onderwijs en sport (BOS) van 0,22 miljoen euro zijn in 2017 onttrokken aan de reserve en toegevoegd aan het financieel middelenkader.
Jeugdhulp vrijwillig kader
Op het onderdeel Jeugdhulp vrijwillig kader is tot en met 2019 sprake van een daling 6,9 miljoen euro. Dit wordt voor 4,4 miljoen euro veroorzaakt door mutaties in decentralisatie uitkering conform de meicirculaire 2015. Een andere belangrijke afwijking betreft een verschuiving van 2,1 miljoen euro ten behoeve van pleegzorg naar het product Jeugdhulp gedwongen kader. Het restant betreft overige kleinere mutaties en verschuivingen.
De mutaties in de jaarschijven als gevolg van de verlaging van de decentralisatieuitkering jeugdhulp betreffen: aanvullende korting Jeugdhulp 2e/3e tranche van - 3,0 miljoen euro, herverdeling middelen (objectief verdeelmodel) van -1,4 miljoen euro, uitname door lagere realisatie AWBZ 2014 van -1,0 miljoen euro vanaf 2016 en overige mutaties (onder andere bijdragen provincie en Rijk na 2015) van + 1,0 miljoen euro vanaf 2016.
Reserves en voorzieningen.
De onttrekking in 2015 0,2 miljoen euro heeft betrekking op het raadsbesluit "Budget burgerkracht en bezuiniging welzijn" van 21 oktober 2014.
Jeugdhulp gedwongen kader
De afwijking betreft een verschuiving van 2,1 miljoen euro ten behoeve van pleegzorg vanuit het product Jeugdhulp vrijwillig kader.
Lichte ondersteuning en regie
De lasten dalen door een overheveling van het budget uitvoeringskosten tijdelijke personeel van 0,4 miljoen euro. Dit bedrag is in 2016 overgeheveld naar de Wmo-begeleiding. Daarnaast is een bedrag van 0,225 miljoen euro ten behoeve van de indicatiestelling ook overgeheveld naar de Wmo-begeleiding. Tevens is in 2015 een incidentele provinciale bijdrage ontvangen voor experimenten in transitie jeugdzorg van 0,7 miljoen euro. Hierdoor dalen in 2016 de lasten en baten met dit bedrag. In 2015 was nog sprake van een incidenteel budget bevordering vroegsignalering.
Reserves en voorzieningen.
In 2015 is een bedrag van 0,5 miljoen euro opgenomen als onderdeel van de storting in de reserve transformatieagenda.
Wmo-begeleiding
De rijksbijdrage Wmo 2016 bedraagt 24,9 miljoen euro. Dit bedrag is met ingang van 2015 overgeheveld van het Rijk naar de gemeente. Per saldo is ruim 18 miljoen euro bestemd voor Wmo-begeleiding. Het restantbudget (circa 6,6 miljoen euro) is toegedeeld aan de volgende producten:
De stijging van de lasten met 1 miljoen euro in 2016 ten opzichte van 2015 is het gevolg een overheveling van personeelsbudget vanuit het product Wmo individuele voorzieningen van + 1,2 miljoen euro, extra + 0,4 miljoen euro decentralisatie uitkering Wmo 2015, + 0,8 miljoen euro verschuivingen budget met het product lichte ondersteuning en regio (indicatiestelling en uitvoeringskosten) en - 1,4 miljoen euro inzet tijdelijk personeel in 2015 (gedekt uit reserve Wmo).
De verdere daling van de lasten met - 1,7 miljoen euro naar 2019 is voornamelijk het gevolg van de mutaties in decentralisatieuitkering vanuit de mei- en septembercirculaire 2015. Deze betreffen:
Reserves en voorzieningen.
In 2015 wordt 0,6 miljoen gestort in de reserve transformatieagenda en 2 miljoen onttrokken aan de reserve WMO, waarvan 1,4 miljoen euro ten behoeve van de transitie sociaal domein 2016 en 0,6 miljoen ten behoeve van de storting in de reserve transformatieagenda.
Wmo Individuele voorzieningen
De lasten van het product Wmo individuele voorzieningen dalen in 2016 met 1,3 miljoen euro. Dit is het gevolg van mutaties in de integratie uitkering Wmo + 0,5 miljoen euro, incidentele budgetten voor huishoudelijke hulptoelage in 2015 en 2016 + 0,2 miljoen euro, budgetverlaging door een daling van het aantal cliënten en de verstrekte individuele voorzieningen (Zomernota 2015) - 0,5 miljoen euro, invulling van incidentele taakstelling CVV (Collectieve Vervoers Voorziening) vanuit de Zomernota 2015 - 0,5 miljoen euro, invulling taakstelling personeel door overheveling van Wmo-begeleiding + 0,3 miljoen euro, een taakstelling en een overheveling van personeelsbudget naar het product Wmo-begeleiding van - 1,2 miljoen euro.
Voor 2017 is de verlaging van 1,8 miljoen euro het gevolg van het incidentele budget huishoudelijketoeslag - 2,2 miljoen euro dat alleen voor 2016 is verstrekt, een mutatie integratieuitkering Wmo + 0,4 miljoen euro (volume index en extramuralisaties) en een taakmutatie scootmobielen van + 0,25 miljoen euro. Voor het collectief vervoer is een structurele bezuiniging van 0,25 miljoen euro ingeboekt.
Het budget is in de meicirculaire verlaagd met de tweede tranche van de bezuiniging op de huishoudelijke hulp (1,7 miljoen euro). Dit is niet zichtbaar als een financiële mutatie in de begroting 2016, omdat in 2015 eenmalig het budget met 1,7 miljoen euro is verlaagd en toegevoegd aan de reserve transformatieagenda MO.
De baten zijn verlaagd met circa 0,5 miljoen euro. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de lagere eigen bijdragen. De lagere eigen bijdragen zijn het gevolg van het afnemend aantal cliënten en de verstrekkingen individuele voorzieningen.
Reserves en voorzieningen.
In 2015 is 1,7 miljoen euro gestort in de reserve transformatieagenda en 0,5 miljoen in de reserve WMO als gevolg van het besluit bij de zomernota eenmalig voordeel afrekening PGB 2014.
Beschermd Wonen
Het verschil in de jaarschijven wordt veroorzaakt door de uitkomst van de mei- en septembercirculaire 2015 van het gemeentefonds. In deze mutaties zijn de financiële gevolgen opgenomen van de invoering van de normatieve huisvestingscomponent (NHC). Ook is er rekening gehouden met een verdeling op basis van een nieuw model dat meer rekening houdt met de bestanden van de gegevensoverdracht en de werkelijke aangeleverde gegevens door de centrumgemeenten.
Bij eventuele tekorten kan een beroep worden gedaan op extra middelen van het Rijk.
Opvangvoorzieningen
De toevoeging in 2015 van de middelen Awbz aan de decentralisatie-uitkering maatschappelijke opvang, worden met ingang van 2016 voor 50% en met ingang van 2017 voor 100% objectief verdeeld. Hierdoor ontvangt de gemeente Enschede als centrumgemeente met ingang van 2017, ruim 1 miljoen euro structureel minder.
De decentralisatie-uitkering vrouwenopvang wordt met ingang van 2015 verhoogd met een kwaliteitsimpuls. Daarnaast vindt er een wijziging plaats naar een objectieve verdeling die in 2018 is voltooid. Totaal ontvangt de gemeente Enschede als centrumgemeente in 2017 een bedrag van 0,06 miljoen euro en in 2018 een bedrag 0,3 miljoen euro.
Reserves en voorzieningen
In 2015 is geraamd 0,075 miljoen euro te onttrekken aan de reserve vrouwenopvang. In 2016 is niets meer geraamd omdat het lastig te voorspellen is of een beroep op de reserve gedaan gaat worden. De ontrekkingen worden gedaan als zich tegenvallers voordoen.
Inkomensondersteuning
De lasten bijzondere bijstand zijn in 2016 incidenteel 0,5 miljoen euro hoger. Hiervoor is in de Zomernota 2015 een bedrag toegevoegd uit de reserve Wmo, dat voortkomt uit een voordelige afrekening van PGB-voorzieningen 2014 door Menzis.
|
Toelichting
Innovatie en ondernemerschap
De lasten zijn 45.000 euro hoger dan in 2015. In de eerste plaats door een bijdrage van 133.000 euro aan het Kennispark-Innovatieloket voor de jaren 2016 en 2017, zoals opgenomen in de Zomernota 2015. Daarnaast wordt er, vanwege beëindiging, vanaf 2016 geen 50.000 euro meer onttrokken uit de reserve voor de development activiteiten van Kennispark voor Business. Tot slot is er een bezuiniging verwerkt van 40.000 euro vanuit het Coalitieakkoord.
Dienstverlening aan ondernemers
De lagere lasten in 2016 worden verklaard door een taakstelling in het kader van de regionale samenwerking economie en beleid. Deze komt voort uit de Keuzenota 2015.
Projecten Economische ontwikkelingen
Het verschil in de lasten wordt veroorzaakt door incidentele bijdragen voor 2016 en 2017 voor de doorontwikkeling van Technology Base Twente, zoals opgenomen in de Zomernota 2015.
Verkeersinfrastructuur en beleid
De cijfers zijn gebaseerd op de lopende projecten waarvoor de raad eerder budget beschikbaar heeft gesteld. De toekenning van budget voor nieuwe projecten in 2016 vindt plaats via separate raadsvoorstellen in de loop van het jaar, niet bij de programmabegroting.
Algemene bijstand levensonderhoud
Onder dit product vallen de verstrekking van bijstandsuitkeringen en de fraudebestrijding.
Zoals in paragraaf 2.5 aangegeven, heeft de gemeente Enschede de ambitie om met ingang van 2018 geen gemeentelijke middelen meer in te zetten voor uitgaven van uitkeringen in het kader van Algemene Bijstand Levensonderhoud. Deze ambitie is verwoord in het plan ‘Bijstandsuitgaven binnen rijksbudget’ en betekent een stapsgewijze verlaging van de uitgaven, waardoor het tekort op het budget van de BUIG-wordt teruggebracht.
Bij de ramingen van de baten voor 2016 en verder is uitgegaan van het voorlopige BUIG-budget 2015 van eind april 2015.
Op basis van de huidige inzichten halveert vanaf 2017 de zogenaamde historische component van het verdeelmodel. Dat verlaagt het BUIG-budget met ingang van 2017 met ruim 1,35 miljoen euro. Met ingang van 2018 is het aandeel van de historische component in het verdeelmodel volledig verdwenen. Dat betekent dat het BUIG-budget met ingang van 2018 verder structureel afneemt met nog eens ruim 1,35 miljoen euro (structureel 2,7 miljoen euro).
Vanaf 2015 is een nieuw verdeelmodel voor de middelen van het budget BUIG in werking getreden. Dit model is ontwikkeld door het Sociaal Cultureel Planbureau. Mede op basis van signalen vanuit verschillende gemeenten, waaronder ook Enschede, zijn er diverse verbeterpunten aangedragen. Een aantal van deze verbeterpunten wordt in het voorlopig budget voor 2016 meegenomen.
Een deel van de verbeteringen van het model, mede op aangeven van het advies van de Raad voor de Financiële Verhoudingen, worden pas vanaf 2017 ingevoerd.
Daarmee blijven er de komende jaren onzekerheden bestaan over de hoogte van het budget voor de BUIG.
Arbeidsmarktparticipatie
Met ingang van 2015 is de nieuwe Participatiewet ingevoerd. De Rijksbijdrage neemt jaarlijks toe door de groei van de nieuwe doelgroep jong-gehandicapten en nieuw beschut.
De hogere lasten in 2016 bestaan in de eerste plaats uit een bijdrage van 2,5 miljoen euro voor de uitvoering van het Deltaplan (Zomernota 2015). Deze middelen zijn afkomstig uit de bestemmingsreserve die is gevormd bij de jaarrekening 2014. In de tweede plaats neemt de Rijksbijdrage toe met 700.000 euro.
Deze middelen komen ten goede aan het uitvoeringsplan Enschedese Arbeidsmarkt aanpak (EAA).
Uitvoering WSW
Met de invoering van de nieuwe Participatiewet vindt er vanaf 2015 geen nieuwe instroom meer plaats via de WSW. Dit leidt tot een afbouw van de WSW. Deze gaat daarnaast gepaard met een efficiencykorting door het Rijk.
Het college heeft de "Kadernota: Werken naar vermogen en de ontwikkeling van de Sociale Werkvoorziening Enschede 2016-2020" vastgesteld en aangeboden aan de raad. De begroting van het product Uitvoering WSW is conform deze kadernota.
De lagere lasten worden voornamelijk verklaard door de afname van het aantal SW-medewerkers (o.a. als gevolg van pensionering en overig verloop) en door kostenbesparende maatregelen.
Het verloop van SW-medewerkers leidt aan de andere kant tot een lagere omzet uit detacheringen en het beschut bedrijf. Naast het genereren van omzet vindt er een bijdrage plaats vanuit het product Arbeidsmarktparticipatie van 2,2 miljoen euro.
Kinderopvang
In 2015 heeft er op peuterspeelzaalwerk een incidentele bezuiniging plaatsgevonden van 480.000 euro. Deze middelen, die onderdeel uitmaken van de Lokaal Educatieve Agenda (LEA), zijn in 2016 weer opgenomen in de begroting.
Leerlingenvervoer
De lagere lasten in 2016 worden verklaard door een aanbestedingsvoordeel van 250.000 euro op leerlingenvervoer en door een budgetoverheveling van 30.000 euro van gymvervoer naar leerlingenvervoer.
Leerplicht/RMC
De baten en lasten zijn in 2015 incidenteel 3,2 miljoen euro hoger door het doorschuiven van niet bestede Rijksmiddelen vanuit 2014.
Het Rijk heeft de budgetten Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) en Onderwijs Achterstanden Beleid (OAB) van 6,1 miljoen euro met een jaar verlengd tot en met 2016.
|
Toelichting
Ruimtelijke Ontwikkeling
In 2015 zijn voor het laatst uitgaven in het kader van de regeling BWS gedaan. Daarnaast is het budget van Monumenten (100.000 euro) overgeheveld naar Vergunningen leefomgeving.
Ontwikkelingen meerjarig:
Binnen het fysieke domein besparen we vanaf 2018 twee miljoen euro vanuit de bestuurlijke keuze om de fysieke projecten in de stad te gaan herijken en toekomstbestendig te maken. In 2017 zal er eenmalig 100.000 euro uit de reserve Landinrichting onttrokken worden voor het middelenkader. Vanaf 2017 dalen de lasten nog verder door de verlaging van de omslagrente (34.000 euro).
Bestemmingsplannen
De begroting bevat structureel circa 1,1 miljoen euro aan lasten. Het grootste deel is bedoeld voor personele kosten. Van de materiële lasten is het grootste deel (125.000 euro) bedoeld voor planschades. De verlaging vanaf 2016 van het lastenbudget wordt vooral veroorzaakt door krimp.
Grondbedrijf
Onder het eindproduct Grondbedrijf zijn de begrotingscijfers uit het Meerjaren Perspectief Grondbedrijf (MPG) 2015 (raadsbesluit van 20 april 2015) gepresenteerd. De lasten en baten voor het eindproduct grond worden op basis van het MPG 2015 voor de jaren 2016 en verder lager ingeschat dan het begrotingsjaar 2015. Dit heeft onder andere te maken met faseringen in een project, zoals het verwachte moment van bouw- en woonrijp maken (Velve Lindenhof, Business en Sciencepark), het verwerven en overboeken van gronden naar de grondexploitatie (spoorzone), het uitbetalen van subsidies (GEM) of juist het ontvangen van subsidies (B&S en Velve Lindehof). Daarnaast zijn er kosten die in het 1e jaar worden geraamd (voorzichtigheidsprincipe) voor het project, maar waarvoor nog niet duidelijk is op welk moment de werkelijke uitgaven worden gedaan.
Locatieontwikkeling
Het verschil tussen de begrotingsjaren 2015 en 2016 wordt veroorzaakt doordat in 2015 incidentele lasten waren opgenomen zoals plankosten herstructurering, een EFRO bijdrage voor het project Stadsweide, Birk-gelden en infrastructuur luchthaven. In 2016 en 2017 is er incidenteel geld (2 x 250.000 euro) beschikbaar gesteld i.v.m kosten voor het project Actieprogramma binnenstad.
Cultuur
De cultuurbegroting bedraagt in 2016 18 miljoen euro, dalend naar 16,3 miljoen euro in 2017.
De daling van de begroting van 2016 en verder wordt o.a. veroorzaakt door:
Evenementen en Citymarketing
De begroting bedraagt in 2016 2,6 miljoen euro, dalend naar 2,5 miljoen euro in 2017.
De daling in de begroting van 2016 wordt veroorzaakt door bezuinigingen op evenementen en citymarketing uit de Programmabegroting 2015-2018 en het coalitieakkoord:
Stadsdeelsgewijs werken
De verschillen tussen 2015 en 2016 worden voornamelijk veroorzaakt door de incidentele projecten en de wijkbudgetten uit eerdere jaren (zie Zomernota). Daarnaast is vanaf 2016 het budget impuls burgerkracht toegevoegd aan het budget. Dit budget loopt op van 350.00 euro in 2016 naar 500.000 in 2017.
Openbare Orde en Veiligheid
De verschillen tussen 2015 en 2016 worden voornamelijk veroorzaakt door de incidentele projectsubsidies voor de safetycampus en preventie woninginbraken. Daarnaast dalen de lasten door de bezuiniging op de VRT.
Vergunningen Leefomgeving
Het verschil in lasten en baten wordt vooral veroorzaakt door deregulering en door toevoeging van loon- en prijscompensatie. Daarnaast wordt het budget van Monumenten (100.000 euro) overgeheveld vanuit Ruimtelijke Ontwikkeling naar Vergunningen.
Parkeerbeheer
De lasten en baten komen voort uit de meerjaren prognose parkeerbedrijf (MPP) 2016 –2025. Het verschil tussen de begrotingsjaren 2015 en 2016 wordt veroorzaakt door toevoeging vanaf 2016 van de exploitatie parkeren MST met een budget van 2.151.000 euro. Over de lasten wordt 2% inflatie toegerekend. De baten laten een groei zien van eenmalig 5%. Naast een hogere opbrengst voor kort parkeren wordt rekening gehouden met lagere opbrengsten vanuit abonnementen/vergunningen en opbrengsten vanuit samenwerking met partners.
Beheer Wegen
Incidenteel viel in 2015 80.000 euro vrij uit de reserve ‘herstel opgebroken bestrating’. In geval van schade zijn de kosten door het verlagen van deze reserve op het budget van wegen gekomen. Overige lastenmutaties zijn onder andere prijscompensatie (35.000 euro), verlaging van de renteomslag (-23.000 euro) en areaalinbreiding (-151.000 euro).
Door de bezuiniging openbare ruimte zijn er vanuit wegen middelen vrijgemaakt om de inventarisatie uit te voeren van de klinkerwegen (-18.000 euro).
Havens en Markten
Vanaf 2018 is structureel het lastenbudget van het product Havens met 200.000 opgehoogd voor kosten van groot onderhoud. Daarnaast is de dinsdagmarkt vanaf 2015 verzelfstandigd. In de komende jaren wordt verder bepaald of andere onderdelen van de begroting ook in aanmerking komen voor verzelfstandiging.
Openbare verlichting
Vanaf 2016 is het lastenbudget verlaagd mede door de verlaging van de omslagrente(-10.000 euro), inleveren van areaalinbreiding ( -68.000 euro) en de invulling van de bezuiniging openbare ruimte(- 25.000 euro). Hiernaast is er een mutatie vanwege prijscompensatie (9.000 euro).
Stadsdeelbeheer
De lasten in 2016 zijn lager dan in 2015 door onder andere bezuinigingen in de openbare ruimte.
Vanaf 2016:
Verder zijn er in 2016 nog lastenverhogingen. Dit betreffen onder andere prijscompensatie (76.000 euro) en areaaluitbreiding (334.000 euro).
Daarnaast was er in 2015 incidenteel geld beschikbaar vanuit het jaarrekening resultaat 2014 voor kosten van de bomen op de Museumlaan, bomen Van Heekplein, waterproblematiek Lonnekererf en de marktkasten op het Van Heekplein (560.000 euro).
Ontwikkeling meerjarenbegroting
Vanaf 2017 wordt verder bezuinigd op de openbare ruimte, hiermee besparen we nog eens structureel 500.000 euro. Uiteindelijk wordt vanaf 2017 2 miljoen euro structureel bezuinigd in de openbare ruimte.
Er is in 2017 200.000 euro en in 2018 100.000 euro beschikbaar voor het bestrijden van onkruid op verharding op een niet chemische wijze.
Tenslotte loopt de bezuiniging bij Onderhoud Enschede, als gevolg van de verzelfstandiging, op tot 550.000 euro structureel in 2017.
Beleid Leefomgeving
De gemeente Enschede heeft vanuit het Rijk een budget toegekend gekregen om bodemsaneringsprogramma’s uit te voeren voor de jaren 2016 - 2020. Van dit budget mogen ook binnen de gemeente gemaakte apparaatskosten voor bodemsaneringen (en het monitoren van bodemkwaliteit) worden betaald. Kosten die normaliter uit de Algemene Dekkingsmiddelen worden gefinancierd, worden met ingang van 2016 uit het bodembudget gefinancierd. Daarnaast genereren de afgesloten reclamecontracten vanaf 2016 een 60.000 euro hogere opbrengst. Tot slot zijn wegens doorgevoerde efficiency maatregelen de lasten verlaagd met 125.000 euro in 2016, 275.000 euro in 2017, 625.000 euro in 2018 en 975.000 in 2019.
Riolering
De budgetten zijn gebaseerd op de herziening GRP 2016-2020 van het Gemeentelijk Rioleringsplan dat in oktober 2015 door de raad is vastgesteld.
Duurzaamheid
In het coalitieakkoord Duurzaam, samen, sterker! zijn voor de intensivering van het duurzaamheidsbeleid vanaf 2015 extra middelen geraamd van 100.000 euro in 2015 en jaarlijks 250.000 euro vanaf 2016. Conform het door de raad aangenomen amendement A wordt 20.000 euro hiervan besteed aan natuur- en milieueducatie.
Afvalstoffen
De reserve egalisatie afvalstoffenheffing is conform BBV omgezet in een voorziening. Diverse lasten worden daarmee rechtstreeks ten laste van de voorziening, waardoor het budget is gedaald. De baten dalen in 2016 door een vermindering van de tarieven met 5 euro per aansluiting ( 339.00 euro ), door meer kwijtschelding en oninbaarheid (475.000 euro) en stijgen door een lichte toename van het aantal huishoudens (161.000 euro).
|
Toelichting
Publieksdienstverlening
De hogere lasten hangen samen met de hogere baten voor publieksdienstverlening. Voor 2016 is een nieuwe inschatting gemaakt van te verwachten omzet en de daarmee gemoeide kosten.
Verkiezingen
Bij het volbrengen van alle normale zittingstermijnen wordt er in 2016 geen verkiezing georganiseerd.
Algemene inkomsten
Via dit (administratieve) product worden de mutaties in het middelenkader verwerkt, zoals toekomstige loon- en prijsstijgingen en spaarprogramma’s ten behoeve van het weerstandsvermogen.
Algemene uitkering
De baten bij de Algemene uitkering dalen door een lagere uitkering uit het gemeentefonds als gevolg van de oplopende korting op de middelen van het sociale domein.
In deze begroting zijn de resultaten uit de septembercirculaire 2015 verwerkt. Zie verder de toelichting in hoofdstuk financieel middelenkader.
Algemene belastingen
De lasten dalen als gevolg van dalende kosten bij het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente. Zie toelichting in de paragraaf lokale heffingen.
Rente & Treasury
Zie toelichting in de financieringsparagraaf. Het saldo op het product daalt als gevolg van enerzijds lagere rentelasten maar ook lagere renteopbrengsten. Deze laatste dalen door de verlaging van de omslagrente naar 4,25% in 2016 en 4% vanaf 2017.
Regionale samenwerking
De mutatie in 2016 betreft de gemeentebrede verwerking van de begroting van de Regio en de Euregio in de verschillende producten en programma's van de gemeente Enschede.
Klachtencommissariaat
Dit betreft de begrote kosten in lijn met het raadsbesluit om een deskundige en onafhankelijke klachtencommissaris in Enschede te benoemen.
Sportaccommodaties
Het budget voor sportaccommodaties daalt in de komende jaren door een ingeboekte taakstelling.
Door de concentratie van Vastgoed zijn alle budgettaire middelen voor de exploitatie van wijkcentra overgeheveld vanuit dit product naar het product Vastgoed. Dat zorgt voor een aanvullende verlaging van de middelen op dit product.
Onderwijshuisvesting
De kosten voor onderwijshuisvesting bestaan voor het grootste gedeelte uit kapitaallasten. Ieder jaar worden de feitelijke kapitaallasten begroot en gedekt uit de exploitatie en uit een onttrekking aan de egalisatiereserve (egaliseren van wisselend investeringsniveau per jaar). Met het doorvoeren van de motie van Haersma-Buma (overheveling van gemeentelijke middelen aan het onderwijsveld) en de overheveling van gemeentelijke middelen voor buitenonderhoud aan de scholen (primair onderwijs) is het budget voor onderwijshuisvesting gedaald met ruim 4 miljoen euro.
Vastgoed
Het product Vastgoedbedrijf is een zogenoemd "gesloten systeem", dat betekent dat het saldo van de baten en de lasten wordt verrekend met de vastgoedreserve. In 2016 komt daarmee 4,8 miljoen euro ten laste van de vastgoedreserve.
De belangrijkste mutaties tussen 2015 en 2016 zijn de effecten van de concentratie van het vastgoed bij VBE en een verlaging van de rentelasten door aanpassing van de omslagrente van 4,5% naar 4,25% en minder nieuwe investeringen.
Interne dienstverlening
Interne dienstverlening omvat alle gemeentelijke geconcentreerde taken voor bedrijfsvoering (onder meer IT, P&O, financiën etc.). De belangrijkste mutaties op dit product in de komende jaren zijn:
In de begroting is op dit product rekening gehouden met een onttrekking aan reserves van 7,7 miljoen euro en een dotatie aan reserves van 4,8 miljoen.
De dotatie betreft voornamelijk:
De onttrekking aan de reserves betreft voornamelijk:
Regionale Dienstverlening
Het product regionale dienstverlening omvat alle dienstverlening voor derden. Het gaat onder meer om de dienstverlening voor Losser, huurders in de servicecentra, Dimpact en het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente. Hierdoor kunnen we onze vaste kosten verdelen over een grotere omvang waardoor we de kosten voor de gemeentelijke organisatie (interne dienstverlening) zo laag mogelijk houden. In de periode 2016-2019 verwachten we een verdere daling van de omzet uit verhuur van gebouwen door het vertrek van huurders uit onze servicecentra en het werkplein. Tegenover de daling staat een toename van de omzet (218.000 euro) voor de hosting van Dimpact door het IT-bedrijf voor de periode 2016-2018. Oorzaak is de toename van het aantal gemeenten dat is aangesloten bij Dimpact. De toename van leegstand in de servicecentra leidt tot taakstellingen op de vaste kosten voor de interne dienstverlening.
In de begroting is een dotatie van ruim 0,2 miljoen euro opgenomen aan reserves. Dit betreft een dotatie aan de reserves werkplekinrichting en ICT voor Losser die zijn bedoeld om schommelingen in de exploitatie op te vangen en dienen ter dekking van kapitaallasten.
Met deze begroting wordt de raad gevraagd in te stemmen met onderstaande vervangingsinvesteringen voor de jaarschijf 2016. Voor deze investeringen is dekking beschikbaar in de kapitaallastenbudgetten van de programma's. Een meerjarig overzicht van alle investeringen is opgenomen in hoofdstuk 5.3 (onderdeel Investeringen).
Pogramma | Omschrijving | Kredietbedrag (in euro's) |
Versterken economie | Investeringsfonds DCW | 160.000 |
Duurzame leefomgeving | Openbare verlichting | 746.000 |
Riolering | 7.722.000 | |
Beheer wegen | 2.175.000 | |
Investeringen onderhoud Enschede | 588.000 | |
Dienstverlening en financieel beleid | VBE: Raamkrediet | 1.000.000 |
VBE: Wettelijke en duurzame investeringen | 480.000 | |
H&S: Raamkrediet | 100.000 | |
H&S: Werkplekinrichting | 430.000 | |
IT-bedrijf: Investeringen met 0-jaars afschrijving | 2.377.000 | |
IT-bedrijf: Investeringen met 3-jaars afschrijving | 1.003.000 | |
IT-bedrijf: Investeringen met 5-jaars afschrijving | 1.452.000 | |
PDV: Klantgericht- en afsprakensysteem | 75.000 | |
PDV: Cashautomaat | 25.000 | |
Onderwijshuisvesting | 203.000 | |
Sport | 1.680.000 | |
Totaal | 20.216.000 |
Bij de behandeling van de raadsenquête "Grip op grond" in 2012 is gevraagd om een integraal overzicht op te stellen van de financiële positie van risico's van ruimtelijke projecten van binnen en buiten het grondbedrijf. Dit zijn MPG-, MSI-, mobiliteits- en vastgoedprojecten. Met het opnemen van onderstaande bijlage (bij zowel de programmabegroting als bij de jaarrekening) geven we invulling aan het verzoek van de raad.
Zie de gemeenterekening 2014 voor de meest actuele weergave van de MPG-projecten.
In de gemeenterekening 2014 is gerapporteerd over de MSI en mobiliteitsprojecten. Een geactualiseerd beeld is opgenomen in onderstaande tabel. De projecten onder hoofdverkeersinfrastructuur en beleid vormen de mobiliteitsprojecten. De overige projecten zijn de MSI-projecten.
Hoofdproduct | Project | Begroting Lasten | Begroting Baten | Realisatie Lasten 2015 | Realisatie Baten 2015 |
Locatie ontwikkeling | Stadsweide Kennishuis (16063) | 100 | -100 | 80 | -100 |
Stadsweide Koningsplein (14234) | 2.890 | -2.890 | 2.344 | -3.293 | |
Stadsweide Koningsplein (17084) | 6.650 | -6.650 | 3.725 | -1.629 | |
Stadsweide Mooienhof (16062) | 480 | -480 | 714 | -714 | |
Stadsweide Mooienhof (16732) | 1.075 | -1.075 | 658 | -658 | |
Stadsweide Westerlijke uitrit (16062) | 1.600 | -1.600 | 101 | -101 | |
Stadsweide van Galenstr (16075) | 1.600 | -1.600 | 143 | -1 | |
Wesselerbrink Noord (15139) | 3.691 | -3.691 | 3.717 | -3.833 | |
Locatie ontwikkeling - Totaal | 18.086 | -18.086 | 11.482 | -10.329 | |
Hoofdverkeersinfrastructuur en beleid | Duurzame verkeersmaatregelen | 5.449 | -5.449 | 4.331 | -4.449 |
Fiets | 2.842 | -1.007 | 890 | -403 | |
Fietsenstalling de Graaf expl (15005) | 3.062 | -3.062 | 2.478 | -2.261 | |
Fietsenstalling en oversteek NZ station E'de (1500008452) | 1.212 | -1.212 | 49 | -226 | |
HOV | 2.464 | -2.464 | 450 | -272 | |
Hoofdwegenstructuur | 11.579 | -9.134 | 8.414 | -7.317 | |
Incentive Zone (15005) | 2.888 | -2.888 | 3.104 | -3.440 | |
Mobiliteitsplan 2015 (1400317826) | 3.008 | -3.008 | 565 | -464 | |
Openbaar Vervoer | 290 | -290 | 175 | -163 | |
Studies | 2.268 | -2.268 | 1.861 | -1.486 | |
Vereffeningsreserve (11943) | 1.539 | -1.188 | 236 | -389 | |
Verkeersprojecten overig | 2.210 | -2.210 | 1.906 | -1.933 | |
Verkeersveiligheid | 915 | -915 | 510 | -467 | |
Hoofdverkeersinfrastructuur en beleid - Totaal | 39.726 | -35.094 | 24.969 | -23.270 | |
Projecten Economische ontwikkeling | Havengebied | 25.182 | -25.182 | 19.280 | -14.491 |
Kennispark | 17.590 | -17.590 | 16.435 | -16.029 | |
Projecten Economische ontwikkeling - Totaal | 42.772 | -42.772 | 35.716 | -30.520 | |
Geheel - Totaal | 100.584 | -95.953 | 72.166 | -64.119 |
Risico's MSI-projecten
De risico's van MSI-projecten worden grotendeels opgevangen binnen het project. Hiervoor wordt per project risicomanagement gevoerd. De risico’s van de MSI-projecten maken ook deel uit van het gemeentelijk weerstandsvermogen.
Risico's Mobiliteitsprojecten
De risico’s bij mobiliteitsprojecten worden per project door de projectleider gemonitord. Dit geldt vooral voor de grotere projecten (> 100.000 euro per project). De overige projecten worden in totaliteit beoordeeld. De risico’s zijn beperkt door strikte sturing op kosten en opbrengsten. Indien sprake is van afwijkende kosten/opbrengsten (ten opzichte van het door de raad gevoteerde krediet, dan wordt dit verrekend met een vereffeningsrekening conform het raadsbesluit van 30 januari 2006).
|
Een aantal subsidies zijn programmaoverstijgend. Deze zijn opgenomen in onderstaande tabel.
|
Toelichting
Hieronder volgt een toelichting op de belangrijkste subsidies per programma.
Voor het onderwijsachterstandenbeleid wordt de Rijkssubsidie ook in 2016 voortgezet.
De subsidies Jeugdparticipatie, Bestuursafspraken VVE/onderdeel Ouderbetrokkenheid, Actieve school in de buurt, Peuterspeelzaalwerk, Onderwijskundige ontwikkelingen/onderdeel Onderwijsbegeleiding en Natuureducatie/onderdeel Duurzaamheidseducatie maken onderdeel uit van de Lokaal Educatieve Agenda (LEA). De Lokaal Educatieve Agenda is gestart in het schooljaar 2015-2016 en loopt tot en met schooljaar 2018-2019.
Op de subsidie van de Volksuniversiteit Enschede (VUE) is een bezuiniging opgenomen. Het te bezuinigen bedrag is vastgesteld op structureel 200.000 euro. De raad besloot op 8 juni 2015 de bezuiniging de eerste twee jaren gefaseerd in te vullen. Dat wil zeggen dat de subsidie in 2016 met 50.000 euro wordt teruggebracht, in 2017 met 125.000 euro en vanaf 2018 structureel met 200.000 euro.
Er is voor 2016 een flexibel subsidiebudget Burgerkracht gecreëerd van 0,6 miljoen euro door de structurele subsidie(garantie) van Alifa te verlagen.
De middelen Beschermd wonen (totaal 36 miljoen euro), Maatschappelijke Opvang (totaal 9,5 miljoen euro) en Vrouwenopvang (totaal 3,5 miljoen euro) ontvangt Enschede van het Rijk als zijnde centrumgemeente. Inzet van de middelen vindt plaats in overleg met de regiogemeenten. De middelen worden voor een groot deel ingezet via subsidies.
Deze subsidies voor Beschermd Wonen, Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang zijn in 2016 onder de diverse "verzamelsubsidies" opgenomen. Na ontvangst van de subsidieaanvragen volgt er een toekenning.
Verzamelsubsidies Beschermd Wonen betreffen onder meer: Stichting Aveleijn, Carint Reggeland Groep, Leger des Heils, Stichting RIBW en Tactus.
Verzamelsubsidies Maatschappelijke Opvang betreffen onder meer: Humanitas onder Dak Twente, Jarabee, Leger des Heils, Mediant, Surplus en Tactus.
Verzamelsubsidies Vrouwenopvang/Huiselijk geweld betreffen onder meer: Carint Reggeland Groep, Stichting Kadera, Stichting Maatschappelijk Werk NW Twente, Reclassering Nederland en Mediant.
Aanleiding
Jaarlijks valt de doorkijk van de Meerjaren Prognose Parkeerbeheer (MPP) samen met de totstandkoming van de programmabegroting. De parkeertarieven 2016 worden voor 1 januari 2016 vastgesteld.
Verwachtingen van het Parkeerbeheer in 2016 en verder
Vanaf 2016 zijn in het product Parkeerbeheer, naast de bestaande exploitatieresultaten, ook de exploitatieresultaten meegenomen uit de uitbreiding van de H.J. van Heekgarage voor het Medisch Spectrum Twente (MST).
1. Meerjaren Prognose Parkeren 2016 en verder
In de Meerjaren Prognose Parkeerbeheer (MPP) 2016 en verder, wordt rekening gehouden met een positief exploitatieresultaat over 2016 van 1.062.000 euro (exclusief uitgaven voor de parkeervisie). Dit bedrag is 634.000 euro hoger dan de meerjarenprognose welke bij de programmabegroting 2015 – 2018 is vastgesteld.
De oorzaken hiervan zijn;
Verlaging van de lasten van per saldo 50.000 euro. Het betreft een verlaging van de lasten voor elektra van 60.000 euro, lagere dotatie aan de onderhoudsvoorziening van 44.500 euro en lagere toerekening van kosten voor interne organisatie van 22.500 euro. Naast verlaging is er een hoger budget opgenomen voor kapitaallasten van 77.000 euro, dit ter dekking van de lasten voor de vervanging van de parkeerinstallaties.
Verhoging van de baten van per saldo 380.000 euro. Op basis van de opbrengstresultaten in 2015 wordt in het MPP 2016 niet meer uitgegaan van een krimp van parkeeruren van 1% in 2016 en 2017, maar van een eenmalige groei in 2016 van 5%.Voor kort parkeren wordt een hogere opbrengst ingeschat van 570.000 euro per jaar.
Naast een hogere opbrengst voor kort parkeren wordt rekening gehouden met lagere opbrengsten vanuit abonnementen/vergunningen van 110.000 euro en opbrengsten vanuit samenwerking met partners van 80.000 euro.
1a. Parkeervisie
In 2013 heeft de gemeenteraad de parkeervisie vastgesteld. Structureel wordt voor de parkeervisie 111.000 euro budget in het MPP opgenomen en ten laste van het resultaat gebracht. In de najaarsnota 2013 is vervolgens besloten alleen de maatregelen uit te voeren die geen investeringskosten en/of budgetneutraal zijn uit te voeren.
1b. Onderhoudsvoorziening
Vanaf het MPP 2016 wordt de dotatie aan de onderhoudsvoorziening verlaagd met 44.500 euro. Op basis van contractuele afspraken kan een deel van de onderhoudskosten in rekening worden gebracht bij partners.
1c. Terugverdientijd aanloopverliezen
Naar huidig inzicht zullen de aanloopverliezen van het Parkeerbedrijf Enschede (PBE) medio 2019 zijn terugverdiend. Ten opzichte van het MPP 2015 laat het MPP 2016 een verbetering zien in de terugverdientijd van anderhalf jaar. Vanaf de programmabegroting 2020-2023 komen er naar verwachting weer middelen beschikbaar om bijvoorbeeld noodzakelijke parkeer- of bereikbaarheidsinvesteringen te doen.
Zie onderstaande grafiek voor verloop van de terugverdientijd van de aanloopverliezen:
2. Parkeren bezoekers MST in de H.J. van Heekgarage
Vanaf 2016 zijn in het product Parkeerbeheer, naast de bestaande exploitatieresultaten, ook de exploitatieresultaten meegenomen uit de uitbreiding van de H.J. van Heekgarage voor het Medisch Spectrum Twente (MST). Met de opname van deze geactualiseerde cijfers wordt 1,6 miljoen euro aan opbrengst kort parkeren toegevoegd aan het product parkeerbeheer.
Indicatorgroep | Indicator | Voldoende | Neutraal | Onvoldoende |
1. Lokale lasten | 1.1 Lokale lastendruk | > 5% lagere lastendruk dan gemiddeld. | Gemiddelde lastendruk in Nederland. | > 5% hogere lastendruk dan gemiddeld. |
1.2 Onbenutte belastingcapaciteit OZB | Onbenutte belastingcapaciteit > 0,25% exploitatie voor mutatiesreserves. | Onbenutte belastingcapaciteit bedraagt 0,11% van exploitatietotaal in Enschede. | Geen onbenutte belastingdruk beschikbaar. | |
1.3 Derving OZB door leegstand | Derving OZB < 1% OZB-opbrengst niet woningen. | 1% <= derving OZB <= 5% OZB-opbrengst niet woningen. | Derving OZB > 5% OZB-opbrengst niet woningen.. | |
1.4 Kostendekkendheid leges | Extra ruimte > 1% van exploitatietotaal voor mutaties reserves. | Extra ruimte 0% tot 1% van exploitatietotaal voor mutaties reserves. Zeer gering voor Enschede, namelijk 0,16%. | Geen ruimte in tarieven. | |
2. Schuldpositie, vreemd vermogen | 2.1 Schuldratio | < 50% | 50% tot 80% | 81% in Enschede per eind 2016. |
2.2 Netto schuld / exploitatie (netto schuldquote) | 76% in Enschede per eind 2016. | 90% tot 130% | > 130% | |
2.3 Netto schuld per inwoner | < 20% lager dan gemiddelde van Nederland per eind 2014. | Rond gemiddelde van Nederland. | > 20% lager dan gemiddelde van Nederland per eind 2014. | |
2.4 Schuldevolutie | > 15% afname. | 9,9% afname in Enschede van 2014 naar 2016. | > 15% toename. | |
2.5 Netto rentelasten / exploitatie | < 1% van totale exploitatie. | 2,6% in Enschede in 2014. | > 3% van totale exploitatie. | |
2.6 Rentereserve | Reserve voldoende om twee jaren schommelingen op te vangen. In Enschede is rentereserve van 1 miljoen euro toegevoegd aan weerstandsvermogen. | Reserve voldoende om 1 jaar schommelingen op te vangen. | Geen rentereserve. | |
2.7 Omslagrente - werkelijke rente | Werkelijke rente < omslagrente en nog niet ingezet in begroting. | Werkelijke rente = omslagrente. | Werkelijke rente > omslagrente. | |
3. Reservepositie, eigen vermogen | 3.1 Ratio weerstandsvermogen | > 1,4 | 1,0 tot 1,4 | < 1,0 |
3.2 Mogelijkheden om beschikbare weerstandscapaciteit te verbeteren | Mogelijkheden om ratio te verbeteren tot > 1,4. | Mogelijkheden om ratio te verbeteren tot 1,0 - 1,4. | Geen verbetermogelijkheden. | |
3.3 Aandeel stille reserve in weerstandsvermogen | <25% | 25-50% | >50% | |
4. Leningen, garantstellingen en waarborgen | 4.1 Zekerheden leningen, garantstellingen en waarborgen | > 95% zekerheden. | 90% tot 95% zekerheden (92,1%). | < 90% zekerheden. |
5. Meerjarig onderhoud kapitaalgoederen | 5.1 Toereikendheid onderhoudsbudgetten, incl. vervangingsinvesteringen | Geen extra budget nodig. | 0% <= extra benodigd budget <= 1% exploitatie voor mutatie reserves (lasten). | Extra benodigd budget > 1% exploitatie voor mutaties reserves (lasten). |
6. Grondexploitaties | 6.1 Afhankelijkheid grondexpl. voor sluitende begroting | Niet afhankelijk van grondexploitaties voor sluitende begroting. | Afhankelijk van grondexploitaties voor sluitende begroting. | |
6.2 Winstverwachting grondexploitaties | Positieve winstverwachting. | Geen positieve winstverwachting. | ||
6.3 Algemene reserve grondbedrijf en risicoreserve grondbedrijf versus risico's | Reserve grondbedrijf > omvang risico's grondbedrijf. | Reserves grondbedrijf 98% tot 100% risico's grondbedrijf. | Reserve grondbedrijf < 98% risico's grondbedrijf. | |
6.4 Toekomstig nog te realiseren baten en lasten in relatie tot de BIE (Bouwgrond In Exploitatie) | Toekomstige baten en lasten/ actuele boekwaarde BIE < 2. | Waarde tussen 2 en 3. | > 3 | |
6.5 NIEGG (Niet In Exploitatie Genomen Gronden) | Exploitatielasten zijn structureel afgedekt. | incidenteel afgedekt. | Exploitatielasten zijn niet afgedekt. | |
7. Financieel evenwicht | 7.1 Ombuigingen, taakstellingen | < 1% van begrotingstotaal nog in te vullen. | 1% tot 2% begrotingstotaal nog in te vullen. | Nog > 2% begrotingstotaal in te vullen. |
7.2 Verhouding Structureel / Incidenteel | > 98% structurele lasten afgedekt met structurele baten. | 96% tot 98% structurele lasten afgedekt met structurele baten. | < 96% structurele lasten afgedekt met structurele baten. | |
7.3 Meerjarig sluitende begroting | Alle jaren sluitend. | 1e of 4e jaar sluitend. | 1e of 4e jaar niet sluitend, preventief toezicht. |
raadsbehandeling 9 november 2015
Motie 5
Decentralisering UWV
D66
Besluit:
Motie 9
Integratieoffensief
PvdA, D66, EA
Besluit:
Motie 10
Versterken woonfunctie binnenstad
PvdA, EA
Besluit:
Motie 11
Kiezersinvloed
PvdA
Besluit:
Motie 14
Buurtkamer Pathmos
PvdA, D66, SP, CDA, EA
Besluit:
Motie 15
Wijkmarkt Pathmos
PvdA, CDA, EA
Besluit:
Motie 19
Onderwijsbegeleiding
SP, PvdA, D66, EA
Besluit:
Motie 20
Burgemeester voor Vrede
GL, CDA
Besluit:
Motie 22
Volwaardig Kindpakket
EA
Besluit: